donderdag 20 maart 2014

De absolute sterren van Milano-Sanremo

Ranking op basis van 125 75 50 40 30 25 20 15 10 5 punten aan de respectieve eerste 10 van elk jaar:

• Costante Girardengo 1105 p.
(2. in 1917, 1. in 1918, 2. in 1919, 3. in 1920, 1. in 1921, 2. in 1922, 1. in 1923, 3. in 1924, 1. in 1925, 1. in 1926, 1. in 1928, 5. in 1930);
• Eddy Merckx 890 p.
(1. in 1966, 1. in 1967, 1. in 1969, 8. in 1970, 1. in 1971, 1. in 1972, 1. in 1975, 1. in 1976);
• Erik Zabel 700 p.
(1. in 1997, 1. in 1998, 2. in 1999, 1. in 2000, 1. in 2001, 6. in 2003, 2. in 2004, 6. in 2007);
• Roger De Vlaeminck 645 p.
(2. in 1969, 1. in 1973, 8. in 1976, 2. in 1977, 1. in 1978, 1. in 1979, 5. in 1980, 2. in 1981);
• Gino Bartali 635 p.
(4. in 1935, 7. in 1938, 1. in 1939, 1. in 1940, 10. in 1942, 5. in 1943, 4. in 1946, 1. in 1947, 1. in 1950);
• Oscar Freire 565 p.
(3. in 2000, 5. in 2002, 7. in 2003, 1. in 2004, 5. in 2005, 6. in 2006, 1. in 2007, 8. in 2008, 1. in 2010, 7. in 2012);
• Gaetano Belloni 530 p.
(1. in 1917, 2. in 1918, 1. in 1920, 8. in 1921, 2. in 1923, 2. in 1924, 4. in 1926);
• Sean Kelly 515 p.
(4. in 1980, 5. in 1983, 2. in 1984, 7. in 1985, 1. in 1926, 4. in 1987, 5. in 1988, 5. in 1989, 1. in 1992);
• Alfredo Binda 500 p.
(2. in 1927, 2. in 1928, 1. in 1929, 1. in 1931, 2. in 1932, 6. in 1933);
• Fausto Coppi 430 p.
(10. in 1941, 1. in 1946, 1. in 1948, 1. in 1949, 8. in 1953, 4. in 1954);
• Giovanni Brunero 397 p.
(5. in 1920, 2. in 1921, 1. in 1922, 4. in 1923, 2. in 1925, 9. in 1927, 3. in 1928);
• Giuseppe Saronni 390 p.
(3. in 1978, 3. in 1979, 3. in 1980, 1. in 1983, 4. in 1986);
• Pierino Favalli 380 p.
(2. in 1937, 2. in 1938, 2. in 1938, 1. in 1941, 3. in 1942, 4. in 1943);
• Mario Cipollini 340 p.
(10. in 1993, 2. in 1994, 7. in 1996, 2. in 2001, 1. in 2002, 4. in 2003);
• Francesco Moser 340 p.
(2. in 1975, 9. in 1976, 6. in 1978, 4. in 1979, 6. in 1980, 4. in 1982, 1. in 1984);
• Alessandro Petacchi 335 p.
(4. in 2004, 1. in 2005, 2. in 2006, 8. in 2007, 5. in 2009, 3. in 2010);
• Loretto Petrucci 330 p. (3. in 1951, 1. in 1952, 1. in 1953, 5. in 1954);
• Fabian Cancellara 325 p. (1. in 2008, 2. in 2011, 2. in 2012, 3. in 2013);
• Miguel Poblet 325 p. (3. in 1951, 1. in 1952, 1. in 1953, 5. in 1954);
• Luigi Ganna 315 p. (4. in 1907, 2. in 1908, 1. in 1909, 3. in 1911, 6. in 1914);
• Maurizio Fondriest 305 p. (2. in 1988, 5. in 1990, 1. in 1993, 2. in 1995);
• Felice Gimondi 290 p. (4. in 1967, 2. in 1971, 3. in 1973, 1. in 1974);
• Gustave Garrigou 285 p. (2. in 1907, 1. in 1911, 2. in 1912, 9. in 1913);
• Learco Guerra 285 p. (9. in 1930, 2. in 1931, 1. in 1933, 2. in 1935);
• Alfredo Bovet 280 p. (1. in 1932, 2. in 1933, 5. in 1935, 3. in 1938);
• Angelo Gremo 280 p. (4. in 1913, 3. in 1915, 3. in 1917, 1. in 1919, 8. in 1923);
• Fiorezo Magni 277 p. (4. in 1941, 9. in 1943, 7. in 1947, 3. in 1949, 4. in 1950, 7. in 1954, 5. in 1955, 2. in 1956);
• Ezio Corlaita 275 p. (4. in 1912, 3. in 1913, 1. in 1915, 7. in 1920, 4. in 1918);
• Giuseppe Olmo 275 p. (1. in 1935, 6. in 1936, 1. in 1938);
• Rik Van Looy 270 p. (1. in 1958, 6. in 1960, 2. in 1961, 4. in 1964, 10. in 1968);
• Rik Van Steenbergen 260 p. (8. in 1950, 1. in 1954, 6. in 1955, 8. in 1957, 2. in 1959);
• Filippo Pozzato 255 p. (1. in 2006, 2. in 2008, 5. in 2011, 6. in 2012);
• Eric Vanderaerden 255 p. (4. in 1983, 3. in 1984, 4. in 1985, 2. in 1987, 3. in 1991);
• Laurent Fignon 250 p. (1. in 1988, 1. in 1989); 
• Raymond Poulidor 250 p. (1. in 1961, 2. in 1964, 7. in 1966, 5. in 1968).

Opgedeeld in natiën is dit de verdeelsleutel: Italië (50), België (20), Frankrijk (12), Duitsland (6), Spanje (5), Nederland (3), Australië (2), Groot-Brittannië (2), Ierland (2) en Zwitserland (2).
Costante Girardengo, de eerste campionissimo & numero uno di Milano-Sanremo
... was gedurende een kwarteeuw beroepsrenner. Hij was ook de eerste die gregari (helpers) inhuurde om zijn zegepad nog comfortabeler te plaveien. Zijn populariteit was zo immens dat de machinist van de trein tussen Milano en Genoa speciaal stopte in het onooglijke plaatsje Novi Ligure opdat Costante in zijn woonplaats zou kunnen stappen. Idiolatrie ten top.
Reeds op zijn twintigste lukte hij zijn eerste voltreffer. In 1913 won hij de Gran Fondo in Milano, de Italiaanse versie van Bordeaux-Paris, eveneens ruim zeshonderd kilometer lang.
Costante Girardengo werd geboren op 18 maart 1893, daags vòòr St. Jozefsdag, decennialang de vaste datum van Milano-Sanremo. Ook Rudi Altig en Miguel Poblet werden op een 18de maart geboren en zij zouden Milano-Sanremo één (1968) respectievelijk twee keer (1957 en 1959) winnen.
Costante Girardengo deed dat, net als Eddy Merckx, zeven keer maar zijn eerste succes (één minuut voorspong op Ezio Corlaita) in 1915 werd hem ontnomen omdat hij in Porto Maurizio (onvrijwillig) van het uitgestippelde parcours afweek. Dat hij daarbij geen hoek afsneed maar een lus extra maakte, kon hem niet redden.
Door de oorlogsomstandigheden kon Costante pas in 1918 revanche nemen met kleine voorsprong op Gaetano Belloni. Dat succes herhaalde hij in 1921, 1923, 1925, 1926 en 1928 en tussendoor werd hij nog driemaal tweede en tweemaal derde.
De Giro werd Girardengo's tweede wingebied. Hij won in 1919, de eerste naoorlogse editie, zeven van de tien ritten en over de totaalafstand deed hij een vol uur minder dan Gaetano Belloni en in weerwil van buitenlandse deelnemers als onder anderen de Zwitser Oscar Egg (de aanstaande werelduurrecordhouder) en de Belg Marcel Buysse. Vier jaar later deed hij dat over door acht van de tien ritten in de spurt te winnen, waardoor hij in het tijdklassement amper 37" minder telde dan Giovanni Brunero. In de Giro kwam hij globaal uit op dertig dagzeges. Enkel Mario Cipollini (42), Alfredo Binda (41) en Learco Guerra (31) behaalden er nog meer.
Grensoverschrijdend stelde Costante Girardengo beduidend minder voor. De Tour in 1914 en Paris-Roubaix in 1924 reed hij niet eens uit en daarmee oogstte hij veel kritiek, niet in het minst van Henri Pélissier, de Franse toonaangever tijdens dat tijdvak. Girardengo gaf hem lik op stuk tijdens een omnium op de Parijse wielerbaan.
Zijn - naar eigen zeggen - mooiste zege viel hem in 1924 te beurt in de G.P. Wolber, het officieuze wereldkampioenschap met aankomst in Paris. Een kopgroep van twintig survivors spurtten voor de podiumplaatsen. De meesten waren er op uit om de illustere Italiaan een hak te zetten. Die nam zijn lot in eigen handen door al vanop vierhonderd een krachtspurt in te zetten en één luttele banddikte op Henri Pélissier over te houden. De Fransman had stilzwijgend begrepen wie 's werelds beste wegrenner van die periode was.
Ook de Giro di Lombardia (1919, 1921 en 1922) werd Gira's prooi. Zelfs in de zesdaagse van Milano liet hij zich gelden: hij won in 1927 (+ Alfredo Binda) en in 1928 (+ Pietro Linari).
Tijdens het eerste officiële wereldkampioenschap, in 1927 op de Nürburgring, incasseerde hij een dreun van jewelste. Zonder pardon moest hij zijn meerdere erkennen in zijn opvolger, de negen jaar jongere Alfredo Binda die hem (toch nog tweede) op volle zeven minuten reed.
Nog had Girardengo niet begrepen dat zijn tijd van gaan gekomen was. Il Vecchio (de oude) ging door tot zijn 43ste levensjaar in 1936. Hij handhaafde zich in de wielrennerij en werd in 1938 de ploegleider van Gino Bartali. Na de Tweede Wereldoorlog sponsorde hij het team van de jonge Rik Van Steenbergen, die Girardengo tot zijn peetvader uitriep. Zijn affiniteit met de eerste campionissimo maakte van hem een driekwart Italiaan. Tijdens zijn duel met Fiorenzo Magni voor de Girozege in 1953 mocht hij zich van het Italiaanse publiek evenwel duwtjes laten welgevallen als de Italianen. Het voerde Rik I naar een onwaarschijnlijke dichtste ereplaats in het tijdklassement.
Costante Girardengo overleed op 9 februari 1978, hij werd net geen vijfentachtig jaar.

woensdag 12 maart 2014

Gianni Meersman, een martelaar;
Wilfried Peeters, een kamikaze.
Er werd veel maar zeker niet teveel aandacht besteed aan de uitzonderlijke pijngrens waarop Gianni Meersman kennelijk kan terugvallen. De virtuele drager der gele leiderstrui van Paris-Nice viel vlak vòòr de laatste tien kilometer van de tweede rit maar sprong vrijwel gelijk weer op de fiets om achter de volgwagen van ploegleider Wilfried Peeters met een rotvaart nog opnieuw in de staart van het peloton te geraken en de rit op amper 18" van dagwinnaar Moreno Hofland uit te rijden.
Joeri De Knop in "Het Laatste Nieuws" verwoordde het treffend:
Ongelooflijk hoe Gianni er in slaagde om de ultieme tien kilometer naar Saint Georges-sur-Baulche fietsend te overbruggen. Zeg maar vliegend, gegangmaakt als hij werd in het zog van de volgwagen van Wilfried Peeters. De adrenaline moet als gek doorzijn aderen hebben gestroomd. Pas aan de finish correspondeerde zijn lijf weer met zijn hoofd en drong de hevige pijn, die hij aan het lijden was, bruusk tot hem door.
Niet te verwonderen dat Gianni 's anderendaags niet meer kon aanzetten in de derde rit. In de plaats daarvan kwam een integrale namiddag in het H.-Hartziekenhuis van Roeselare. Medische onderzoeken bevestigden fracturen van rib 9, 10, 11 en 12 van de rechterhemithorax. Een CT scan bevestigde ook fracturen van drie, en barsten in zes dwarsuitsteeksels van dorsale en lumbale wervels. Gianni moet een rustperiode van minimum minimorum twee weken in acht nemen. Gianni: 
- "De blessure is meer van pijnlijke dan van ernstige aard", relativeerde Gianni, voor wie na een zo kort mogelijke rustperiode een nieuwe scan duidelijk moet maken hoe zijn toestand geëvolueerd is. Doodjammer, want zijn conditie was optimaal en voerde hem naar bloedvorm. Het was de zwaarste val in zijn loopbaan en dat op het minst geschikte moment van het seizoen. Relaxen en het beste verhopen dicht bij zijn familie is het enige wat hem de eerstvolgende periode te doen staat. En naar de televisie staren hoe de maats en de andere collega's het ervan af brengen. 
- Zo gauw ik mag, hervat ik de trainingen met nog krachtiger adrenaline", klonk hij alweer strijdlustig.
Een voetballer zou in de gegeven omstandigheden out zijn voor de playoffs.
* * * 
En wat voor een hoogstandje aan rijmanskunst leverde ook Wilfried Peeters.
Onverantwoord, mijlenver voorbij het toelaatbare zelfs. En weer drukt mijn goede vriend Joeri zich in "Het Laatste Nieuws" daarover plastisch uit:
De renners, die Fitte en Gianni tijdens hun dol inhaalmanoeuvre voorbijvlogen, hielden er een ... verkoudheid aan over. Een klein steentje of een ander object, een duwtje op de rem van de volgwagen waren voldoende geweest opdat Meersman het niet meer had kunnen navertellen. De verontwaardiging in het peloton bleek - terecht!- zeer groot.
Fitte zelfs besefte het naderhand ook dat hij ver over de rooie was gegaan. Toch vroeg hij, terug op de begaanbare grond, begrip voor de omstandigheden waarin de net virtueel veroverde gele trui en zo mogelijk ook de dagzege op het spel stonden. Van Radio Tour kreeg hij amper één verbale verwittiging, wat hem als het ware stilzwijgend aanmoedigde om zijn levensverachtende raid voort te zetten tot aan het einddoel. 
Misschien was het lang niet onverdeeld stichtend wat Wilfried Peeters deed maar in de kering verdient de Fitte behalve hoon ook maximaal respect voor zijn extreem professionalisme.




i was de hele namiddag in het H.-Hartziekenhuis van Roeselare. Medische onderzoeken bevestigden fracturen van rib 9, 10, 11 en12 van de rechterhemithorax. Een CT scan bevestigde ook fracturen van 3, en barsten van 6 dwarsuitsteeksels van dorsale en lumbale wervels.Hij is op dit moment thuis en moet een rustperiode van minimaal 2 weken respecteren. Gianni: "De blessure is niet ernstig, wel heel pijnlijk, ik ben al thuis. Natuurlijk moet ik een rustperiode inlassen. Over een paar weken onderga ik een nieuwe scan om te zien hoe het dan gaat. Het is erg jammer, want de conditie was erg goed. Het was de zwaarste val in mijn loopbaan en op een vervelend moment in het seizoen. Maar zo is het leven. Het enige wat ik nu kan doen is relaxen, zo snel mogelijk herstellen en tijd doorbrengen
met mijn familie. Zo gauw ik mag, pak ik mijn trainingen op met nog meer motivatie dan voorheen", aldus Gianni.