Tour de Suisse geen absolute maatstaf voor Tour
Ook op hun vierde dag in Zwitserland zullen de klassementsrenners zich allicht in de luwte kunnen handhaven. Tussen Aarberg en Trimbach/Olten wacht hen 189 km. waarop te weinig reliëf om voorspelbaar op toe te slaan. De Scheltenpass (1.cat.) situeert zich halfweg de rit en de ultieme klim, de minder slopende Salhöhe (op achttien kilometer van de finish) zal allicht niet ingrijpend genoeg zijn. Met een aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid zal dus een uitdunnend peloton voor de dagzege spurten. Hamvraag: wie kan Peter Sagan dan van een derde dagzege houden?
In de tussenstand staan er nog min of meer geloofwaardige dertig kandidaten binnen een spiraal van twee minuten. Onder anderen Fränk Schleck, Roman Kreuziger, Alejandro Valverde (die koerst dus nog na zijn wervelende vroege lente), Levi Leipheimer, Damiano Cunego,... bekleedden een interessante uitgangspositie. Robert Gesink, heroptredend na zijn succesvolle Tour of California, sluit daar (op 2'09") kort bij aan.
Overigens is de Tour de Suisse voor winnaar van de Tour zelden een grote bron van inspiratie geweest, het zal ook wel te maken hebben met de (on)zin om drie weken vòòr de opvoering nog een slopende generale repetitie te houden. Slechts twee (weliswaar metronomen) slaagden erin om van Zwitserland en Frankrijk een winnende combinatie te maken: Eddy Merckx in 1974 en Lance Armstrong in 2001. Het zal dit jaar geen derde keer gebeuren.
De Tour de Suisse is veeleer het digestief voor een respectabel aantal nationale kampioenen. Ga de komende weken maar eens na hoeveel (her)nieuw(d)e kampioenen op de weg en/of in het tijdrijden finetunden in Zwitserland.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten