zaterdag 30 juli 2022

Sorry Thibaut, Louis, … 

Dat ‘haast en spoed’ zelden goed is, mocht ik ondervinden nadat enkele aandachtige lezers mijn voorbeschouwing over het BK voor nieuwelingen fileerden. Zo voerde ik Toon De Zutter op als titelverdediger bij de eerstejaarsnieuwelingen, ervan uitgaande dat hij half augustus 2021 Belgisch kampioen bij de 14-jarigen was geworden. Thibaut Van Damme deed het in Hoogstraten met een magistrale spurtzege, die hij in Brasschaat maar al te graag wil overdoen.


Thibaut VAN DAMME wordt in Hoogstraten kampioen van België bij de 14-jarigen.

Bij het opsommen van de favorieten zag ik Louis Weyts over het hoofd. Hij is misschien de rapste van allemaal en dat illustreerde hij al in Sint-Martens-Bodegem, waar hij ook Axel Van den Broek en zelfs Cedric Keppens over de knie legde. 


Louis WEYTS wordt in Sint-Martens-Bodegem Vlaams kampioen bij de tweedejaarsnieuwelingen.

Ook Arne Mettepenningen voelt zich tekortgedaan wegens niet-vermeld en dat zullen er wel meer anderen zijn. Een spraakmakende uitslag kan hun beste antwoord zijn.

Ook pronostikeren is dus nooit mijn sterkste kant geweest en zal het ook niet meer worden.

Zonder De Bock, Keppens en Schoofs is Xander SCHELDEMAN de theoretische favoriet van een

 

Onthoofd BK van de tweedejaarsnieuwelingen


Aless De Bock, Cedric Keppens en Jasper Schoofs mogen er zondag niet bij zijn op het BK in Brasschaat. 

Alle atleten die deelnamen aan het EYOF zijn immers gehouden om op zaterdag de slotceremonie bij te wonen. De respectieve bobo’s moeten kunnen pronken met hun discipelen die zich in deze eerder gestraft dan beloond zullen voelen en met hun gedachten meer in Brasschaat dan in Banská Bystrica (Slovakije) zullen vertoeven want ze vliegen pas op zondagnamiddag terug naar België.

Belgian Cycling ondergaat dit lijdzaam. Waar is de tijd dat Michel Pollentier met zijn renners op de voorlaatste dag stante pede uit de Tour de Normandie moest terugkeren om verplicht deel te nemen aan het futiele kampioenschap van … West-Vlaanderen?

De datum van EYOF lag lang van tevoren genoeg vast opdat Belgian Cycling het BK in Brasschaat probleemloos een week had kunnen vervroegen of verlaten maar het verzuimde het, waarbij met deze:

eerste (herhaalde) vaststelling: om het smeer likt Belgian Cycling de BOIC-kandeleer;

tweede (herhaalde) vaststelling: in België kan men coureur worden niet dankzij maar ondanks de wielerbonden.

 

De selectie van Aless De Bock, Cedric Keppens en Jasper Schoofs voor het EYOF was dus (ook om andere redenen) géén onverdeeld geschenk waarvoor ook Xander Scheldeman, Axel Van den Broek en Lomme Van den Meerssche in aanmerking kwamen maar nu niet langer rouwig zullen zijn. Als inrichter zou ik niet bepaald vrolijk van een afgeroomd deelnemersveld.

Het belet niet dat er nog voldoende andere blikvangers zullen zijn. Behalve Xander, Axel en Lomme zijn dat ook: Stan Craps, Matthijs De Clercq, Wout Hemeryck, Cisse Pauwels, Jarne Van Dijck, Matijs Van Strijthem, titelverdediger Nio Vandevorst, … 

Nolan Huysmans staat daar helaas niet tussen plaatsen, hij is nog steeds herstellende van een vreselijke valpartij in Frasnes.

Jenthe Verstraete, de verrassende winnaar van het Critérium Européen (Lux.) wordt in Brasschaat nièt op zijn wenken (hoogtemeters) bediend.

Veronachtzaam de Waalse kandidaten niet met vooral Edouard Claisse, Guillaume Daix en Florian Delier.

 

Bij de eerstejaars is Thibaut Van Damme zowat de maat der dingen. Hij grossiert als jonge tiener in allerlei titels. Hij mag weerwerk verwachten van vooral Toon De Zutter (als kampioen 2021 der 14-jarige aspiranten de eigenlijke titelverdediger), Thor Feyaerts, smaakmaker Devlin FeysYoram Knaepen, Brend Van Aerschot, Siebe Van Canneyt, Vlaams kampioen Arthur Van den Boer, Kobe Van der Vurst,…


Indien iemand anders dan de voornoemden morgen één van de beide titels grijpt dan zal dat als een absolute verrassing in de armen worden gesloten. 

Brasschaat mag dan wars van hoogtemeters zijn, het zijn nog altijd de coureurs die de koers maken en uitrollen.

vrijdag 29 juli 2022

EYOF-vagevuur in de tijd-, hemel in de wegrit

DE BOCK - KEPPENS - SCHOOFS 

Het nieuwste Vlaamse inspirerende triumviraat

 

De Pool Patryk Goszcurny won op woensdag aan bijna 47 km./u. de korte (8,4 km.) tijdrit van het European Youth Olympic Festival.

De Vlaamse vertegenwoordigers  kwamen er in Banská Bystrica (Slovakije) niet aan te pas: Jasper Schoofs werd 17de (+30”), Aless De Bock 27ste (+38”) en Cedric Keppens 34ste (+44”) maar mochten ruim verzachtende omstandigheden inroepen. 

Dat dit geen gratuite uitvluchten waren, bleek twee dagen later in de lastige wegrit die ze helemaal naar hun pedalen zetten: Cedric won, Jasper werd 4de en Aless (in een dienende rol) 24ste.

De grote ronde met een klim van 4 km., gevolgd door een lange (bijtrap)afdaling, een vlakke strook waarna een venijnige slotklim zorgde tweemaal voor een rigoureuze schifting. De drie Vlamingen behoorden tot de 25 survivors en het beste moest nog komen.


Cedric KEPPENS won in Banská Bystrica (Slovakije) de wegrit van het
European Youth Olympic Festival.

De Italiaan Ivan Toselli voerde de forcing op 5 km. van de finish. Hij leek gewonnen spel te hebben maar dat was zonder de waard - Aless De Bock gerekend. Die zette zich schrap en de koploper mocht inpakken. Met hun 20 ijlden ze naar de finish, waar Patryk Goszcurny, met zijn landgenoot Michal Strzelecki in steun, een winnend bisnummer leek op te voeren. Cedric Keppens had zijn ultieme inspanning beter getimed en ging pas op 220 meter vol aan. De Zwitser Cedric Graf volgde zijn move en deed dat iets te fysiek. Cedric bleef, zoals het een costaud belieft, overeind en passeerde de beide Polen. Jasper Schoofs overstak Graf voor de vierde plaats.

Keppens - Schoofs - De Bock kan de kerstening zijn van een volgend Vlaams trekkend triumviraat. Ambitieuze tieners kunnen zich aan hen spiegelen om mooie stappen te zetten met het tijdrijden als een werkpunt waartoe ze bereid zijn. Tegen de klok waren niet enkel de anti-omstandigheden die hen parten speelden, ze schoten ook tekort maar dat is geeneens erg.

Jasper, die in de driekleur de tijdrit van de Course de la Paix won, kreeg logisch de faciliteit van de droogste omstandigheden en haalde eruit wat erin zat: een 17de plaats op 30” van de winnaar maar op amper 9 tellen van de zesde, een kwestie van details dus. 

Aless is een diesel die pas over langere afstanden zijn beste rendement haalt. Hij bleef steken op de 27ste plaats met 8” meer dan Jasper. 

Cedric is geen die hard van het tijdrijden en zijn wedervaren in Slovakije zal dat niet meteen veranderen: starten in de stortregen, er toch het beste van maken met de besttijd van de 15 eerste starters maar daarna overspoeld worden door de veertig volgende die een veiliger of zelfs helemaal droog wegdek onder de wielen kregen. Cedric verkiest een één tegen allen boven een één tegen één. Hij trainde amper met een specifieke tijdritfiets. Het zit hem dus voorlopig meer tussen de oren dan in de benen. De dag dat hij die knop omdraait zal hij zich ook in het tijdrijden verbazen zoals hij hier deed in de wegrit waarin hij dezelfde Pool vloerde die over de tijdrit van 8,4 km. driekwart minuut minder deed. In het BK tijdrijden (11,6 km.) in Dikkelvenne werd hij pas 5de op 36” van Jasper Schoofs. Benieuwd of hij op 4 september naar Waregem komt voor de Memorial Igor Decraene komt om de ban van het tijdrijden te breken.

maandag 25 juli 2022

Nòg béter wil ik niet geschreven hebben maar …

Freddy MAERTENS 1976 was nòg stràffer dan Wout VAN AERT 2022

 

Geen enkele groenetruidrager was ooit stràffer dan Wout Van Aert! Wablief?!

En Freddy Maertens in 1976 dan? Hij won de proloog, kwam in het bezit van de leiderstruien, met de gele reed hij negen dagen later L’Alpe d’Huez op, met de groene 24 dagen later de Champs-Elysées. Hij totaliseerde 293 punten, hetzij 153 meer dan Pierino Gavazzi en 165 meer dan Jacques Esclassan, die hij in Divonne les Bains de dagzege cadeau deed, anders had Freddy negen (!) ritten gewonnen en zou hij, wat dat betreft, alléénrecordhouder zijn. 


Freddy moest inderdaad met geen kopman rekening houden, hij was zijn eigen baas en dat weerspiegelde hij ook in het tijdklassement, waarin hij uitkwam op de 8ste eindplaats met amper 16’09” meer dan Lucien Van Impe. Maertens’ minst goede daguitslag was een 28ste plaats op Pyrénées 2000. Daarentegen eindigde hij niet minder dan 14 keer in de top vijf.

En wat betrof het tijdklassement had hij, indien alles in een nog juistere plooi was gevallen, nòg hoger kunnen eindigen en zelfs het eindpodium kunnen bestijgen.

 

Of ik met dit exposé wilde aantonen dat Freddy behalve stràffer ook béter was dan Wout? Bijlange niet! Dat soort intrinsieke vergelijkingen gaan niet op. Wat ik wel weet is dat Freddy er met een betere omkadering en begeleiding nog meer zou uitgehaald hebben in 1976 en zeker daarna. Zijn tijdrit op de derde dag in Le Touquet (37 km. à 47,1 km./u.) memoreerde de beste Jacques Anquetil. Freddy had in de 15de rit richting Pau kunnen meewippen met zijn luitenant Michel Pollentier toen die de uitbrekende Wladimiro Panizza volgde en 3’28” vòòr de favorietengroep arriveerde. Op de voorlaatste dag naar Versailles reed Freddy met Ferdinand Bracke anderhalve minuut vòòr het peloton uit tot hij van de weg afgleed. Ook Bracke werd ingerekend door het compacte peloton, waarvan Maertens de spurtzege voor de dagzege won. Pau en Versailles hadden Freddy’s totaaltijd met vijf minuten kunnen reduceren en in dat beste geval passeert hij Raymond Poulidor op de derde eindplaats.

Ik denk dat Wout Van Aert voor Freddy’s unieke prestatie ootmoedig het hoofd buigt zoals Freddy Maertens de voorbije weken ongetwijfeld deed voor die van Wout. Afwegen wie de beste van de twee zou zijn is niet aan de orde maar daarover een mening hebben mag natuurlijk wel.

Géén rem op latente ambities als klassementsrenner

Laat Wout VAN AERT 

de allrounder blijven die hij meer dan ooit is


Alles ‘bij het oude’ houden is zijn beste optie

 

Wout Van Aert heeft over de 3328 km. van de Tour 2022 uiteindelijk 96 minuten meer gedaan dan primus inter pares Jonas Vingegaard. In tegenstelling tot 2019 (20ste) en 2021 (19de) landde Wout dit keer (22ste) net buiten de top 20.

De meeste van die 96 verliesminuten zijn te wijten aan het laten lopen na zijn taak voor zijn kansrijkere kompaan te hebben volbracht. Ik denk dat hij uit eigen onmacht slechts tweemaal de rol moest lossen

Stel dat hij bij afwezigheid van Vingegaard (én Roglic) prominenter op zijn strepen mag staan en zijn inspanningen beter doseren dan komen de hoogste regionen van het tijdklassement ongetwijfeld in beeld.

Als hij in niet batige eigen situaties toch bijna driemaal op een rij de top 20 haalt zonder er initieel naar te streven dan moet Wout eigenlijk weinig veranderen om zichzelf uit te rollen als klassementsrenner voor de Tour.

Volgens niet weinigen moet hij van ploeg veranderen om in de Tour nog meer te bereiken dan hij al bereikt heeft: drie dagzeges, de groene trui, de ... assistkoning van zijn winnende kompaan en dus dé smaakmaker par excellence

Eerste vraag die ik aan die betweters stel: welk ander team kan Wout én hetzelfde financiële plaatje bieden én door evenwaardige renners omringen én in dezelfde comfortzone koesteren, zowel logistiek als qua personeel. 

Om zich initieel drie weken lang op le maillot jaune te focussen zou Wout zijn fysionomie moeten ombouwen en een respectabel aantal kilo’s afvallen. Zou, maar zoiets doe je evenwel niet ongestraft, vraag het maar aan Luis Herrera die halfweg de jaren 80 een betere tijdrijder werd maar inboette als klimmer. 

In die val zal Wout nooit trappen, wat toch niet helemaal hoeft uit te sluiten dat hij in het tijdklassement van de Tour ooit verrassend hoog eindigt zoals Sean Kelly (5de in 1984 en 4de in 1985), Hennie Kuiper (2de in 1977 en 1980), Laurent Jalabert (4de in 1995) en Julian Alaphilippe (4de in 2019) het hem voordeden met een Body Mass Index (= gewicht / lengte x lengte) bedroeg (bron: procyclingstats.com) respectievelijk 23,323 23,765 21,307 20,716. Wout Van Aert posteert zich in hun midden met 21,607. Tadej Pogaçar is iets lichter 21,307, Jonas Vingegaard komt uit op 19,835

De meesten onder ons zien Wout Van Aert alvast liever als een allrounder die op alle mogelijke terreinen onderscheidt en voor wie het WK tijdrijden de volgende grote uitdaging moet zijn. Daarin maakt hij meer kans dan in de wegrit van de zondag daarop en die qua aanpak opnieuw een Vlaamse krabbenmand zal zijn. 

 

zondag 24 juli 2022

Ondanks tegenzittende omstandigheden

werd het op de Hoge Mauw van Arendonk toch een …

Hoogfeest voor het embryonale wielrennen


Alles kan beter en dat beseft ook Yvan Segers, de gedreven voorzitter van de Arendonkse Wieler- & Supportersclub, die negen en acht jaar later andermaal de Vlaamse kampioenschappen voor jongens en meisjes aspiranten organiseerde op de Industriezone Hoge Mauw.

Yvan, die zowaar op dezelfde dag geboren werd als mjn dochter Els, is een ervaringsdeskundige inzake kampioenschappen. Twee jaar nadat hij in Herent-hout 1989 door Michel Stuut verrast werd voor de driekleur der nieuwelingen haalde hij in Tongerlo zijn slag thuis ten koste van Johan Leuse en topfavoriet Hendrik Van Dijck. Als jonge liefhebber sleepte zijn doorbraak wat aan maar in 1995 was hij terug op de goede weg als winnaar van Gent-Ieper en de Deerlijkse Nijverheidsprijs. Toen zijn papa niet veel later overleed, was de veer gebroken.

Yvan Segers serveerde geen dot van een parcours maar een vierkantige omloop, geplaveid met aftandse betonstroken. Yvan had niet de faciliteit dat men, zoals voor een WK, voor zijn kampioenschappen verse tarmac goot en hoogtemeters aanbrengen kon hij al helemaal niet. Beter deze onvolmaakte omloop dan helemaal niets en zelfs de miezerige motregen en enkele spijtige valpartijen konden de pret maar een heel klein beetje derven.


Het was voor de vrijbuiters onmogelijk om zich voor de sprinters uit de voeten te maken en dus mondden alle zes kampioenschappen uit in groepsspurten met niettemin enkele verrassende ontwikkelingen.

Bij de 12-jarigen werd Miel Heuninck (Nieuwerkerken / Wielerschool Pajottenland-Now CT) een eerste keer geklopt door Brent Biesbroeck, de regérende Vlaamse en Belgische kampioen omnium. Miel werd er niet vrolijk van werd maar bleef sportief. Hoe gewaagd beiden aan mekaar zijn zal op 14 augustus blijken wanneer een matinale tijdrit nog meer duidelijkheid kan scheppen. Miel is die dag nog jarig ook. Hopelijk blijft Wannes Descan in Denderleeuw wel gespaard van tegenslag, in Arendonk deed een val hem al aan het begin der tweede ronde vruchteloos achter de feiten koersen.


Bij de 13-jarigen had de oorspronkelijke Slowaak Tobias Flajs zijn naturalisatie op de valreep gedaan gekregen. Hij liet die beschikking niet koud worden en versloeg, zoals hij al eerder deed in Pittem, topfavoriet Sander Willems. Die zal tuk op reanche zijn op het BK in Denderleeuw, waar hij met de matinale tijdrit daarbovenop twee kansen krijgt. Ook Alexander Bastiaens, Liam Depoorter, Mats De Ridder, Romain Haid en bovenal titelverdediger Wout Veuchelen (vorig jaar ook derde in de tijdrit) zullen zich in die debatten mengen.


Bij de 14-jarigen heeft Matthias Bogaert (pas 18de) het voortouw van de afwezige Jintze Joris (met zijn ouders op verlof in Thailand) niet kunnen overnemen. Titelverdediger Mauro Keppens deed het wat graag in zijn plaats met een dot van een sprint, die hij in Denderleeuw graag zou overdoen. Voor de 14-jarigen kan het een open kampioenschap worden met ook Augustin Maeck (een Waaltje dat geregeld in Vlaanderen kwam piepen en in Tollembeek zijn mooiste overwinning behaalde). Er zijn ook Kyano Cottignies, Arnaud Delimont, Stan Kahn, Siebe Oliviers en Yasu Vervoort. Wees er maar zeker van dat Matthias Bogaert op revanche zint.



In afwachting van het BK is er komend weekend de Antwerp Tour in Hoogstraten (vrijdag), Merksplas (zaterdag) en Rijkevorsel (zondag). Het Limburgse drieluik was er al eind mei en eind augustus volgt het West-Vlaamse. Jammer dat Oost-Vlaanderen, Vlaams-Brabant (dat het enkele jaren geleden met Francis Van Mechelen op gang bracht, zou dat niet iets voor ... Vermarc zijn?) en Wallonië blijven ten achter. 

donderdag 21 juli 2022

Vandaag Vlaams kampioenschap voor aspiranten 

op de Hoge Mauw van Arendonk

Ruime aandacht voor het embryonale wielrennen

 

De Arendonkse Wieler- & Supportersclub organiseert, acht jaar later, andermaal de Vlaams kampioenschappen voor jongens en meisjes aspiranten op de Industriezone Hoge Mauw.

Jammer dat deze, zoals in 2013 en in 2014, in de voormiddag niet worden voorafgegaan door een individuele tijdrit van 2,4 km. die de onderlinge krachtverhoudingen nog beter in kaart zouden hebben gebracht.

De vierkantige omloop is in het nadeel van de vrijbuiters die zich voor de sprinters uit de voeten willen maken.

De kans is dus aanzienlijk dat de zes kampioenschappen uitmonden in een groepsspurt. Het zal dus het peloton(netje) zijn dat demarreert en de achterdeur wagenwijd openzet voor de jongens en de meisjes die daardoor de rol moeten lossen.

Bij de 12-jarigen is Miel Heuninck (Nieuwerkerken / Wielerschool Pajottenland-Now CT) de torenhoge favoriet. Na derde plaatsen in het VK en het BK veldrijden won hij àl zijn wegkoersen. Brent Biesbroeck, de regérende Vlaamse en Belgische kampioen omnium, wordt theoretisch zijn voornaamste concurrent. Ook het Wannes Descan sprokkelde aardig wat punten. De anderen volgen, inzake resultaten, op vele lengten maar het is ook hen niet verboden om te verrassen.

Bij de 13-jarigen is de oorspronkelijke Slowaak Tobias Flajs de grote afwezige want nog steeds niet tot Belg genaturaliseerd. Kampioen Sander Willems, Alexander Bastiaens en titelverdediger Mats De Ridder zullen dat niet erg vinden. Was er geen mogelijkheid om Tobias aan het VK en het BK hors concours te laten deelnemen? Hij mocht wel opdraven in het West-Vlaamse PK dat hij vlotjes won. Ik denk dat deze kafkaiaanse toestanden niet aan Cycling Vlaanderen of aan Belgian Cycling maar aan de inertie van onze politiciens liggen en waarvoor een 12-jarige jongen, die zich helemaal heeft geïntegreerd, moet opdraaien. Foei! Sander Willems is de uitgesproken favoriet die slechts driemaal overwonnen werd: in Brugge (door de Liams Depoorter en Dierickx), in Zelzate (door Warre Lambrecht en Mats De Ridder) en in Pittem (door Tobias Flajs).  Wout (zoon van Frederik) Veuchelen kwam iets behoedzamer op gang maar is klaar voor een nieuwe afspraak met het Vlaamse en Belgische podium.

Bij de 14-jarigen is Jintze Joris die op 1 mei op overtuigende wijze kampioen van België tijdrijden werd, de grote afwezige. Hij is vrijwel de hele zomervakantie met de familie in Thailand zodat hij behalve het VK ook het BK mist. In de Ronde van West-Vlaanderen tijdens het laatste weekend van augustus is hij er wel bij. Matthias Bogaert zal het voortouw wat graag overnemen. Op het BK tijdrijden behaalde hij (14de op 1’08”) een teleurstellend resultaat. In de favorietenrol wordt hij naar de kroon gestoken door Belgisch kampioen Mauro Keppens, de dubbele Oost-Vlaamse kampioen die al zijn koersen won nadat hij het bestond om over de 11,6 km. van het BK tijdrijden nog twee tellen meer te doen dan Matthias Bogaert. Het gevecht tegen zichzelf is het werkpunt van zowel Matthias als Mauro. Kyano Cottignies is de volgende medefavoriet met in zijn kielzog Arnaud Delimont, Stan Kahn, Siebe Oliviers en Yasu Vervoort. Wie zich, wegens niet vermeld, tekortgedaan voelt, mag mij altijd verrassen.

 

21 juli 2014: Veurnenaar Mathias DECLERCQ wordt Vlaams kampioen bij de 14-jarigen en verslaat onder anderen Lars DANIELS (links), Fabio VAN DEN BOSSCHE, Joris HAEX, Nicolas WERNIMONT, Thibaut PONSAERTS, Xander VERVLOESEM, Tuur DENS, ... Mathias was al kampioen van West-Vlaanderen en zou 13 dagen later in Grandglise ook kampioen van België worden. En toch blijkt Mathias acht jaar later niet te zijn doorgebroken, iets waaraan hij zich reeds als jonge tiener realistisch aan verwachtte zodat hij niet bedrogen uitkwam.

Op 21 juli 2013 wonnen Milan Fretin (tijdrit) en Brent Machiels (wegrit) bij de 12-jarigen; Luca De Meester (tijdrit) en Davide Bomboi (wegrit) bij de 13-jarigen; Yentl Bekaert (tijdrit) en Trystan Fivé (wegrit) bij de 14-jarigen.

Op 21 juli 2014 wonnen Robin Orins (tijdrit) en Luca Van Hout (wegrit) bij de 12-jarigen, Milan Fretin (tijdrit) en Brent Machiels (wegrit) bij de 13-jarigen; Xandres Vervloesem (tijdrit) en Mathias Declercq (wegrit) bij de 14-jarigen.   

Juist, het zijn met hun allen mààr aspiranten, het embryonale stadium van het wielrennen, maar mogen die jongste tieners dan niet in the picture geplaatst worden voor wat ze hier en nu realiseren? Wat daar al of niet op volgt, is nog lang niet aan de orde. Elke coureur, hoe kortstondig hij ook  koerst, heeft een laagje eelt voor het algemene leven.

 

Op 14 augustus volgen dan de Belgische kampioenschappen in Denderleeuw, waar er wel een matinale tijdrit gepland is voor de 12- en de 13-jarigen maar niet voor de 14-jarigen die hun BK tijdrijden reeds hadden op 1 mei in Dikkelvenne met Jintze Joris als verrassende winnaar.


zaterdag 16 juli 2022

TOUR 2022 werd het requiem van het Italiaanse en het Spaanse wielrennen

 

Filippo Ganna deed gisteren een derde lovenswaardige poging om er ons op te wijzen dat hij dit jaar in de Tour zijn debuut maakte. In de openingstijdrit in Kopenhagen stelde hij als regérend wereldkampioen in die discipline teleur met een vierde plaats. In de elf volgende ritten eindigde hij slechts één keer bij de eerste negentig. In de rit naar Megève maakte hij wel deel uit van de grote ontsnapping maar hij was één van de eersten die de rol moest lossen. En gisteren zette hij op weg naar Saint-Etienne zijn minst slechte prestatie neer als de hekkensluiter van de zes vluchters. Over de eerste dertien dagen deed hij bijna twee uur meer dan Jonas Vingegaard. Vraag is of hij die grijze stand van zaken wat zal kunnen bijkleuren in de nogal golvende afsluitende tijdrit over 40,7 km. tussen Lacapelle-Marival en Rocamadour. Ik vrees van niet en dan belandt hij verder in een neerwaartse spiraal of het zou moeten zijn dat hij koerst met de handrem op in functie van zijn op 23 of 24 augustus geplande aanval op het werelduurrecord van Victor Campenaerts.

Whatever: Ganna is met deze staat van verdienste in de 109de Tour alsnog de minst slechte Italiaan. De 34-jarige Damiano Caruso, de tweede van de Giro 2021, is de (sic) best geklasseerde Azzuri (22ste op 42’07”). Voor een dagzege kwamen de 14 gestarte Italianen geen enkele keer in aanmerking, zeldzame top tienen waren hun hoogste goed.

Italië kon in zijn Giro de schijn nog even ophouden met vijf dagzeges, behaald door de mogelijke ééndagsvliegen Alberto Dainese, Stefano Oldani, Alessandro Covi, Matteo Sobrero en de iets bestendiger Giulio Ciccone (die er in de Tour behoudens een 10de plaats op l’Alpe d’Huez amper wat van bakte). Bovenal was er de vierde eindplaats van de 37-jarige afshceidnemende Vincenzo Nibali en de achtste van de 39-jarige Domenico Pozzovivo, die er nog even mee doorgaat.

Sonny Colbrelli was hun grote hoop in bange dagen maar die is na zijn hartfalen in Catalunya met een aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid voorgoed uitgeteld. 

 

Spanje is er nauwelijks beter aan toe, al posteert het zowaar nog net een vertegenwoordiger in de tussentijdse top tienvan Tour 2022: de onvolprezen Enric Mas, één der tien beste klassementsrenners van zijn generatie, voor wie aanklampen beter lukt dan aanvallen. 

De Spaanse esperanza wordt vooral belichaamd door de amper 19-jarige Juan Ayuso die volgens zijn 5de plaats in Catalunya en zijn 4de in Romandie ook vrij geloofwaardig is als klassementsrenner. In de Vuelta 2022 wordt hij wijselijk nog niet voor de leeuwen gegooid en waarin de 42-jarige Alejandro Valverde zijn ultieme kunstjes wil opvoeren.

 

Vanaf 2023 moet Italia dus verder zonder Nibali en España zonder Valverde, het zal de twee Latijnse landen nog verder doen wegzakken in de desbetreffende rankings. De beide naties hebben een gezamenlijke oppervlakte van ruim 800 duizend vierkante kilometer en tellen meer dan 100 miljoen bewoners maar halen in het huidige wielrennen de ramkoers. Vlaanderen is ruim zestig keer kleiner met hooguit zeven miljoen ingezetenen maar verovert de jongste jaren een veel rijker marktaandeel in de World Tour. And: you ain’t seen anything yet! 

 

donderdag 14 juli 2022

13de editie van de West-Vlaanderen Tour


Ontbreken van Avia-Rudyco en Isorex onthoofden het deelnemersveld 

van een nochtans puike organisatie

 

Op donderdag 18 (Bellegem), vrijdag 19 (Meulebeke), zaterdag 20 (Stasegem, individuele tijdrit) en zondag 21 (Rekkem) augustus is er de 13de editie van de West-Vlaanderen Tour, waaraan 24 teams van elk 5 renners mogen deelnemen. 

De uitverkorenen zijn: Willebrord Wil Vooruit (Ned.), Team Wallonie, WAC Hoboken, Jonge Renners  Roeselare, Molenspurters Meulebeke, Racing Phenix Team (Fr.), Gaverzicht - Be Okay Deerlijk, Noordzeemeeuw, Oostende, CT Menen, CC Chevigny, Olympia Tienen, ASD GB Team (It.), Davo KZWLC, Balen BC, Heist CT, VC ’t Meetjesland Knesselare, Steeds Vooraan Kontich, Team Kempen Turnhout, Onder Ons Parike, Wielerteam Waregem, IWG - Wapi Frasnes, Team Waasland, TigeRR CT (Ned.) en (mixed) Houtland Westkust / Young CT Middelkerke. 

Avia-Rudyco en Isorex werden daarentegen niet weerhouden en dat betekent een gigantische sportieve aderlating want kleppers als Nicolas Aernouts, Nolan Huysmans, Cedric Keppens, Thibaut Van Damme en Lomme Van den Meerssche, … / Louïc Boussemaere, Aless De Bock, Xander Scheldeman, Matiz Van Boterdael, Jenthe Verstraete,… waren een absolute meerwaarde geweest voor de spankracht van de mooie vierdaagse, die de nazomer inluidt. Geen enkele objectieve reden kan deze bizarre maatregel wettigen, die dus louter te wijten is aan de frustraties van de (vooral kleine) conservatieve clubs.

Dit is ontegensprekelijk het devalueren van een potentieel deelnemersveld. De organisatie specialiseert zich als het ware in het decimeren van sterke clubs, vorig jaar waren Canguru - QTS - Air College en Team Waasland - Van Moer de dupe. En dat in de godbetert enige rittenkoers in Vlaanderen voor nieuwelingen, waaraan coryfeeën als Louïc BoussemaereXander Scheldeman en Jenthe Verstraete in eigen provincie niet mogen deelnemen. 

De organisatie schiet zich daarmee pijnlijk in eigen voet en treedt trouwens zijn eigen reglement met diezelfde voeten want het weerhoudt vier in plaats van drie buitenlandse teams. TigeRR wordt (handigheidje!) niet als een buitenlands team aanzien omdat Rob Ruijgh Lanaken heeft als uitvalsbasis. Hij opereert evenwel met uitsluitend knappe Nederlandse renners (vooral Daan Maessen, Max Rijvers, Jules van Neer, Sylvain Vleugels, Sem Vrancken, ...), die misschien op hun beurt blij zullen zijn dat Avia-Rudyco en Isorex ontbreken. 


Meerdere geselecteerde clubs hebben in de West-Vlaanderen Tour wegens een gebrek aan kwaliteit niets te zoeken en dat beseffen zij zelf ook wel. Om hun afgang enigszins te camoufleren had men een tweede en zelfs een derde mixed team kunnen samenstellen. In dat geval waren er plaatsen vrijgekomen voor Avia-Rudyco en Isorex, maar dat is kennelijk het laatste wat men wil. Nu mogen deze teams in Hamburg (EuroEyes Cyclassics), 1000 km. van hier, een alternatief vinden. Stuitend!

Laat mij beklemtonen dat ik spreek in eigen naam en niet in die van Avia-Rudyco en Isorex die anders ook in 2023 zouden geweerd worden. Dit ruikt onverkort naar ... chantage! In welke eeuw leven wij?


woensdag 13 juli 2022

Noël VANCLOOSTER werd géén superkampioen als renner, 

wel (en véél liever) als papa

 

De inmiddels 28-jarige Noël Vanclooster leek in Tirreno-Adriatico 1971 aan een revival toe: tweemaal dicht bij een dagzege: derde in Lazio en in Civitanova Marche, vijfde in het eindklassement. Hij kon zijn heropstanding evenwel niet doorzetten.

- “Ik had de voorgaande jaren teveel ontgoochelingen opgelopen”, zucht Noël. “Met mijn echtgenote Marleen had ik in 1971 het café Meulebeke opgestart en die aktiviteit schonk meer voldoening dan het karig verloond bestaan als  beroepsrenner. Ik deed er almaar minder voor en dan besef je dat het op is. Het was meer aanklampen dan uitblinken. In 1975 zette ik er een punt achter, ik was amper 31 jaar.”    


Noël VANCLOOSTER met zijn oogappel SOFIE. (Foto Patrick VERMEULEN)

Noël won als youngster tot dertig keer per seizoen en leek in de tweede helft der jaren zestig van vorige eeuw linea recta op weg naar een grootse carrière. Zo won hij in 1965 eerst de Ronde van België voor liefhebbers. Twee maanden later werd hij in Libramont de laatste kampioen van België voor onafhankelijken. 

Flandria was blij het streekidool vanaf 1966 in de armen te sluiten maar Pol Claeys abdiceerde, na een dispuut met de wielerbond, voor één seizoen als wielersponsor. Noël werd doorgespeeld naar Mann-Grundig met Jos Huysmans en Herman Vanspringel als uitgesproken kopmannen. Noël gedijde niet in de Antwerpse sfeer. 

- “Ik won meteen de Omloop der Vlaamse Ardennen in Ichtegem en was tien dagen later ook de beste in Gent-Wevelgem maar werd verplicht om mijn kopman Herman Vanspringel de vrije doorgang te verlenen. Dat was enorm frustrerend.” 

LIEGE-BASTOGNE-LIEGE 1968

Die beproeving was klein bier in vergelijking met wat hem twee jaar later in Liège-Bastogne-Liège overkwam. Hij schoof er behoedzaam mee in een vroege vlucht op 245 km. van Rocourt en haspelde de laatste 70 km. in zijn eentje af. 

- “Ik kraakte op de côte de Thier en werd op hooguit één kilometer van Rocourt door de wereldtop overstoken”, zucht Noël. “Indien ik die prestigieuse overwinning had behaald dan zou dat een wereld van verschil uitgemaakt hebben voor de verdere uitbouw van mijn carrière.” 

Twee weken eerder zat het hem ook lelijk tegen in Paris-Roubaix. Zijn kopman Walter Godefroot was onbedreigd op weg naar één van zijn grootste triomfen. Noël behoorde tot de eerste achtervolgers. 

- “Ik zou rond de vijfde plaats geëindigd zijn indien mijn derailleur niet in mijn wiel was gedokkerd”, verduidelijkt Noël. “Ploegleider Briek Schotte kon mij niet depanneren, hij volgde logisch in het spoor van Walter.”

KOOLSKAMP 1970

Dergelijke denderende momenten keerden niet terug. Noël moest het op een lager echelon vinden, zoals bijvoorbeeld in het kampioenschap van Vlaanderen te Koolskamp in 1970. Noël reed er de finale in met zijn boezemvriend (kakelvers wereldkampioen) Jean-Pierre Monseré en Herman Vrijders. Noël zette er de spurt in en Jempi liet een gat vallen dat hij niet meer gedicht kreeg. Pol Claeys, de tirannieke patron van Monseré, dacht er anders over en orakelde de legendarische maar weinig stichtende quote:

- “Gaan ze met mijn kloten blijven spelen?”

Het ontlokte een halve eeuw later nog altijd een smakelijke lach bij Noël, die een gregario first class zou geworden zijn indien Jempi niet tragisch was verongelukt.

VIVE LE TOUR

Noëls carrière was helaas een onvoltooide symfonie, maar minnetjes was zijn palmares toch ook niet. Hij won een respectabel aantal mooie koersen en in alle monumentale klassiekers haalde hij minstens één keer de top twintig, inzonderheid als tiende in Milano-Sanremo 1967, het jaar dat hij debuteerde in de Tour met een zestiende plaats.

- “Ik was ver-open-ba-rend”, beklemtoont Noël. “Met wat meer meeval had ik op de Ballon d’Alsace kunnen triomferen. Ik werd er helemaal op het laatst overstoken door Lucien Aimar en Franco Balmamion. Mijn 16de eindplaats geeft een vertekend beeld. Een top tien kwam mij toe maar in de ultieme bergrit kende ik un jour sans en verloor ettelijke minuten.”

ROLMODEL ALS PAPA

Noël Vanclooster werd dus geen kampioen als coureur maar een superkampioen als papa. In 1990 verloor hij in amper drie dagen zijn echtgenote Marleen (zus van Club Brugge - speler Freddy) De Coninck. Hij (ook chauffeur voor Nieuwkuis Blitz Shop) bleef achter met hun drukbeklant café en hun piepjonge dochters Sofie en Stefanie. Noël ontfermde zich over hen als papa en mama tegelijk. Ze droegen hem op handen evenals zijn kleinkinderen Ward en Louise respectievelijk Anna en Leon. Een betere huiskok konden ook zijn schoonzonen zich niet indenken. Tussen die bedrijven door wandelt Noël dagelijks een respectabel aantal kilometer, een parameter die aangeeft hoe kwiek hij nog is en hoe jong hij zich nog voelt. 

Als oorspronkelijke Torhoutenaar jeunt Noël zich al decennia in Tielt. Hij bleef er, ook na de sluiting van café Meulebeke in 2012, graag wonen. Het was een bijzonder genoegen om hem, in het gezelschap van zijn oogappel Sofie, geregeld op de West-Vlaamse koersen te ontmoeten.