Ilan VAN WILDER
stilaan maar zéker
uit Remco’s schaduw
Ilan Van Wilder (Opwijk) was als koersende tiener niet meteen een tafelspringer. Nadat hij als schoolkind de zwemsport op een respectabel niveau beoefende, schakelde hij als 14-jarige naar het wielrennen.
2014 werd geen hoerajaar. In Wemmel, zijn tweede koers, viel hij nogal zwaar waarna het zes maanden wachten was op zijn eerste podium, derde (na Thibaut Ponsaerts en Tibo De Mesmaeker) in Hoegaarden. Het was wel significant dat hij zich in alle kampioenschappen kon plaatsen.
Als nieuweling zette hij mooie stappen, bekroond met de Vlaams-Brabantse titel in Hoeleden, waar hij een solo van dertig kilometer afrondde met een volle minuut voorsprong op Thibaut Ponsaerts en honderd seconden op de hoofdgroep, waarin Arne Marit de spurt voor de derde plaats won. Een zware val in Laplaigne verstoorde zijn opmars maar in Polleur maakte hij indruk en waar hij het jaar daarop (na Emerson Fontaine) tweede werd.
Als tweedejaars stootte hij door naar de nationale top met grensoverschrijdende tentakels, inzonderheid de Jugendtour Oststeiermark, waar hij op de hoogtemeters excelleerde, een bevestiging van wat hij in Herbeumont, Polleur en Jemeppe had laten zien. Een negende plaats in het BK tijdrijden en bovenal een tweede (binnen dezelfde seconde als Luca De Meester) in de nationale tijdrit van Montenaken vervolledigde het fraaie plaatje.
Als neo-junior trok hij zevenmijlslaarzen aan. Tijdrijden werd almaar belangrijker. Hij lag met Loran Cassaert in de balans voor een WK-selectie. Zijn zesde plaatsen in de tijdrit van de Course la Paix en in Axel waren daarin doorslaggevend. Ilan werd op het WK vijftiende maar bovenal beste éérstejaars (met 46” meer dan Thomas Pidcock). Ook als klassementsrenner verdiende hij strepen: 8ste in de Course de la Paix, zesde (en beste jongere) in Axel, 8ste in de Oberösterreich-Rundfahrt en 6de in Aubel-Thimister-Stavelot. Zonder een nogal zware valpartij zou hij de Classique des Alpes hebben gewonnen. Vallen en opstaan bleef er als een bebloede draad door lopen.
Remco Evenepoel was er inmiddels bijgekomen en walste als een tornado over alles en iedereen. Ilan Van Wilder werd in de beide Vlaams-Brabantse kampioenschappen, het BK en het EK tijdrijden tweede na zijn almaar meer illustere gouwgenoot. Ilan verbleekte er niet bij maar werkte zich sereen op tot the very best of the rest want als klassementsrenner bleef hij hoog scoren: 9de in de Course de la Paix, 2de (na de Noor Frederik Thomsen) in de Oberösterreich-Rundfahrt en (na Remco) in de Giro della Lunigiana.
Conclusie: Van Wilder is niet de kleine Remco maar de grote Ilan.
Hij kwam als neo-belofte uitstekend terecht bij Lotto-Soudal u23 opgelijst met een pleiade van fraaie ereplaatsen, waarin de derde in de Tour de l’Avenir de kroon spande.
Ilan werd voor de beroepscategorie door nogal wat teams gesolliciteerd maar Iwan Spekenbrink van Team Sunweb / DSM bood de meest duurzame garanties. Ilan mocht zijn ongedwongen verkenningsronde van 2020 afsluiten in de Vuelta, die hij evenwel reeds al tijdens de zware openingsrit moest verlaten met een opspelende knie.
Toch begon hij in volle gemoedsrust aan het korte winterreces om helemaal klaar te zijn voor 2021 waarin hij geduldig opbouwde om in de Tour de Romandie een eerste keer voluit te gaan. In de proloog wurmde hij zich tussen wereldkampioen Filippo Ganna en Europees kampioen Stefan Küng. Jammer dat hij in de verzopenkoninginnenrit onderkoeld raakte zodat de top tien hem ontglipte. ’s Anderendaags kon hij dat al wat bijstellen in de afsluitende tijdrit, waarin hij verbluffend vierde werd met slechts één seconde meer dan eindwinnaar Geraint Thomas.
Eind deze maand is er zijn volgende opdracht, het Critérium du Dauphiné, waarin alles mag maar niets moet.
Remco Evenepoel is niet zijn kwelduivel misschien wel zijn referentie, een beetje zoals (alle verhoudingen in acht genomen) Eddy Merckx een halve eeuw geleden was voor Roger De Vlaeminck, al legt Ilan Van Wilder dat hij vooral zijn ding op zijn manier wenst te doen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten