maandag 28 februari 2022

Le Samyn, genoemd naar zijn eerste winnaar 

die al in 1969 verongelukte

 

Naamgever José was 

een oerdegelijke coureur  

Ach, José Samyn, de Noord-Fransman die nu bijna 76 jaar zou zijn maar er slechts 23 werd omdat hij op 25 augustus 1969 tijdens een criterium in Zingem door een onverhoeds overstekende toeschouwer ten val werd gebracht. José werd met een ernstig hersenletsel opgeraapt, belandde in een diepe coma en overleed vijf dagen later in het Academisch Ziekenhuis van Gent.

José Samyn was geen topper maar een oerdegelijke coureur, een allrounder op de tweede rij. Hij kwam vooral in de belangstelling als de lachende tweede na Rik Van Looy in La Flèche Wallonne 1968. De zondag daarop werd hij 14de in Liège-Bastogne-Liège. Het jaar voordien had hij gewonnen in Denain et surtout une étape (Briançon-Digne) in zijn eerste Tour, waarin hij uitkwam op de 17de eindplaats op een klein halfuur van Roger Pingeon. In de herfst werd hij na (jawel) Rik Van Looy en Barry Hoban derde in Paris-Tours. In 1968 kwam daar een dagzege in Paris-Nice bij en winst in Fayt-le-Franc, toen nog een satellietkoers eind juni waarvan hij met zijn (Pelforth-Sauvage) kompaan Bernard Guyot een koppeltijdrit maakte waarbij zij aan een moyenne van bijna 40 km./u. ruim 11 minuten wegreden van de andere deelnemers. José woonde in Quiévrechain (op 11 km. van Fayt-le-Franc) en mocht als regional de la course op het podium de honneurs waarnemen. Dat jaar won hij ook in Dunkerque en in Wingene.

In het fatale 1969 werd hij, in de kleuren van Bic, nog 17de in Milano-Sanremo, 13de in La Flèche Wallonne en won hij de Tour de l’Oise.

Het moet zijn dat de persoon van José Samyn nogal beklijvend was want reeds een jaar na zijn dood werd zijn eerste Memorial in het leven geroepen en ruim een halve eeuw later is hij dus al aan de 54ste editie toe, zij het op wisselende locaties (thans start in Quaregnon en finish in Dour). Dat het de jongste jaren de Waalse openingskoers is (209 km., waarop 1541 hoogtemeters), doet er ook geen kwaad aan.

Le Samyn gaat prat op een fraaie erelijst waarop vooral prijken: Marc Demeyer (1972), André Dierickx (1974), Dirk Baert (1976), Herman Vanspringel (1978), Pol Verschuere (1981), Claude Criquielion (1987), Robbie McEwen (2004), Philippe Gilbert (2008), Wouter Weylandt (2009), Atnaud Démare (2012), Niki Terpstra (2016 & 2018), Tim Merlier (2021), …

Johan Capiot is de recordwinnaar (1992, 1994, 1995). Het zou mooi zijn indien zijn zoon Amaury, die (7de in Kuurne) aardig op dreef is, hem exact 30 jaar later een eerste keer opvolgt.

Wat José Samyn betreft, is er nog dit: hij behoort, net als Jean-Pierre Monseré komende zondag, tot de happy few die een rememberance race toebedeeld kregen. 

Sente SENTJENS maakte 

een spraakmakende entree

 

Ook wat betreft de timing van winnen in Kuurne zit het voor Sente Sentjens helemaal goed. Om de twee jaar wint daar iemand die de volgende jaren spraakmakend is: Ethan Hayter in 2016, Remco Evenepoel in 2018 en Cian Uijtdebroeks in 2020. Nu dus Sente en dàt bovendien 19 jaar na zijn papa Roy in de grote Kuurne-Brussel-Kuurne.

Sente SENTJENS tijdens het BK tijdrijden 2021 in Koksijde.

Sente bracht het voor mekaar als 16-jarige (°2.9.2005) neo-junior. Hij maakte deel uit van de juiste ontsnapping met negen die zich na de heuvelzone vormde. In de lokale ronde sloten er zes aan, onder wie Steffen De Schuyteneer met zijn Avia-kompaan Yorick Slaets in steun. Sentjens zag de bui al hangen. Met De Schuyteneer had hij in 2021 tweemaal geclasht. Daar blijft uiteraard iets van hangen en dus maakte Sente zich wijselijk uit de voeten voor  Steffen en de 13 anderen die nog verbrokkelden. Sente reed er bijna driekwart minuut van weg en kon langdurig sereen genieten van zijn onverhoopt debuut bij de junioren. 

Het gevaar dat dit eclatante succes Sente naast de schoenen doet lopen is quasi onbestaande. In zijn entourage heeft hij voldoende ervarings-deskundigen om hem daar, voor zover nodig, tegen te behoeden. Zijn papa Roy kon zijn prachtig ingezette symfonie twintig jaar geleden niet voltooien, zijn pluspapa Jelle Vanendert kent ook het klappen van de zweep en mama Inn Stevens koerste ook met aardig wat bijval. 

Of Sente in het allerbeste geval à la Remco en à la Cian eind 2022 zal voorgesteld worden om de beloftencategorie over te slaan is hoegenaamd (nog) niet aan de orde en zal het allicht nooit zijn. Een gestage progressie is in de allermeeste gevallen meest duurzame. 


Tristan JANNES

gedijt op Rijkevorselse grond

 

 

Tristan Jannes (Tessenderlo) mikte in Rijkevorsel meteen vol in de roos. Het viel hem te beurt anderhalf jaar na zijn vorige overwinning die hij als 14-jarige aspirant eveneens in Rijkevorsel behaalde. 

Zijn allereerste overwinning was nog de meest beklijvende: begin april 2018 werd hij bij de 12-jarigen in Leopoldsburg kampioen van Limburg tijdrijden, in 2019 werd hij als titelverdediger derde. Covid-19 belette dat deze kampioenschappen in 2020 en 2021 doorgang vonden maar de draad van het tijdrijden wil Tristan in april heropnemen.


Tristan JANNES als 14-jarige aspirant op weg naar de 4de plaats in Sint-Pieters Brugge.

Tristan wordt daarin geïnspireerd door zijn kompaan Jasper Schoofs, de regérende kampioen van België, met wie hij in de Ardennenkoers van Herbeumont gelijke tred hield maar die zich een iets betere finisher toonde. Behalve het tijdrijden zullen ook de hoogtemeters een doelwit zijn voor de ranke Looienaar.

“Die kunnen mij helpen om door Acrog-Tormans Balen niet enkel voor de Tour de la Basse Meuse (begin mei) en de Triptyque Ardennais (half augustus) geselecteerd te worden maar ook voor buitenlandse rittenkoersen. Ook de eerste Ronde van Vlaanderen op 22 mei in Oudenaarde wordt een voornaam doelwit.” 

Het is duidelijk: Tristan Jannes zal dit seizoen een serieus tandje bijsteken. Dat hij nog maar drie keer won, heeft ook te maken met het feit dat hij zich hoedt voor overdrijving inzake het aantal wedstrijden. Hij leeft zich even graag recreatief uit met de mountainbike.

Andere prille winnaars bij de 15- en de 16-jarigen waren Edouard Claisse, Finlay Tarling (Gr.-Br.) en last but very not least Axel Van den Broek, die eerder dan weleer schakelt van het veld naar de weg. 


En het beste moet nog komen ... 

Was februari 2022 de mooiste (prille) koersmaand ooit?

 

 

Wat een prachtmaand is februari 2022 op koersgebied geweest met een pleiade van mooie wedstrijden en een bloemlezing van winnaars met status. Ik herinner mij zelfs geen enkele koersdag met slecht weer, dat kan de komende weken en maanden enkel maar minder worden.

Het is een beetje gênant dat wij dit weekend zo intens van de koers genoten terwijl op zowat 2300 km. van ons vele duizenden mensen langdurig in de diepste ellende werden gedompeld. 

Niet van de koers genieten zou er niets aan veranderd hebben maar het is goed om er meer dan even bij te verwijlen en nòg béter dat zowel Wout Van Aert en Fabio Jakobsen voor een toegejuichte wake up call zorgden. 

De sprankelende koersfeiten dan … Het begon al op de openingsdag van de sprokkelmaand met de Saudi Tour, die de 22-jarige Kempenaar Maxim Van Gils (ondanks een nogal zware val) naar zijn pedalen zette. Thomas Benjamin (een viervoudige wereldkampioen op de baan) volgde in Bessèges, Aleksandr Vlasov in Valencia, Nairo Quintana in de Tour de la Provence en in de Tour des Alpes-Maritimes & du Var, Remco Evenepoel in de Algarve, Wout Poels in de Ruta del Sol, Tadej Pogačar in de UAE Tour, Alejandro Valverde in de (nieuwkomer) O Gran Camiño, Brandon McNulty in de Ardèche Classic en Jonas Vingegaard in de Drôme Classic behoren één voor één tot de absolute bovenlaag van het huidige wielrennen. 

Zeggen dat het seizoen eigenlijk pas dit weekend echt begin Vlaanderen is ongepast chauvinistisch. De Omloop en Kuurne zijn part of the deal, niets meer / niets minder. 

Opmerkelijk ook dat niet al te veel youngsters uit de verf kwamen. Enkel Remco Evenepoel, Tadej Pogačar én Maxim Van Gils profileerden zich met meerdere overwinningen. 

Inzake overwinningen niets nieuws onder de zon lijkt het: België -> Vlaanderen (13) en Quick.Step - Alpha Vinyl (11) voeren de respectieve zegestanden aan.

Niet te veronachtzamen ook de onmiskenbare heropstanding van Lotto-Soudal die door het Vlaamse openingsweekend niet kan ontkend worden. Ze tellen na de kortste maand van het jaar al zeven overwinningen, hetzij ruim de helft van het hele seizoen 2021.


zaterdag 26 februari 2022

 

Tadej Pogačar organiseert  

UAE - home party op Jabel Hafeet 

 

 

Tadej Pogačar heeft, zover nodig maar zoals verwacht, de puntjes op de i’s gezet van de UAE Tour, een organisatie van zijn sponsor. Voorbij de finish speelde zich als het ware een home party af, waarbij bleek hoeveel sterker zijn team nog is na de aanwerving van João Almeida.

Tadej Pogačar heeft zijn dierbare sponsor in diens thuisland vergast op twee rijtjes. Op Jabel Hafeet rondde hij een loepzuivere hattrick af die hij verlengde in een tweede opeenvolgende eindzege. Op die manier valoriseert hij dit jaar een eerste keer zijn langlopende (tot 2027) lucratief contract en het is nu al de vraag wie hem daar bij leven en welzijn over vijf jaar zal weghalen indien de Emiraten deze sponsoring zouden voortzetten.

Op Jabel Hafeet won hij twee jaar geleden een eerste keer in de spurt van Alexey Lutsenko en Adam Yates, die toen overtuigend (-1’01”) de eindzege behaalde omdat hij bij de eerste finish op Jabel Hafeet ruim een minuut van zijn Sloveense opponent was weggereden. De tweelingbroer van Simon kon vorig jaar niet van Tadej Pogačar wegrijden en dit jaar al evenmin en dat bekocht hij bij de afrekening. 

Tadej Pogačar is ook de eerste (afgetekende) leider in de World Tour 2022. Het zou best kunnen dat hij zijn pole position dit jaar al niet meer afgeeft want ook in Tirreno-Adriatico is hij titelverdediger.

Eind februari is het nog vroeg dag voor conclusies. Toch lijkt het reeds vast te staan dat de 31-jarige Tom Dumoulin als klassementsrenner gedateerd is want de hoogtemeters blijken niet langer natuurlijke bondgenoten. In twee niet al te zware bergritten gaf de Maastrichter ruim tien minuten toe aan de top van het klassement. Als meester-helper en als momentencoureur zal de winnaar van de Giro 2017 en het jaar daarop als titelverdediger tweede (zo ook in de Tour) zal hij zich wel nog profileren


En gelukkig maar … 

 

RUSSIA werd géén wielergrootmacht en zal 

er ook nooit nog één worden


 

 

De Five Rings of Moscow (van 8 tot en met 12 juni) is/wàs dit jaar de enige Russische koers op de UCI-kalender maar ik kan mij bezwaarlijk voorstellen dat die alsnog doorgang zal vinden, tenzij als een kampioenschap van Gaprom-RusVelo.

Wat rest Rusland op wielergebied dan nog wel? Bitter weinig en amper drie vertegenwoordigers in de World Tour -> Alexey Lutsenko (Astana Qazaqstan), Pavel Sivakov (Ineos Grenadiers maar gaandeweg een eeuwige belofte) en Aleksandr Vlasov (Bora-Hasgrohe).

Bij de ProContintale Teams telt Rusland net 10 vertegenwoordigers, van wie er 8 (onder anderen de totaal weggedeemsterde Ilnur Zakarin)  deel uitmaken van de staatsstichting Gazprom-RusVelo, waarvan het voortbestaan na de politieke ontwikkelingen van deze lente wel zwaar in het gedrang zal zijn.

 

Desalniettemin claimde Rusland de organisatie van het wereldkampioenschap in 2025 dat tenslotte naar Rwanda ging, wat onder Russische druk leidde tot verschuivingen zorgde in het organigram van de UCI.

Goed dat het zo uitdraaide, anders zou Russia allicht hetzelfde overkomen zijn als met de finale van de Champions League.

 

Rusland leek na de perestroika in 1991 een wielergrootmacht in wording met vooral Evgueni Berzin, Viatcheslav Ekimov, Dimitri Konychev, Denis Menchov, Pavel Tonkov, … 

De bijna 26-jarige Aleksandr Vlasov kan decennia later de aansluiting maken.

vrijdag 25 februari 2022

Vluchters staken sprinters de loef af in de UAE Tour

 

Beleefde piepjonge Martin VACEK 

zijn unieke moment de gloire 

of laat hij nòg méér volgen?

 

Aangezien er al drie waren geweest was het een verademing dat de in uitzicht gestelde vierde massasprint er tenslotte niet kwam. De lange vlucht van bij de start met Pavel Kochetkov, Paul Lapeira, Dmitriy Strakhov, Alessandro Tonelli en Mathias Vacek zong het tot het einde uit. 

De amper 19-jarige Mathias Vacek haalde het van de jarige (22) Paul Lapeira, die vorig jaar de Piccolo Lombardia won. De jonge Tsjech had twee Russen in steun met wie hij deel uitmaakt van het procontinentale Gazprom-Rusvelo. Het deed meer dan een beetje pijn aan de ogen om dat vast te stellen maar daar kan die Tsjechische jongen zelf niets aan doen.

Als eerstejaarsjunior deed Vacek het in 2019 al vrij behoorlijk in de Course la Paix, de Saarland Trofeo en de Giro della Lunigiana. In het EK in Alkmaar werd hij zesde. Als tweedejaars werd hij als de ei zo na dubbele kampioen van Tsjechië bovenal Europees kampioen tijdrijden door in Plouay beter te doen dan onder anderen Marco Brenner (+3”), Juan Ayuso (+52”), Cian Uijtdebroeks (+1”12”), Alec Segaert (+1’20”), … 

Vacek sloeg de beloften over en werd door Gazprom-Rusvelo meteen voor de leeuwen gegooid bij de grote jongens met een druk programma af waarin behoorlijk wat rittenkoersen. Enkel in de Course de la Paix, waarin Toon Clynhens derde en beste jongere werd, haalde Mathias de top 10. 

In de Tour of Antalya 2022 kon Vacek zich niet doorzetten en in de UAE Tour was dat niet anders tot hij vandaag de ban brak met een eclatante dagzege, die wel eens zijn unieke moment de gloire kon zijn.

Mathias Vacek haalde het van de jarige (22) Fransman Paul Lapeira. Die won vorig jaar Il Piccolo di Lombardia van zijn medevluchters Mattia (kleinzoon van wijlen Loretto, de winnaar van Milan-Sanremo 1952 & 1953) Petrucci en Georg (zoon van Tobias) Steinhauser. Lapeira had het seizoen even knap ingezet met winst in de Trofeo San Vendemiano (It.).


50 jaar geleden was er niet enkel Frans VERBEECK  

 

Hét exquise openingsweekeinde 

van Watney-Avia

 

Frans Verbeeck won 50 jaar geleden voor de tweede keer in drie jaar de Omloop Het Volk. Hij haalde het in de sprint van zijn illustere medevluchters André Dierickx, Eddy Merckx en Willy De Geest die figuurlijk amper op de foto stonden.

Beide successen in de Vlaamse openingskoers concipieerden Frans’ geslaagde comeback nadat hij er in 1967 vertwijfeld een punt achterzette, een melkronde overnam maar daarop wijselijk terugkwam. 

Tussen beide Omlopen in had Frans weliswaar op 28 maart 1971 ook de Amstel Gold Race gewonnen maar die koers had nog lang niet de uitstraling die hij nu heeft.

Daags na de Omloop Het Volk van 1972 was er als gebruikelijk Kuure-Brussel-Kuurne, waarin Staf Van Roosbroeck bij afwezigheid van boss Verbeeck zijn eigen kans mocht gaan én ten volle benutte. De frère-ennemi van Verbeeck presteerde in die lente uitstekend in nòg mooiere koersen als Gent-Wevelgem (11de), Paris-Roubaix (6de), La Flèche Wallonne (7de) en ook volgende overwinningen ontbraken er niet aan: de Omloop van de Fruitsteek in Alken, de G.P. de Denain, de G.P. Fourmies en de Sluitingsprijs in Putte-Kapellen en nog vijf andere kermiskoersen. 

Op zijn 24-25ste was de tijd rijp om op eigen vleugels te wieken en Rokado had het meest oor naar die verzuchting. Hij was evenwel niet fanatiek genoeg en was op zoek naar zichzelf met acht teams in twaalf seizoenen. 

Na zijn carrière gaf Staf ootmoedig toe er inderdaad niet genoeg te hebben voor gedaan. In de beroepscategorie won hij niettemin een 70-tal keer inzonderheid kermiskoersen maar ook de Scheldeprijs 1971, een rit in de Giro 1973 (vòòr Marino Basso, Pierino Gavazzi, Roger De Vlaeminck), de Driedaagse De Panne - Koksijde 1979, een dagzege in de Tour de Suisse 1973 en in de Tour de Romandie 1974. Met dat palmares zou Staf in het huidige peloton de jaren opgeteld een euromiljonair zijn en er om die reden allicht ook veel meer voor doen.

 

De zondag van het openingsweekeinde werd toen verdeeld tussen Kuurne-Brussel-Kuurne en de Ronde van Limburg in Sint-Truiden, waar Jos Abelshausen (daags voordien ook al 5de in de Omloop) zijn kopman Verbeeck verraste, wat hem zeker niet in dank werd afgenomen. Net als Van Roosbroeck verliet hij het bastion-Verbeeck om bij Ijsbroeke zijn loopbaan slechts tot zijn 26ste voort te zetten. 

Abelshausen was een veelwinnaar bij de jeugd: 70x als junior, werd in die categorie 2de & 3de in het BK, 40x als liefhebber waaronder Gent-Wevelgem. De hoge verwachtingen kon hij als beroepsrenner hoegenaamd niet inlossen, al biste hij het jaar daarop in Sint-Truiden en won hij globaal 30 (vooral kermis)koersen. De kosterszoon uit Rijkevorsel en latere leerkracht was een ietwat sombere reus op lemen voeten die op 29 april 2017 uit het leven stapte.

 

Avia-Watney scoorde dus tijdens het openingsweekeinde van 4-5 maart 1972 een loepzuivere hattrick. Op het einde van die eerste lentemaand zou Walter Planckaert voor Watney-Avia ook de Amstel Gold Race winnen. 

Wijze Walter kon beter overweg met zijn absolute kopman die hij na 1975 zou verdringen, wat hem in staat stelde de Ronde van Vlaanderen 1976 te winnen van Francesco Moser, Marc Demeyer, Roger De Vlaeminck en Freddy Maertens. Frans Verbeeck, één jaar nadat hij tweede werd na de ongenaakbare Eddy Merckx, bleef die dag steken op de negende plaats.

 

Frans Verbeeck was niet enkel van zijn generatie één van de allerbesten maar volgens mijn berekening inzake de klassiekers + het wereldkampioenschap bij de 10 besten van de héle naoorlogse periode. Enkel een overwinning in een monumentale klassieker ontbrak. Hij kwam er het dichtst bij in Liège-Bastogne-Liège 1973 toen de fotofinish het minuscule verschil in Merckx’ voordeel moest visualiseren.

Mijn gebrek voor de coureur - Frans Verbeeck is gigantisch, als persoon acht ik hem om het eufimistisch te stellen omstreden en ik ben lang niet de enige die daar zo over denkt.


 191919191919191919
 697071727374757677
MILANO-SANREMO 91146812 15
GENT-WEVELGEM  105292315
RONDE VAN VLAANDEREN8416372296
PARIS-ROUBAIX 614 6  10 
AMSTEL GOLD RACE 6172  9 
FLèCHE WALLONNE1462 31229
LIèGE-BASTOGNE-LIèGE823 210437
PARIS-TOURS267 37   
WERELDKAMPIOENSCHAP 888  1314 
GIRO DI LOMBARDIA 133485 7