De vergeten (?) tweede van Waregem 2023 …

 

Oier LAZKANO de langverbeide opvolger van Juan Antonio FLECHA?

 

 

Wat zal hij gisteren veel wielerharten veroverd hebben! Het zou mij niet verwonderen dat men voor hem ergens in Vlaanderen een fanclub sticht.

Ziedaar het minste wat je van de 24-jarige Oiler Lazkano kunt zeggen na zijn demonstratie in de Clásica Jaén, de Spaanse versie van de Strade Bianche.

Oiler was de ultieme overlever van een vroege vlucht maar werd door de eerste achtervolgers nooit in verlegenheid gebracht. Hij won oververdiend en plaatste zo een statement voor de komende maanden.

Een jaar geleden was hij, zeker in onze kontreien, nog een célèbre inconnu. Waregem en Dwars door Vlaanderen brachten daar grondig verandering in. Ook daar reed hij een offensieve koers waartegen enkel de beter omringde Christophe Laporte verhaal had en vooral meer explosiviteit om de zege te grijpen.

Zelfs in eigen land was Oiler geen gevierde coureur, die niettemin al op zijn 20ste contractrenner werd bij Caja Rural maar weinigen die daar tijdens de eerste drie seizoenen wat van merkten. 

Toch promoveerde hij in 2022 naar Movistar en daar zullen zijn hoge waarden op de testbank wel voor veel tussenzitten. En die hadden niet gelogen want Oier zette van dan af mooie stappen met als rariteit dat hij vanaf Kuurne tot en met LBL in het kille Noorden kwam koersen. Nog werd hem geen rust gegund want aansluitend reed hij de Giro feilloos uit zonder voor een dagzege in aanmerking te komen. Hij reed logisch in nadrukkelijke dienst van Alejandro Valverde. Nog was het bij Lazkano niet op want eind juni werd hij na Raul Garcia (-15”) tweede in het Spaans kampioenschap, maar die totel en trui kon hij naderhand niet valideren op het EK (15de) en al zeker niet op het WK (29ste) tijdrijden.

Nu mocht hij er wel een maandje van tussen om zowaar opnieuw op ons land neer te strijken voor de Tour de Wallonie, waarin hij de allesbehalve gemakkelijke rit van Verviers naar Herve op zijn naam bracht.

Dat was allemaal in 2022 wat met zich bracht dat hij niet helemaal out of the blue op Waregem neerstreek. Daarna bracht hij de Ronde van Vlaanderen niet tot een goed einde, Paris-Roubaix zowaar wel!

Anderhalve maand later zette hij de vlakke Boucles de la Mayenne (2.Pro) naar zijn hand met aan de basis de openingsrit waarin hij de openingsrit minstens een halve minuut wegreed van de anderen.

In de Tour de Suisse nam hij een behoedzame aanloop naar de Spaanse kampioenschappen die hem ei zo na een dubbelslag opleverden: tweede op slechts drie tellen van good old Jonathan Castroviejo en twee dagen later wegkampioen in San Lorenzo del Escorial, waar eerder de nog jongere god Juan Ayuso werd verwacht.

Nieuwe bevestiging volgde met een dagzege in Burgos na een opwindend steekspel met Santiago Buitrago. Dat zette de toon voor zijn tweede Vuelta, waarin hij hand- en spandiensten verleende aan Enric Mas die teleurstelde met de zesde eindplaats niet voorafgegaan door een dagzege.

Oier zorgde nog een voor een eigen Italiaans epiloog in Varese (4de) en in Emilia (11de).

En toen kwam 2024, dat nog meer in petto lijkt te hebben. Indien Oier de fraaie lijn doortrekt dan kon hij wel eens de langverbeide opvolger zijn van Juan Antonio Flecha, die zich aan het begin van de 21ste eeuw nadrukkelijk profileerde in de klassiekers van het Noorden, waarvan hij er geen enkele won maar een all in - abonnement had op (dichte) ereplaatsen tot op de podia in de Omloop, Wevelgem, Vlaanderen en Roubaix. Kwantitatief zal hetzelfde niet haalbaar zijn voor Oiler en dus moet hij op de kwaliteit van minstens één voltreffer mikken. In de vroege lente moet hij kennelijk geen rittenkoersen meer rijden, men wil hem fris en monter aan de start zien van onder meer Kuurne en Waregem. Vraag is of die aanpak aan het Spaanse competitiebeest besteed is.

 

Oiler had een halve eeuw geleden een koersende naamgenoot Santiago zeker geen familie want anders geschreven -> Lazcano (°1947-+1985) maar inmiddels overleden. Hij werd vooral vijfde in de Giro van 1973 en behaalde het jaar daarop een dagzege.