Wurmt Remco Evenepoel zich
against all odds tussen het trio Ganna - VAN AERT - Küng ?
Het WK tijdrijden van vandaag is voor mij minstens even interessant als de wegrit van volgende zondag omdat het de sportieve waarden vanuit een egale inspanning op een exact rijtje zit.
Het allereerste WK tijdrijden was in Kopenhagen 1931 zowaar het wereldkampioenschap tout court: een marathon-tijdrit van 170 km., gewonnen door Learco Guerra. Dat was er serieus over en zelfs toen niet voor herhaling vatbaar, al bestond men het toch om in de Tour van 1947 tussen Vannes en Saint-Brieuc een tijdrit van 139 km. te organiseren. Die werd gewonnen door Raymond Impanis.
Voor de officiële opstart was het wachten tot 1994 wanneer Chris Boardman, de regérende werelduurrecordhouder, met een futuristische aerodynamische fiets zijn slag thuishaalde.
Wat mij betreft bestaat dé tijdrit van het jaar al vanaf 1932, de Grand Prix des Nations met meestal een bezetting die deze van het huidige WK oversteeg. Absolute grootmeester in dat verhaal is Jacques Anquetil die 103 dagen vòòr zijn 20ste verjaardag een eerste keer won in 1953 en dat acht keer zou herhalen. Ook de meeste andere absolute toppers maakten er een erezaak van om het officieuze WK tijdrijden minstens één keer op hun palmares bij te schrijven: Fausto Coppi, Hugo Koblet, Louison Bobet, Ercole Baldini, Raymond Poulidor, Felice Gimondi, Herman Vanspringel, Freddy Maertens, Bernard Hinault, Laurent Fignon, Sean Kelly, … Hun exploot leverde helaas geen bijpassende regenboogtrui op.
Vandaag vormen Filippo Ganna, Wout Van Aert en Stefan Küng het uitgesproken triumviraat. Op een windluw traject zonder hoogtemeters speelt hun gewicht van om en bij de 80 kg. in hun voordeel. Dat zijn er twintig meer dan Remco Evenepoel die al evenmin door andere omstandigheden wordt gediend om als een aërokogel de kloof met de grote drie zo klein mogelijk te houden. Indien Remco, net als op het EK in Trento, het podium bestijgt dan zou dat een nòg straffer hoogstandje zijn dan tien dagen geleden.
Meest kans dat hij in dat geval Stefan Küng verdringt. De Zwitser werd weliswaar Europees kampioen maar in Trento bedroeg de afstand niet de helft van die van vandaag. Lange(re) tijdritten zijn meestal niet aan Stefan besteed, al eindigde hij vorig jaar (binnen dezelfde halve minuut als Ganna en Van Aert) derde in Imola, op een parcours vergelijkbaar met dat van Trento. Voor Evenepoel wordt het dus een hele klus om Küng af te houden. In het debat voor de derde plaats zou ook Kasper Asgreen zich wel eens kunnen mengen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten