Pagina's

dinsdag 7 mei 2024

 Nòg een poulain van Fred VANDERVENNET

 

Een gezonde Yasu VERVOORT 

is tot nog véél méér in staat!

 

Doodjammer dat hij, de winnaar van de nationale tijdrit van Borlo en de tweede van die in Poperinge, van het BK tijdrijden ziek moest wegblijven, hij zou zich in Geraardsbergen ongetwijfeld gemengd hebben in het podiumdebat, zoals hij al een jaar eerder deed in Waregem met toen al een derde plaats.

 


Yasu (= kalm in het Japans) Vervoort behoorde reeds als eerstejaars tot de bovenlaag van de nieuwelingen 2023. Toen bekroonde hij op 21 mei een exquise lente met een zesde zege van het seizoen die kon tellen: de Ronde van Vlaanderen van en naar Oudenaarde, waarin hij de vlucht vooruitnam voor onder anderen Senne Brys, Mauro Keppens, Yoram Knaepen, Thibaut Van Damme, Arthur Van den Boer, Jasper Verbrugge, …

Edoch, daarna sputterde zijn zegeteller, er kwam maar één streepje meer bij: een weliswaar meerwaardig succes in Orroir op de flanken van de Mont de l’Enclus. Yasu moest het vaker afleggen tegen een moeilijk te kloppen rivaal, drager van de naam ziektetoestand. Toch maakte Yasu er alsnog het beste van met een rist van dichte binnenlandse ereplaatsen.

 

Yasu wilde het efficiënt zoals in de lente van 2023 maar dat lukte enkel in de nationale tijdritten. En toen hij (met 39° koorts) aan het BK moest verzaken dreigde een dreun maar die zette hij in mentale veerkracht om. Een overwinning in het PK in Helchteren was daarop een deugdelijke toepassing. Met enigszins slappe benen pakte hij het behoedzaam aan en beperkte zich tot één cartouche die volstond als sleutelmoment naar het midseizoen. 

Vooreerst is er vanaf vrijdag met Isorex de driedaagse Course de la Paix, die vijf ritten telt waarbij een korte en een langere tijdrit.

Dat wordt een specialleke wat Yasu mag er een eerste keer opdraven met een specifieke fiets, een gegeven waar hij langdurig naar uitzag en die hem dienstig kan zijn voor een spraakmakend klassement.

 

Na Tsjechië volgen onder meer de Ronde van Vlaanderen van en naar Oudenaarde, Blaton (manche Beker van België), het Critérium Européen (Lux.), Herbeumont, de Tour de l’Aisne (Fr.), Couvin, de Vuelta al Bayo Aragon (Sp.), het BK in Liedekerke, de Radjugendtour (Oost.), de Memorial Igor Decraene in Waregem, de Bemer Classics (D.), GP Ange-Raymond Gilles - Jemeppe, de Affligem Classic, …

Aangezien Yasu een trainingsfreak is kan het niet anders of hij moet nog meer van de competitie houden. Zelfs tijdens een niet optimaal 2023 reed hij veel wedstrijden, wars van prestatiedwang.

Overdaad schaadt zal nooit aan de orde zijn want daar waakt zijn illustere mentor angstvallig over: niemand minder dan Fred Vandervennet, de eerste begeleider van Remco Evenepoel en meer anderen die nu een volgend goudhaantje onder zijn bekwame vleugels heeft. Net als Yasu’s mama heeft Fred affiniteit met de West-Vlaamse wielerstad Tielt, net als oma Chretienne Schautteten, de voorzitter van Yasu’s virtuele fanclub.  

 

Yasu (ook het Japans voor ‘in balans zijn’) heeft academische ouders, dat is het minst wat je kunt zeggen. Zij woonden een tijdje (hoe kon je het raden?) in Japan. Mama doceert aan het Max Planck Institute in Jena (in het vroegere Oost-Duitsland), papa werkt voor Zappware, een bedrijf dat voor telecomoperatoren digitaletelevisieplatforms bouwt.

Yasu wil, behalve renner, ook een aardje naar hun vaartje zijn. Hij volgt de Latijnse richting aan het Atheneum van Maaseik maar na dit schooljaar wordt het de middenjury. Niet dat hij voor de schoolbanken de neus ophaalt maar wel voor ziektekiemen die hij steevast oppikt na een vakantieperiode. Vatbaar als hij is wil hij daar vanaf de herfst op anticiperen door te opteren voor de middenjury. Het is te kort door de bocht om dat als misplaatste overacting te interpreteren.

 Hij overleed recentelijk op 87-jarige leeftijd

Imerio MASSIGNAN had op 

zijn 23ste al het beste gehad

 

Het belaagde ciclismo italiano is opnieuw een (weliswaar gedateerde) coryfee armer. Vrijdag 3 mei ontviel hen de 87-jarige Imerio Massignan aan een beroerte. De Venetiaan was een begenadigd klimmer en werd daardoor aanzien als een potentieel winnaar van de Giro en de Tour. Met het eerste maakte hij het tweede nooit helemaal waar, hoezeer hij dat al beloofde als jonge twintiger. In zijn eerste Giro in 1959 werd hij meteen hij vijfde en daarna klom hij naar de tweede plaats in 1962. In combinatie daarmee bewees hij ook zijn deugdelijkheid in de Tour, waarin hij in 1961 vierde werd en in een … sneeuwstorm winnaar op Superbagneres en de globale bergprijs in de wacht sleepte. 

Reeds na 1962 ging het bergaf met hem. In de Giro geraakte hij niet meer in de top vijf en naar de Tour keerde hij zelfs niet meer terug. 

Toch mag er gewag gemaakt worden van een overgeslaagde carrière maar niet van een voltooide symfonie navenant de prille torenhoge verwachtingen.

In 1961 maakte hij ophef in de Giro di Lombardia door onderweg als enige geen voet aan de grond te moeten zetten op de Muro di Sanremo. Toch werd hij in Como alsnog geklopt doorde uitgekookte  Vito Taccone, zijn enige medevluchter. 

Winnen was hoegenaamd Imerio’s regel niet, zelfs een dagzege in de Giro was hem niet weggelegd, wel in de Tour en die behaalde hij dus in 1961 op Superbagneres die voor het eerst in het traject was opgenomen.

Er zou nog slechts één succes(je) bijkomen: een dagzege in de Vuelta a Catalunya 1965 toen zijn carrière al in vrije val was. 

Behalve de Muro di Sanremo bedwong hij een andere Italiaanse reus, de gevreesde Passo di Gavia, een primeur in 1960. In het eindklassement werd hij, ondanks veel pech onderweg, dat jaar vierde met amper vier minuten meer dan Jacques Anquetil, op wie hij dubbel zoveel tijd inboette in de 68 km. tijdrit van Seregno naar Lecco. De wegtikkende klok was zijn achillespees.

Massignan stond twee jaar later wel op het eindpodium als voornaamste accessiet van Franco Balmamion die aanzien werd als een one hit wonder maar die het jaar daarop weer won en die in 1967 zowel in de Giro (2de) als in de Tour (3de) op het eindpodium stond. Minpunt was dat hij geen enkele dagzege behaalde.

Massignan kreeg de vreemde bijnaam "gamba secca" (= droog been) omwille van zijn houterige monotone klimstijl waaruit men afleidde dat zijn ene been korter was dan het andere. Geldt dat niet voor ons allen en zouden wij anders niet onaanzienlijk manken

Imerio zal wel gelukkig geweest zijn met zijn gamba secca die hem geen windeieren legde maar een uniek triumviraat van succesvolle bestormingen opleverde: de Gavia, de Superbagneres en de Muro di Sormano


vrijdag 3 mei 2024

Jinze JORIS forward van 'n grand cru 

jaar 2008 én lookalike van Remco

 

Net als Robin Orins en Aldo Taillieu heeft ook Jinze Joris op het BK tijdrijden het verwachtingspatroon rond zich cum laude waargemaakt. Niets minder werd verwacht van hem, die al de nationale tijdrit van Poperinge op zijn naam had gebracht.


In Poperinge kreeg men Jinze een laatste keer te zien in deze driekleur. Voortaan wordt het er één met volle strepen.

In een tijdrit wordt meesterschap nog nadrukkelijker verwacht dan in een koers in lijn omdat het meer exacter is.

Dat de verschillen over een (te) korte afstand (9,5 km.) zo gering (1,5” op René Messely en 2,2” op Sune De Valck) waren lag alvast niet aan een mindere dag van Jinze, die met het opgelegde beperkte verzet een knappe moyenne van 41,17 km./u. haalde.


In Geraardsbergen kreeg men Jinze een voorlopig ultieme keer te zien in zijn rood-gele Antwerpse kampioenentrui van het PK tijdrijden in Malle.

Jinze drijft op dusdanig niveau dat het een verrassing was geweest indien hij het niet gehaald had. Jammer dat Yasu Vervoort, die van Acrog-Tormans naar Isorex overstapte maar met wie Jinze een opperbeste verstandhouding heeft, wegens ziekte ontbrak. Vervoort had de nationale tijdrit van Borlo op zijn naam gebracht. Joris ontbrak daar omdat hij er de voorkeur aan gaf om La Halluinberg Classic (Fr.) te winnen. Beide jonge antagonisten kwamen mekaar wel tegen in Poperinge, waar Jinze zes seconden beter deed dan Yasu, die zich in Geraards-bergen ook wel met de cérémonie protocolaire zou bemoeid hebben na een close game met vier in plaats van drie.

Met zijn derde opeenvolgende titel in het tijdrijden over het bouwjaar 2008 zette Jinze zijn exquise lente extra in de verf. Hij won op de openingsdag in Rijkevorsel, werd het weekend daarop in Lierde geklopt door Mauro Keppens die hij twee zondagen verder in Damme van antwoord diende tussen twee Franse overwinningen (GP du Mont Noir - Saint Jans Cappel en La Halluinberg Classic) door met aansluitend ook nog een derde plaats in La Pévèle Classics (waar Mauro won). 2-2 dus tot het na Burst 3-2 werd voor Joris, wat precies knelde zo leek het tijdens de Katjeskoers van Ieper, waar Jinze en Mauro zich finaal het wit uit de ogen leken te kijken, maar dat was de perceptie van de rechtstreekse streaming. Hoe dan ook Emil Siegers werd de bevoorrechte ooggetuige, de drager van de driekleur was trouwens op én na de Kemmelberg de beste man in koers. Van enige naijver tussen Jinze en Mauro zou amper sprake zijn. Ze winnen vanzelfsprekend graag van mekaar maar zijn ze er zich gelijk van bewust dat ze compagnons de route zijn om mekaar onderling beter te maken.

 

Jinze Joris (Blaasveld) stamt uit een heus wielernest met zowaar roots in Knokke, waar zijn overgrootvader Leon woonachtig was, Grootvader Frank was een bedreven mechanieker van onder anderen Eric De Vlaeminck, Eddy Merckx en Patrick Sercu. Het liet zich raden dat Jinze, die eerst aan atletiek deed, met die genen vroeg of laat hun sporen zou drukken maar dat het al meteen zo’n vaart zou nemen, dat durfde niemand te voorspellen en dit is allicht slechts het prille begin.

Bij de huldiging in Geraardsbergen mocht Jinze alvast kennis maken met RemcoEvenepoel die hem nadrukkelijk feliciteerde. Het kan aan mij liggen maar zowel op als naast de fiets zie ik in Jinze een lookalike van zijn idool. Ook Mauro Keppens heeft, althans vanuit mijn oogpunt, meer dan wat van de kenmerken van godenkinderen. Daar houdt de vergelijking voorlopig op, al zullen Jinze’s en Mauro’s waarden daaromtrent meer indicatie hebben opgeleverd.

Een beetje jammer toch dat Mauro zo’n koele minnaar van het tijdrijden is, dat geldt trouwens ook voor onder anderen Bas Vandenbulcke.


Aldo TALLIEU gooit ook in de 

Course de la Paix hoge ogen


De tweede dag in de Course de la Paix werd opgesplitst in twee delen: een korte (8,8 km.) matinale tijdrit rond Třebívlice en een ook al niet te uitgesponnen namiddagetappe  (61 km.) van Roudnice naar Štětí. Aldo Taillieu werd telkens tweede na Albert Withen Philipsen respectievelijk Seth Dunwoody

Withen Philipsen is de WK op de weg van Glasgow en de EK tijdrijden van Emmen), Dunwoody werd op de openingsdag in Kuurne door Taillieu geklopt maar revancheerde zich vorige zaterdag aan de Leie met winst in de E3 van Harelbeke. 

Voor Aldo zijn het twee dichtste ereplaatsen die hem een ideale uitgangspositie opleveren voor het zware beslissende weekend met 2585 hoogtemeters op zaterdag en 1090 op zondag. Bij een normaal verloop zal Aldo meedoen voor het eindpodium maar Withen Philipsen alsnog van de hoogste sokkel stoten wordt een ander paar mouwen. Met de kwikzilveren Gooikenaar weet je evenwel nooit.  

Aldo TALLIEU zeg niet te gauw een ‘exceptioneel’ talent maar dit keer màg het, moét het bijna

 

De eeuwige optimist Dirk De Cnop en de immer gedreven Koen Feys hadden het vorig jaar in diverse monologen al bevlogen over Aldo Taillieu als een te koesteren groeidiamant op twee wielen én op de schoolbanken (kandidaat burgerlijk ingenieur). En als Vlaams-Brabander zwaaide Fred Stroykens zijn Pajotse gouwgenoot nog meer lof toe. Dat klonk al iets onderbouwder.



Ikzelf had het meer zoiets van ‘eerst zien en daarna geloven’, waaraan reeds op de openingsdag een eerste keer werd tegemoetgekomen. Aldo evolueerde in Kuurne van uitblinker naar winnaar die in de sprint zelfs de Ierse Cannibal Seth Dunwoody (die vorige zaterdag de E3 Harelbeke won) en Erazem (zoon van Tadej) Valjavec voorbleef.


Eén zwaluw maakt de (kille) lente inderdaad niet maar twee maanden later is daar aardig wat bijgekomen. Door overgretigheid verloor hij de Guido Reybrouck Classic, won hij soeverein de nationale tijdrit van Borlo, werd hij Vlaams-Brabants kampioen tijdrijden, maakte hij een aardige beurt in de moeilijke Eroica (It.) maar kon hij in de E3 Harelbeke niets forceren als zijn stilte vòòr de volgende storm die in Geraardsbergen losbrak. 


Je kunt het inderdaad behoedzaam hebben over ‘slechts’ nationaal niveau maar in deze is er toch een serieus referentiepunt. Aldo deed over elke van de 19 golvende Geraardsbergse kilometers ruim twee seconden minder dan de illustere Jasper Schoofs maar bovenal (met een beperkt verzet!) amper 23 seconden meer dan Robin Orins, de kampioen der u23. Deze vaststelling is niet in het nadeel van Robin maar enkel in het voordeel van Aldo.


Aldo wilde, in weerwil van een nationale selectie voor de Course de la Paix, dit BK tijdrijden voor geen goud missen. Indien hij had moeten kiezen dan stond hij voor een dilemma dat hij met de bijstand van zijn team Air College - BConcept kon anticiperen. Na zijn plichtplegingen op het Giesbergse podium en de obligate medische controle stapte hij in een comfortabele auto die hem spoorslags ruim 900 km. verder naar Litoměřice (Tsjechië) bracht voor de afrit van de 52ste Course de la Paix. In de openingsrit van 101 km. rond die locatie kon Aldo zich niet laten gelden, hij moest er zelfs een halve minuut toegeven aan zes vluchters. 

Vandaag wil hij daar meer dan wat tegenover stellen in de korte (8,8 km.) matinale tijdrit rond Třebívlice, waar hij een eerste keer mag opdraven in zijn fonkelende kakelverse driekleur.

 

Aldo is een adept van het mountainbiken, die toch niet helemaal uit de lucht komt te vallen. Als neo-junior in 2023 boekte hij belovende ereplaatsen in meerwaardige koersen als de Ronde van Vlaanderen (18de), de Tour du Condroz (6de), de Triptyque Ardennais (4de in Lierneux), Heestert (4de), … tijdens een seizoen waarin het mountainbiken de hoofdtoon voerde omdat het nog meer fun genereerde en dat genoegen wil Aldo nog steeds niet helemaal opgeven.

Air College - B-Concept heeft met Taillieu een goudhaantje in huis, die voor 2025 wel al zal gesolliciteerd zijn door de betere clubs van de u23 of na de ontwikkelingen van de jongste weken zelfs nog wat hoger. Voorzitter De Cnop had er veel van verwacht maar dat het zo’n vaart zou nemen, néén dàt ook niet. van wie we om het eufemistisch te stellen nog lang het laatste niet gezien hebben (wordt dus vervolgd in nog vele afleveringen).

Robin ORINS komt almaar dichter 

bij zijn verdiende bestemming

 

Derde in Roubaix, tweede (na Joe Blackmore, drie dagen eerder vierde in de Brabantse Pijl) in Liège-Bastogne-Liège en op 1 mei éérste in het BK tijdrijden in Geraardsbergen … 



Robin Orins heeft zijn rekenkundig rijtje alsnog op orde gekregen.  

Op het Giesbergse podium werd het hem even te machtig, hij verwijlde intens bij zijn ploegmaat Tijl De Decker, die in het BK op de weg in Putte-Mechelen 2023 net naast het podium was beland en enkele dagen later het leven liet na een smartelijk verkeersongeval. 

Orins’ eigen dikke laag stof reduceerde er bij. Hij overleefde wel een vreselijke val in de vierde rit der Giro Next Gen (waar hij amper huid aan overhield maar wel een stevige hersenschudding). Net als Tijl een jaar geleden staat Robin nu op de drempel van een overstap naar de beroepscategorie die ook in zijn geval meer dan gerechtvaardigd zal zijn. 

Hij trotseerde de Noord-Franse kasseien en bedwong de Waalse hellingen, opgelijst met de kwalificatie van ’s lands beste tijdrijder u23, al had Robin er graag de door ziekte afwezige titelverdediger Jonathan Vervenne bijgehad om te weten hoe vèr hij stond in vergelijking met een jaar geleden toen hij in Waregem over de 23 km. een kleine minuut meer deed dan de gechevroneerde Limburger (met enige West-Vlaamse roots) op een typisch tijdritparcours. In Geraardsbergen werd een atypisch traject met behoorlijk wat nijdige hoogtemeters geserveerd, dat zeker ook in het plan van Jonathan had gepast. Orins had graag geweten hoe hij zich daarop tot Vervenne verhield.


Whatever: nu kan Robin verder in de driekleur die hij zaterdag al een eerste keer mag showen in Sas-van-Gent in de matinale tijdrit van het Internationaal Beloftenweekend (een tweedaagse manche van de Road Series).  Daar wordt het over slechts 13,7 km. op biljartvlakke wegen voor Robin geen mustwin.

De 22-jarige ingezetene van Heestert is in niets uitmuntend maar in alles oerdegelijk; die optelsom maakt van hem een bruikbaar element voor de beroepscategorie. Benieuwd welk team zich aangesproken voelt om hem als potentiële aanwinst mét groeimarge in de armen te sluiten: een doorstart bij Lotto-Dstny Pro Tour, een tussenstap bij Flanders-Baloise of een verrassende derde die met de buit aan de haal gaat?

Robin zal voor alle zekerheid de komende weken en maanden nog enkele adelbrieven aan zijn portfolio willen toevoegen. Het zullen op zijn minst stijloefeningen voor wat daarna volgt. 

donderdag 25 april 2024

In Geraardsbergen op woensdag 1 mei

 

Opvallend korte BK’S tijdrijden 

Massimo Van Lancker geeft duiding 

 

Even schrikken en mij (zoals meer anderen) zelfs opwinden bij het vernemen dat het circuit van de BK’s tijdrijden jeugd in Geraardsbergen amper 9,5 km. bedraagt, door de nieuwelingen éénmaal en door de junioren maar ook door de beloften slechts tweemaal af te leggen.

Het parcours mag dan in een uitdagende omgeving nog zo selectief zijn als het inderdaad is maar die respectieve afstanden zijn ultrakort, behalve voor de aspiranten (u15), die dezelfde 9,5 km. afleggen als de nieuwelingen (u17), voor die laatsten belachelijk weinig.

De 19 km. is net aanvaardbaar voor de junioren (u19) maar minder voor de beloften (u23).

De nationale tijdritten van Borlo (14,7 km. voor de u17 / 29,4 km. voor de u19 en de u23) en Poperinge (12,6 km. voor de u15 / 25,2 km. voor u19 en de u23) waren zowaar langer.

 

De eerste start in Geraardsbergen is pas om 11 uur, vorig jaar in Waregem was dat om 9u30. Dat betekent een verlies van 90 (!) startmomenten, die men goed had kunnen gebruiken om de u17 en u19 en de u23 één respectievelijk twee ronden meer op te leggen. 

Er zijn bovendien teveel geselecteerden die er weinig te zoeken hebben, van wie die van onder de taalgrens nog niet eens aangeduid zijn op minder dan een week van het evenement.

 

Hallo, Massimo Van Lancker?

De even eminente als bekwame Sporttechnisch Coördinator Competitie gaf mij goed onderbouwd tekst en uitleg, ik laat hem graag aan het woord:

 

Wat betreft het tijdstip van de start in Geraardsbergen, kan ik bevestigen dat we vorig jaar in Waregem inderdaad om 09:30 zijn gestart. Deze vroege starttijd was op vraag van een lokaal bedrijf, zodat zij hun leveringen nog konden plannen. In Geraardsbergen starten we echter om 11:00 op vraag van de politie en de organisatie. Dit is om de buurtbewoners de ruimte te geven om zich nog voor de wedstrijd te verplaatsen. Gezien een tijdrit een impact heeft op een dorpskern, is dit verzoek niet onlogisch.

 

Wat betreft de afstanden van de tijdritten: we baseren ons echter op de reglementering hieromtrent, en zijn ook afhankelijk van de grootte van de omloop. In eerste instantie was de omloop iets groter, maar door omstandigheden hebben we een stukje moeten schrappen, wat uiteraard gevolgen heeft op de totale afstand. Desalniettemin zijn we van mening dat dit geen invloed zal hebben op het sportieve verloop (maar wel de uitkomst) van het kampioenschap.

 

Het is ook opvallend dat kortere tijdritten steeds meer de trend worden, niet alleen in nationale kampioenschappen maar ook in wedstrijden van internationaal niveau. Zo was bijvoorbeeld het WK voor junioren in 2023 22.8 km lang, slechts een paar kilometer (toch 3,3 km.) meer dan het BK. Deze trend reflecteert zich in verschillende internationale wedstrijden.

 

Dat laatste klopt toch niet helemaal bij de vaststelling van de afstanden der tijdritten van het EK (tweede week september in Heusden-Zolder) 29,9 km. voor junioren en beloften en van het WK (laatste week september in Zürich) 24,9 km. (u19) en 29,9 km. (u23).

 

In functie van die beide internationale kampioenschappen komt het BK tijdrijden op 1 mei dus véél te vroeg. Men had het idealiter kunnen houden op 1 september, de dag van de 10de Memorial Igor Decraene in Waregem, dat vorig jaar al het BK met grote bijval organiseerde (met als afstanden: 9,7 km. voor de u15, 11,5 km. voor de u17, 23 km. voor de u19 en de u23). Op basis daarvan zou men tijdrijders in bloedvorm kunnen selecteren voor het EK en het WK waarvoor het BK tijdrijden kennelijk geen issue is

Uiteraard zou Geraardsbergen niet zomaar genoegen nemen met een alternatieve nationale tijdrit op 1 mei. Alle empathie voor hun BK dan maar, waarvan de korte afstanden niet in het voordeel zullen spelen van de beteren zoals wel de pittige passages op de kenmerkende Geraardsbergse heuvelflanken.

Het BK tijdrijden valt bovendien ongelukkig samen met de Course de la Paix u19 (2-5 mei), waarop door Belgian Cycling een nationale selectie wordt afgevaardigd bestaande uit Edouard Claisse, Aless De Bock,  Seppe Geerinck, Credric Keppens, Yoram Knaepen en Aldo Taillieu

Wat neerkomt op een fikse aderlating voor het BK u19.


zaterdag 20 april 2024

Juan Pedro LOPEZ is, zoals al langer gedacht, géén vluchtige passant

 

Juan Pedro Lopez roept nog steeds het beeld op van de ideale schoonzoon. In de Giro van 2022 op de Etna moest hij de dagzege aan zijn medevluchter Lennard Kämna laten. De meer ervaren Duitser had zijn klim beter ingedeeld en was explosiever in de aankomststrook. Juan Pedro zat in zak en as tot hij tot zijn steile verbazing op het podium werd geroepen om la maglia rosa over de schouders te worden getrokken. Hij werd eerst nog aanzien voor zijn illustere naamgenoot Miguel Angel die uitgerekend die dag had opgegeven. Juan Pedro vrijwaarde de leiderstrui tien dagen, handhaafde zich in de eindtop tien en werd als beste jongere gehuldigd.

In 2023 bleef het langdurig ijzig stil rond Juan Pedro Lopez. Een complexe sleutelbeenbreuk na een zware val op training zinderde langdurig na. Hij kon pas eind maart aan het seizoen beginnen. In de Tour was uitrijden zijn hoogste goed én in de Vuelta (alsnog 17de) kwam hij al wat verder. Toch haastte Trek-Segafredo zich om zijn contract tot eind 2025 te verlengen, meer waardering kan een renner van zijn kunnen zich niet wensen.

2024 was al half april en hij had nog steeds geen zegestreepje achter zijn naam. Daar deed hij veel aan in de boeiende Tour of the Alps (de vroegere Giro del Trentino) die hij vanaf de derde rit (dagzege en pole position) helemaal naar zijn pedalen zette. In de korte maar ijselijke rit rond Schwaz reed hij minstens 38” weg van de andere klassementsrenners kwam duidelijk in het bezit van de groene leiderstrui en werd de twee volgende dagen niet meer verontrust.

Juan Pedro is dus helemaal klaar om twee jaar later terug te keren naar ‘zijn’ Giro waarin hem, door het eventueel ontbreken van Tao Geoghehan Hart en Mattias Skjelmose, weer eigen kansen kunnen weggelegd zijn. Wie durft hem bij voorbaat uit te sluiten van een eindplaats tussen vijf en tien? Zijn stijloefening in de Tour des Alps kon alvast tellen!

vrijdag 19 april 2024

Met MERCKX en VALVERDE als grootmeesters

 

Liège-Bastogne-Liège

quelle riche histoire !

 

 

Liège-Bastogne-Liège, de oudste (eerste editie in 1892) én de jongste grote lenteklassieker (pas vanaf 1930 voor profs), heeft niet dezelfde uitstraling als de drie andere monumentale klassiekers van het voorjaar. Toch moet La Doyenne niet onderdoen voor Sanremo, Vlaanderen noch Roubaix. Integendeel: het is een exactere koers die zich meer tot allrounders dan tot specialisten richt. 

In mijn naoorlogse ranking van Liège-Bastogne-Liège verrassen Walter Godefroot (11de) en Frans Verbeeck (8ste) met hun hoge notering tussen klassementsrenners en andere allrounders.

Absolute grootmeesters zijn Eddy Merckx en Alejandro Valverde. Merckx won vijf keer, waarvan die van 1971 de minste was. 53 jaar geleden werd Eddy na een solo van 90 kilometer op tweeduizend meter van Rocourt achterhaald door Georges Pintens maar niet overstoken. Jommeke vond dat hij dat, in een mix van respect en beïnvloeding, niet kon maken. Merckx won toch maar het had veel van een Pyrrusoverwinning

Eddy maakte om de twee jaar iets speciaal mee in La Doyenne

In 1967 was Walter Godefroot de enige die Merckx kon volgen. In Rocourt werd niet op de verzopen piste maar wel op de belendende sintelbaan gespurt. Walter haalde het van Eddy maar in volle Merckx-mania kreeg de verliezer meer aandacht dan de winnaar. Walter is daar terecht kwaad om geweest, niet op Eddy maar wel op de media. 

Twee jaar later duldde Eddy opnieuw slechts één compagnon de route in zijn gezelschap, zijn eerste luitenant Vic Van Schil. Ze arriveerden in Rocourt minstens acht minuten vòòr de anderen. 

In 1973 kon er zich een dozijn in Merckx' hete spoor handhaven. Eddy was intrinsiek niet de snelste en toch won hij van Frans Verbeeck en Walter Godefroot

In 1975 had Bernard Thévenet zich bij het illustere Belgische trio kunnen handhaven. In een uitgesponnen krachtspurt knalde Merckx ze op de lange Boulevard de la Sauvenière allemaal sec uit zijn spoor. Op de aankomstfoto leek het dat hij met voorsprong had gewonnen want Thévenet werd op twee seconden afgevlagd. 

 

Merckx vormt met vijf overwinningen (waarin centraal een loepzuivere hattrick vanaf 1971), plus een tweede en een derde plaats de zwaarste rode draad doorheen de rijke geschiedenis van La Doyenne en alsnog werd hij, qua pure resultaten, overstoken door Alejandro Valverde met vier overwinningen, tweemaal tweede en derde, één keer vierde en zevende.

Moreno Argentin (ook een loepzuivere hattrick vanaf 1985, een vierde zege in 1991 en nog zesde in 1990) volgt op respectabele afstand. 

Davide Rebellin, hoewel slechts één zege (in 2004) wurmde er zich nog tussen dankzij tweemaal tweede en derde, hij werd ook een keer vijfde, zesde en negende.

 

Liège-Bastogne-Liège kende nog meer onvergetelijke momenten en figuren.

Zo werd Raymond Impanis viermaal tweede: (na Richard Depoorter) in 1947, (na Maurice Mollin) in 1948, (na Marcel Ernzer) in 1954 en (na Stan Ockers) in 1955.

In 1957 was er zelfs een door Germain Derycke en Frans Schoubben gedéélde eerste plaats. Derycke had onderweg met zijn medevluchters Louison Bobet, Marcel Buys en Angelo Miserocchi een overweg genegeerd. In het buitenland mocht dat, in België niet. Buys en Derycke moesten de allochtonen dus laten rijden en braafjes wachten tot de slagbomen zich heropenden. Germain had geen boodschap aan deze kafkaiaanse toestand en won met bijna drie minuten voorsprong. Schoubben liet dat niet over zich gaan en diende klacht in. De koersjury velde een Salomonsoordeel.

In 1968 won Valeer Van Sweevelt werd, dertien dagen na zijn 21ste verjaardag en werd daarmee de jongste winnaar van La Doyenne. Victor Fastre (in 1909) en Georges Ronsse (in 1925) waren nòg jonger maar wonnen als amateur. Valeer vloerde in Rocourt absolute toppers als Walter Godefroot, Raymond Poulidor, Jacques Anquetil en Herman Vanspringel. Voor Valeer was dit toch niet de aanzet van een duurzame carrière. Hij was een one hit wonder.

In 1980 was er de epische editie Neige-Bastogne-Neige die door Bernard Hinault met 9’24” voorsprong werd gewonnen op Hennie Kuiper, die daardoor net niet alle vijf de monumentale klassiekers op zijn palmares kon inschrijven.

Meest beklijvend zal voor velen de editie van 1999 blijven waarin Frank Vandenbroucke een voorbedacht grand numéro tot in de puntjes ten uitvoer bracht. Hij zou zelfs voorspeld hebben dat hij bij het huisnummer (-> 256) Michael Boogerd, zijn laatste aanklamper, op Saint-Nicolas zou overkillen en hij hield woord. Het was te mooi waar te zijn en dan is het meestal ook géén waar.

 

De naoorlogse edities leverden deze ranking 1946-2023 op a rato van 150 120 105 90 75 60 54 48 42 36 30 27 24 21 18 15 12 9 6 3 punten aan de respectieve top 20.


1239VALVERDE AlejandroSp.
1143Merckx EddyB.
867Rebellin DavideIt.
771Argentin MorenoIt.
771Boogerd MichaelNed.
762Rooks StevenNed.
735Bettini PaoloIt.
678Verbeeck FransB.
642Criquielion ClaudeB.
642Impanis RaymondB.
627Godefroot WalterB.
612Vanspringel HermanB.
564Kelly SeanIer
495Bartoli MicheleIt.
495Vinokourov AlexandreKaz.
489Anderson PhilAustr.
486Rodriguez JoaquimSp.
462Gilbert PhilippeB.
462Pintens GeorgesB.
456Planckaert JefB.
450Casagrande FrancescoIt.
450De Bruyne FredB.
444Hinault BernardFr.
438Jalabert LaurentFr.
432Schleck FränkLux.
429Woods MichaelCan.
426Kübler FerdiZwits.
420Alaphilippe JulianFr.
408Sanchez SamuelSp.
405Adorni VittorioIt.
405Schleck AndyLux.
402Bruyère JosephB.
402Sörensen RolfDeen
402Zagers JanB.
399Gianetti MauroZwits.
399Van Looy RikB.
396Thurau DidiD.
384Martin DanielIer
384van der Poel AdrieNed.
382Ernzer MarcelLux.
372De Vlaeminck RogerB.
369Kuiper HennieNed.
366Poulidor RaymondFr.
360Van Schil VicB.
357Schoubben FransB.
351Roche StephenIer
342Etxebarria DavidSp.
327Bardet RomainFr.
321Kreuziger RomanTsjech
312Geschke SimonD.