Peter Sagan in het spoor
van Eddy Merckx & Bernard Hinault
Peter Sagan blijft de wereld verbazen. Negentien jaar na Lance Armstrong werd hij de jongste dagwinnaar in de Tour. Op de steile Côte de Seraing was hij de enige die Fabian Cancellara kon volgen én naderhand fluitend oversteken. Dit was ontegensprekelijk zijn mooiste overwinning ooit, niettegenstaande hij er als contractrenner reeds 36 andere had behaald.
Het ontlokte bij de jonge Slowaak geen euforie, eerder ontzag. Zijn spijt dat hij niet overnam, situeerde zich tussen niet willen en niet kunnen. Het was de enige manier om deze precieuze overwinning naar zich toe te trekken. Als snaak kun je je dat veroorloven tegen de (negen jaar oudere) metronoom van dit tijdvak.
Peter Sagan behaalde eerder op het jaar vooral een dagzege in Tirreno-Adriateco, werd vierde in Milano-Sanremo, tweede in Gent-Wevelgem, vijfde in de Ronde van Vlaanderen; won vijf ritten in de Tour of California en vier in de Tour de Suisse en werd aansluitend de evidente kampioen van Slowakije. Sagan had al langer Philippe Gilbert van de tweede plaats verdrongen in de erg betrouwbare Cycling Quotient Ranking. Daarin werd hij enkel nog voorafgegaan door de vlijtige Spanjaard Joaquin Rodriguez, die aan het begin van de Tour (waarvoor hij verstek gaf) nog 555 punten voorsprong telde. Die achterstand is door zijn sterke aanhef in de Tour reeds met negentig punten verminderd. Een dagzege en de definitieve groene trui leveren telkens tachtig punten op maar ook de andere top-tien plaatsen renderen. Het is dus niet uitgesloten dat Peter Sagan aan het eind van de Tour volgens genoemde ranking de numero uno mondiale is. En dat op zijn 22ste. Daarvoor moeten we teruggaan naar de tijd van Eddy Merckx en Bernard Hinault.
Deze reactie is verwijderd door de auteur.
BeantwoordenVerwijderen