woensdag 9 april 2025

Eliot SIEGERS en Thibe VANDENHEEDE graag in de tubesporen van 

hun illustere broers Emil en Mathis

 

 

Niet Lex Lambrecht noch Lars Villers hebben in Ramsel de openingskoers der aspiranten van het bouwjaar 2011 gewonnen. Kan gebeuren maar wat het extra frappant maakt is dat ze anderhalve minuut arriveerden na de solérende Eliot Siegers, die een beetje kon rekenen op het afstoppingswerk van zijn kompaan Jules Mathieux terwijl de Vlamingen het vertikten om de krachten te bundelen. Communautair gepoker?! Neen hoor, wel één versie van het verloop op de ‘eerste schooldag’ waaraan niet al te zwaar moet getild worden maar leuk als petite anecdote.

Eliot Siegers is niet de eerste de beste maar de dubbele FCWB-kampioen en bovenal de Belgische titelvoerder tijdrijden, die eind augustus 2024 in Quaregnon al Villers (+2”) en Lambrecht (+4”) overtrof en die voor hem de uitdagende maat der dingen zijn om stelselmatig beter te als coureur. Eind maart viel er ook al een verrassing in Eliots nadeel uit. In het Henegouwse PK tijdrijden te Sirault werd hij met een halve seconde geklopt door Jules Mathieux.

Eliot is de ruim 2,5 jaar jongere broer van Emil, die in Hoogstraten 2023 even verrassend als grandioos BK werd bij de eerstejaars-nieuwelingen en die zijn titel en trui in 2024 waardig uitdroeg met overwinningen in de Katjeskoers, het Vermarc Project, Herbeumont, een dagzege in de Triptyque Ardennais, … aangevuld met een resem dichte ereplaatsen en die in deze vroege lente als neo-junior al meteen gensters sloeg met een dagzege en de tweede eindplaats (na Edouard Claisse, zijn kompaan bij Trustup - CC Chevigny) in de Tour du Bocage et de l'Ernée 53 (Fr.).

De Siegers komen niet al te vaak naar Vlaanderen. Begrijpelijk want zij wonen in het verre Rendeux (arron-dissement Mareche-en-Famenne).

 

In Ramsel was er ook de verbazende vijfde plaats van Simon Ververken (Beveren-Leie), bij mijn weten zijn allereerste top vijf ooit die hem de komende maanden vleugels moet geven.


Thibe Vandenheede (Waarmaarde) won in Ramsel de eerste reeks, waarin bijna een kilometer sneller werd gereden dan in de tweede. 

Ook Thibe houdt er 2,5 jaar oudere broer op na, Mathis, die als nieuweling opnieuw grossiert in dichte ereplaatsen.

De jongste, die (geboren op 28 december als de benjamin van het bouwjaar 2011het hele seizoen als 13-jarige tussen de 14-jarigen zal doormaken (wat zeker op die leeftijd een slok op de borrel scheelt), won in 2024 geen enkele dagrit maar veroverde wel de eindzege in de Antwerpse trilogie, nadat hij 2de werd in de proloog in Balen, 3de in Winkelomheide en 2de in Mol-Millegem.

In de plaats van een midseason in Antwerpen 2024 werd het voor Thibe ditmaal een prille in Ramsel op Midas Van den Eynde en Adamou Van Bossche nog wel, meer geregelde winnaars en de nummers vijf respectievelijk van de ranking van dat jaar, waarin Thibe twaalfde staat.

 

maandag 7 april 2025

Niet voor één levensgat te vangen …

 

Cas DE SMEYTER

duurzaam oprukken vanuit de luwte

Cas De Smeyter (Melden) is vooralsnog geen tafelspringer die wekelijks het nieuws haalt met spraakmakende uitslagen. Winnen is alvast zijn regel niet, uitblinken des te meer. Hij begon er pas echt aan als nieuweling omdat hij eerder met zijn slechts 46 kilo verdeeld over 1,68m door kloekere leeftijdsgenoten overruled zou zijn geworden.

Daarmee was ook van meet af aan duidelijk waar hij vanaf 2023 de mosterd zou halen: op de hoogtemeters die hij meteen vond op La Halluinberg (Fr.), de Radjugendtour (Oost.), het Critérium Européen (Lux.), de Vuelta al Bayo Aragon (Sp.) waarin de prestaties beter waren dan de uitslagen deden vermoeden. In eigen land behaalde hij zijn beste resultaten: derde in Laneffe en Aalbeke, vijfde in Balegem. Meest genoegen beleefde hij onder de taalgrens in de Triptyque Ardennais (9de) en de Tour de la Basse Meuse (7de).  

Cas zag in 2024 reikhalzend uit naar zijn overstap naar de junioren omwille van de verdubbelde afstand en de verhoogde lastigheidsgraad die natuurlijke bondgenoten zouden zijn. Een weekend na zijn derde plaats (na Edouard Claisse en Nicolas Aernouts maar vòòr 130 anderen) in het selectieve Orroir behaalde hij zowaar de allereerste overwinning in Florennes, een highlight net als de tiende plaats in Herbeumont en het podium in de GP du Haut-Pays van Montignies-sur-Roc. Eén en ander werd nog ruim overtroffen door zijn opmarsin de Vuelta a Cantabria, waar hij dermate imponeerde dat hij meteen kon overstappen naar de u19 van het pro continentale Polti-VisitMalta.

Cas is evenwel (nog) niet voor één levensgat te vangen. Zo studeert hij aan het GO! Atheneum Avelgem: Technologische Wetenschappen (8u wiskunde!) als doorstroomfinaliteit voor burgerlijk of industrieel ingenieur. En tussendoor houdt hij het brein fris met koersen op niveau. 

Hij was zijn prille lente 2025 aardig aan het stofferen: daags na zijn tweede plaats (na Edouard Claisse) in Orroir hernieuwde hij zijn overwinning in Florennes. Hij kon dus onbevangen toeleven naar zijn eerste grote afspraak van het seizoen: La Bernaudeau (Fr.) die in de Vendée de 132 km. verbindt tussen La Roche-sur-Yon en La Tardière met 1633 vertikale meters. Cas was er de beste na de sakkerse Claisse, niet zijn zwart beest maar iemand die hij veel respect toedraagt voor diens solo van 43 km. waarmee hij bijna anderhalve minuut van hem wegreed. Daar viel weinig tegen in te brengen al probeerde Cas het wel. De eerste uitval kon hij met een Amerikaan nog pareren maar bij de tweede moest hij passen. Edouard reed tergend meter voor meter weg van Cas, die er wel in slaagde de dichtste ereplaats te vrijwaren die een beetje de smaak van de overwinning mocht hebben.

Eén en ander leverde een selectie met Cycling Vlaanderen op voor de E3 Saxo Classic van en naar Harelbeke, een manche van de Nations Cup met vanaf de Kattenberg dezelfde finale als de grote jongens die aan zijn thuis voorbijkomt. Zo vèr is Cas evenwel niet geraakt. In de aanloop naar de eerste helling kwam hij bij het positie kiezen ten val  en brak een sleutelbeen. Een schone breuk weliswaar die inmiddels in Herentals operatief verholpen is maar die hem toch een tijdje uit competitie haalt. Geen drama dus want zoals ene Johan Cruijffooit orakelde: elk nadeel hep een voordeel.

Het overkwam Cas op het minst ongeschikte moment want daardoor kan hij in plaats van een persoonlijke stage met opa en oma in de Pyreneeën met de klasgenoten een Geïntegreerde Werk Periode meemaken in Berlin, die hij anders niet zonder spijt had moeten missen. Het gevoel is dubbel want de Pyreneeën stonden in functie van de Ain Bugey Valromey Tour (Fr., 10-14 juli), één van zijn hoofddoelen voor een sollicitatie door een Devo Team, waarvan er overigens al enkele hun licht opstaken.

Cas is de zoon van Joost De Smeyter, een talent van het bouwjaar 1974 net als Mario Aerts, Andy Caboor (recentelijk overleden), Glenn D’Hollander, Danny Jonckheere, Geert Omloop, Frank Vandenbroucke, Hendrik Van Dijck, Rik Verbrugghe, … die hun symfonie niet konden voltooien en Joost al zeker niet want in de Nijverheidsprijs van Deerlijk 1993 brak hij bij een ware doodsmakeen dijbeen en een heup. In die bange dagen was er voor een snel herstel nog geen Lieven Maesschalck beschikbaar zodat Joost als coureur niet meer verbeterde en al op zijn 21ste de eer aan zichzelf hield en iets duurzamers verzon om zich in de wielrennerij te handhaven: de kwalificatie A-trainer wielrennen verwerven via de Vlaamse Wielerschool en het Bloso onder leiding van Ferdi Van den Haute en docent worden aan de Wielerschool van Ronse, waar ene Thomas De Gendt door de jaren heen één van zijn meest fascinerende leerlingen was.  

Last but very not least is Joost een gerenommeerde duivenspecialist, een via zijn opa zaliger uit de hand gelopen passie die zijn core business is geworden: een adept van de zware fond voor de internationale vluchten waarvan hij er een resem won, als exposure vergelijkbaar met de matchen in het voetbal om de verkoop, inzonderheid aan Aziaten, te stimuleren. Het bangelijkste probleem in dit vak is de rigide beveiliging van de hokken.

Wat indien Joost had kunnen kiezen tussen succes met de blauwe geschelptenen een gestoffeerd palmares als wielrenner? Voor Cas zal die keuze wel nooit aan de orde zijn want behalve de koers houdt hij een studieplan A achter de hand én: het één hoeft het ander niet uit te sluiten.

De inbreng van Fred Vandervennet, de eerste trainer-coach van Remco Evenepoel en meer anderen, is voor de De Smeyters een absolute meerwaarde.

“De drievoudige Belgische kampioen op de marathon is een supermens”, jubelt Joost, “een vakman die mijn langdurige tussentijd als mentor overbrugt, doet heropleven en die oldskool tot een moderne versie, wars van fantasietjes, verheft.”

Cas is een bofkont, een beetje out of the blue zoals Vos Coleman. Die twee zien mekaar vanaf mei terug, wellicht worden Liège-Bastogne-Liège (11 mei) en de Ronde van Vlaanderen (Oudenaarde, 25 mei) Cas’ eerste voorname objectieven.  

woensdag 2 april 2025

Sander WILLEMS moet even verder zonder zijn compagnon de route Vic DE SMET

 

Ook voor de nieuwelingen zit de eerste voldragen maand erop, waarin ze een beperkte agenda kregen af te werken.

Moos Mevissen (een voor Isorex uitkomende Nederlander) is de lijstaanvoerder aan dankzij winst in de GP Monseré en de dichtste ereplaats (na zijn kompaan) Tobias Flajs in de Halluinberg Classic (Fr.). Jammer dat hij als Isorexiaan niet mocht deelnemen aan de Chrono Challenge in Borlo, waar Sander Willems bij afwezigheid van Vic De Smet weinig tegenstand ondervond. Enkel Tristan Depoorter (+24”), Stan Jammaer (+26”), Timothy Verhulst (+28”) en Daan Van Raemdonck konden het verschil onder de halve minuut houden.

 

Dat zou ongetwijfeld ook Vic De Smet gedaan hebben (of wie weet?) maar na zijn demonstratie op de openingsdag in Staden bleef hij spoorloos in de uitslagen. 

Op de krokusstage met Avia-Rudyco voelde hij zich zo zen dat hij zich, in weerwil van een opstekende groeispurt (6 cm. in twee weken) aan overacting bezondigde. Hij stak er alle junioren naar de kroon maar betaalde daar een prijs voor: een knie die het helemaal liet afweten en om rust en behandeling smeekte. Zijn groeischijven zijn nog steeds in volle actie en pushen hem straks boven de 1,80m, een (on)genoegen dat hij met zijn tweelingbroer deelt maar waaruit hij sterker en bezadigder zal komen. De jongste signalen zijn geruststellend: de specialist gaf hem maandag een inspuiting die hem toelaat om vanaf morgen zijn fietstraining behoedzaam te hernemen. Indien pijnvrij mag hij komend weekend zelfs koersen maar normaliter zal zelfs het PK tijdrijden van donderdag 10 april in Herzele te vroeg komen in tegenstelling tot de Chrono Challenge van Poperinge op 26 april en bovenal de Ronde van Vlaanderen op Hemelvaartdag 25 mei in Oudenaarde.

Michel Geerinck en Johan Molly houden Vic nauwlettend in de gaten dat hij niet opnieuw buiten zijn oevers treedt. Johan heeft trouwens voor deze namiddag een bikefit geregeld om zijn fietspositie te optimaliseren.

 

Enkele éérstejaars deden het uitstekend in maart, inzonderheid Stan Jammaer, die in Lierde een pittige koers won en met enkele dichte ereplaatsen omkranste, vooral de derde in de tijdrit van Borlo, waar wegkampioen Timothy Verhulst bevestigde dat hij van deze discipline een voornaam werkpunt heeft gemaakt.

Mathis Vandenheede, Flynn Delanghe, Alexander Bastiaens, Miel Heuninck, Brent Biesbroeck, Jelle Vanhove en Gust Van Welde mogen het als een compliment interpreteren dat ik hen in Borlo dichter had verwacht. Dat moet beter op hun respectief PK en in Poperinge.

 

Mathiz Tielens boekte als eerstejaars twee overwinningen, opgelijst met een zevende plaats in Borlo waar hij het als titelverdediger van het bouwjaar 2010 weliswaar moest afleggen tegen Stan Jammaer.

 

Ook Robrecht Viaene en Jules Vydt lieten zich van hun beste zijde zien met fraaie ereplaatsen én een mooie overwinning. Zij haalden al evenmin de neus op voor de tijdrit in Borlo, waar ze 8ste respectievelijk 17de werden.

 

dinsdag 1 april 2025

Edouard CLAISSE en Vos COLEMAN

de meest spraakmakende junioren

 

Voor de wielerjeugd zit de eerste voldragen maand erop. De junioren hadden, niet in het minst in eigen land, wel al aardig wat werk aan de winkel maar ook over de grenzen was er beweging.

Edouard Claisse was in de eerste lentemaand de meest spraakmakende junior. In het openingsweekend werd hij op zaterdag vijfde in de tijdrit en won hij op zondag de rit-in-lijn van de GP San Vicente - Costa Blanca (Sp.). De zondag daarop werd hij twaalfde in de GP Les Franqueses (Sp.) en vierde hij zijn terugkeer in eigen land (het Henegouwse Vaudignies nabij Chièvres) met winst in Orroir - Mont de l’Enclus. 

But we ain’t seen nothing yet: na Spanje veroverde hij ook Frankrijk met eclatante winst (grote voorsprong) in La Bernaudeau (Fr., Vendée) en in de tweedaagse Tour du Bocage et de l’Ermée. Daar moest hij het nochtans eerst tweemaal afleggen tegen Thibaut Van Damme: op zaterdag in Montenay en op zondagmorgen in de tijdrit in Ambrières-les-Vallées. In de tussenstand telde Claisse vier seconden mali op de Kruisemnaar, die zich in de namiddagrit als een nieuweling liet verrassen door de blitzstart die hij niet meer kon rechtzetten. Het had meer dan wat te maken met een recente ziektetoestand en het daardoor innemen van antibiotica die hem in de derde rit parten speelde maar hem het vertrouwen naar de volgende koersen geenszins ontneemt. 

Voor Claisse lag het zegepad wijdopen om zich alle klassementen toe te eigenen: de tijd, de punten en de bergprijs. Edouard mocht bovendien geamuseerd toekijken hoe zijn jonge kompaan (CC Chevigny) Emil Siegers de slotrit won en in het eindklassement klom naar de tweede plaats.  

 

Edouard is niet de kleinzoon maar wel de zoon van de bescheiden ex-renner Joël Claisse (60), die 37 jaar geleden zijn voornaamste overwinning behaalde op de Mont de l’Enclus, terminus van de tweede rit van de franco-belge 1988.

Insiders beweren dat Edouard met overdreven trainingsijver nu al (té) fanatiek voor zijn vak leeft. Vorig jaar kon hij als eerstejaars tijdens een sterke nazomer alsnog een selectie afdwingen voor het WK in Zürich, waar de beste Belg werd met een elfde plaats. Dit jaar wil hij in het algemeen nog beter doen, al moet hij zich daar eigenlijk niet druk meer over maken want hij heeft zich voor 2026 al verzekerd van een plaats in Wanty-Nippo-ReUz, het Devo Team van Intermarché-Wanty.

 

Edouard Claisse werd als maatstaf gemist in Kuurne, Nokere Koerse, de Guido Reybrouck Classic (Damme), de E3 Harelbeke en de Chrono Challenge in Borlo, waarin hij zou geconfronteerd worden met onder anderen Vos Coleman, de veropenbaring van het seizoenbegin. 

 

Coleman werd als topper veel minder verwacht dan Claisse maar dat belette de goedlachse Merelbekenaar niet om te excelleren én te winnen in Damme en in de tijdrit van Borlo. Zien we die twee antagnonisten de komende weken een duel aangaan in bijvoorbeeld Paris-Roubaix of in de Ster van Zuid-Limburg?

 

Derde uitblinker van maart 2025 is de onvolprezen Thor Michielsen, een vat vol strijdlust die in Nokere Koerse ondanks een nadelige uitgangspositie door een pijnlijke val en met een bloedende rechterhand als primus door de finish reed na een pittige finale. Thor bevestigde zijn strijdlust in Damme en in Harelbeke en illustreerde in Borlo (9de) dat hij, zoals beloofd, van het tijdrijden een voornaam werkpunt had gemaakt. 

 

Tuur Verbeeck zorgde er met een sterk nummer in Kuurne voor dat de lente van het R.EV Cycling Team nu al grotendeels geslaagd is.

 

Minstens even straf was wat Mikita Babovich in Harelbeke neerzette. Hij werd al in 2024 door Francis Van Mechelen als célèbre inconnu in bescherming genomen en in diens Cannibal B Victorious geïntegreerd. Mikita behaalde, als de dubbele kampioen van zijn land, vanaf de zomervakantie de ene overwinning na de andere. Toch kostte het hem alle moeite van de wereld om voor de hardvochtige UCI-commissarissen administratief in orde te zijn voor het EK in Limburg, waar hij door de voorafgaande heisa niets kon forceren. 

Eén en ander zal hij dit jaar dubbel en dik ophalen. Na een schoorvoetend seizoenbegin hebben ze dat een eerste keer stevig ondervonden in de loodzware (want identieke finale als de profs) E3 Harelbeke, de eerste manche der Nations Cup, waarin hij als één van de eerste aanvallers alsnog wegreed uit de compacte groep der favorieten waarin onder anderen Jasper Verbrugge, die op advies van zijn mentor Patrick Huyghe, de weg van de gestage maar duurzame progressie bewandelt, werd eerste Vlaming niettegenstaande ook hij al van een vroeg offensief deel uitmaakte.