Pagina's

dinsdag 1 maart 2022

Bert BOLLE toch nièt hélemààl out of the blue

 

Straffe gast die Bert Bolle (Zarren, een deelgemeente van Kortemark) om met een 19de plaats in Kuurne-Brussel-Kuurne (1.1) de kolommen van de kranten bijgevuld te krijgen, daar moest inderdaad meer achter zitten.


Bert komt over van het voetbal. Eerst speelde hij in zijn thuishaven W.S. Zarren, vervolgens bij NSVD Handzame en tenslotte bij KM Torhout, waar hij almaar minder aan de bak kwam. Het was zowaar Covid-19 die voor hem een nieuwe wereld opende. De onlinelessen maakten extra tijd vrij en die besteedde hij aan doorgedreven fietsen om vast te stellen dat het hem almaar beter afging zodat hij het er tenslotte op waagde om te beginnen koersen vanaf juni 2021. Bert heeft het ook een beetje in de genen meegekregen. Jelle Wallays’ mama is een rechtstreekse nicht van zijn papa Kris.

De instapdrempel was niettemin huizenhoog maar Bert pareerde hem. Hij zou niet de eerste zijn die vanuit een late(re) roeping doorbreekt als coureur. Die gedachtengang brengt je naadloos bij een zekere Remco Evenepoel, die op identieke leeftijd de switch maakte van het voetbal naar de koers, waarin hij inmiddels absolute wereldtop is.

“Inderdaad”, knikt Bert, “maar veel verder dan aan de basis gaat die vergelijking helaas niet op”.

Bert werd in zijn eerste koersen in 2021 niet zoek gereden met zelfs een knappe 12de plaats in Menen-Kemmel-Menen, waar hij onder anderen zelfs Vlad Van Mechelen (naderhand 4de op het EK en 8ste op het WK) achter zich hield. Met een top 5 in de regionale koersen in Kooigem, Bekegem en Zonnebeke daarbovenop kon hij met een comfortabel gevoel aan het winterreces beginnen.

In de Ardennenkoers van Couvin moest ik pas op het laatst de rol lossen om alsnog 23ste te worden”, voegt Bert er graag aan toe. Langere hellingen lijken mij beter te liggen dan korte nijdige. Enfin, dat veronderstel ik want in feite ben ik een nog zoekende coureur om het beste uit zichzelf te halen en op het einde van het seizoen in aanmerking te komen voor één van de betere beloftenteams.”

Kuurne-Brussel-Kuurne was Berts eerste lakmoesproef als tweedejaarsjunior. Top was hij (nog) niet, is ook nog geen vereiste maar de opeenvolgende hellingen kon hij toch al vlotjes bedwingen. Richting Kuurne doseerde hij zijn inspanningen om de beoogde top 20 in de wacht te slepen. Die had hij nodig om met nog meer vertrouwen aan de volgende opdrachten te beginnen.

“Indien de ploegleiding van de Jonge Renners Roeselare mij selecteert dan worden dat Nokere Koerse en de Guido Reybrouck Classic in Damme”, hoopt Bert. “Volgend weekend hou ik het bij de regionale koers van De Klijte op een niet te onderschatten golvend traject.”  

 

Bovenal zijn er zijn studies latijn-wiskunde aan het Saam College in Diksmuide, een richting die een nakende doorstart als hogere student aankondigt. Als jonge belofte zal koersen tijdens de lente op de tweede plaats komen maar zoals voor meer anderen hoeft het één het ander niet helemaal uit te sluiten, het is zelfs een vereiste voor een welslagen als jonge mens.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten