maandag 1 juni 2020

Vroege jaren negentig: 
intocht van de ‘exoten’ zet zich in …

Venezolaan wint in de Giro,
Braziliaan in de Tour

Het internationale profpeloton werd vanaf de jaren negentig van vorige eeuw almaar ‘exotischer’.
Zo behaalde de Venezolaan Leonardo Sierra een dagzege in de Giro van 1990 een dagzege (de koninginnenrit van Moena naar Aprica) en werd tiende in het eindklassement. Tijdens de herfst werd hij ook nog zevende in de Giro di Lombardia. Toen hij het jaar daarop in de Giro naar de zevende eindplaats opschoof, leek hem op zijn 22ste een mooie toekomst weggelegd maar hij was liever sant in eigen land en dat vooral in de Vuelta a Tachira die hij vanaf 1992 tweemaal op een rij won, telkens opgelijst met vier dagzeges. Hij kwam nog slechts sporadisch naar Europa, waarvan hij memorabel afscheid nam in de Vuelta van 1995. In de vierde etappe kreeg hij onder het toeziend oog van een draaiende camera een letterlijk slaande ruzie met de Spanjaard Ramon Gonzalez. Het tragikomisch. Beide kemphanen werden uit de koers gezet en Leonardo werd op staande voet ontslagen door zijn sponsor Carrera en had het daarmee gehad met het wielrennen.
Voor Venezuela kwam na Leonardo Sierra enkel nog zijn dorpsgenoot (Santa Cruz de Mora) Jose Rujano die bestendiger was. Die haalde reeds op zijn 23ste na een dagzege in Sestriere en mocht als winnaar van de bergprijs ook het eindpodium van de Giro. Hij leek een potentiële kandidaat op de eindzege maar verbeterde niet meer want hij klom niet hoger meer dan de zevende eindplaats (in 2011) die werd overstegen door dagzeges op de Etna en de Grossglockner. Vijf jaar eerder had hij voor één seizoen deel uitgemaakt van Quick.Step maar dat bleek geen goede match want in de Tour ging hij af als een gieter.  

Even vluchtig als Venezolaan Leonardo Sierra was de Braziliaan Mauro Ribeiro, in 1990 dagwinnaar in Paris-Nice. Hij haalde het in de matinale slotrit naar La Napoule verrassend van zijn illustere medevluchter Charly Mottet. Het jaar daarop haalde hij nog straffer uit in de Tour door in Rennes Laurent Jalabert en Dimitri Konychev te kloppen.
Mauro Ribeiro is een adept van de piste, die in Firenze 1982 wereldkampioen puntenrit werd maar toch voor Franse boven Italiaanse ploegen verkoos. In 1994 belandde hij zelfs bij Lotto, als zoenoffer voor de Braziliaanse fietsenfabrikant Caloi. Mauro bakte er nog amper wat van en stopte al op zijn dertigste. Slechts één andere Braziliaan zou nog een beetje aan bod komen op de internationale wielerbühne: Murilo Fischer die in 2005 verrassend vijfde werd in het door Tom Boonen gewonnen wereldkampioenschap in Madrid.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten