woensdag 14 oktober 2020

Het zwarte beest van Benoît Cosnefroy

Casper PEDERSEN 

het volgende Deense goudhaantje!

 

Kasper Asgreen, Jakob Fuglsang, Sören Kragh Andersen, Mads Pedersen en Michael Valgren (weliswaar weggedeemsterd) waren er al en alsof de Deense weelde nog niet volstond is er nu ook Casper Pedersen en hij is al evenmin géén halve gast die de aansluiting maakt.

Casper uit Kopenhagen verwijlde wat langer op de baan, waarop hij vooral in 2014 in Gwangmyeong (Zuid-Korea) wereldkampioen junioren omnium werd. Vier maanden eerder had hij het in de spurt van Paris-Roubaix moeten afleggen tegen zijn landgenoot Magnus Klaris. Het verloste hem niet van het spagaat baan-weg. Dat gebeurde pas nadat hij in Herning (Den.) het Europees kampioenschap won van Benoît Cosnefroy (die zes weken later in het Noorse Bergen wereldkampioen zou worden) en Marc Hirschi. Drie jaar later blijkt dat een gouden podium te zijn geweest. Datzelfde jaar had Casper, als belofte, ook al een dagzege had behaald en derde geworden in de Danmark Rundt.

Daarna leek hij te blijven hangen en zelfs zijn overstap naar Team Sunweb zorgde niet meteen voor een stroomversnelling, daarvoor had hij de Vuelta in 2019 en de Tour in 2020 nodig. Zoals velen kwam hij aangesterkt uit de Tour en dat hebben ze in Paris-Tours geweten. Hij bedwong er Benoît Cosnefroy, die hij dus drie jaar geleden dus ook al de Europese titel afhandig maakte. Zijn al meer beslagen teammate Sören Kragh Andersen kwam op 50 km. van de finish nogal zwaar ten val maar Casper Pedersen nam het Sunweb-voortouw met bravoure over. Hij kon als enige de topfavoriet volgen en bij de finish nipt afhouden. Riskeer het dus niet om hem een stand-in te noemen. 

Van een stand-in gesproken, deze Paris-Tours had best als alternatief voor de afgelaste Paris-Roubaix kunnen fungeren. La classique des feuilles mortes verdient het om, mits enkele aanpassingen, opnieuw een manche van de World Tour te worden.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten