SOS JEUGDWIELRENNEN
Teveel coureurs voor te weinig koersen waarbij de nevenbonden de uitgestoken hand voor samenwerking weigeren
Het Vlaamse tienerwielrennen slaat alarm.
In 2009 waren er nog 349 koersen voor junioren en 353 voor nieuwelingen (samen 702). In 2023 waren er nog 168 respectievelijk 183 (samen 351) of exact de helft. Op dit moment zijn het er dat voor 2024: 150 respectievelijk 163, met nog 15 respectievelijk 20 ‘in aanvraag’ en zelfs indien ze allemaal effectief worden georganiseerd zullen er dat nog steeds minder zijn dan in 2023.
An sich is dat niet vreemd want vanuit internationaal oogpunt zijn er dat per vierkante kilometer nog steeds véél in vergelijking met de overige wielerlanden. Het zijn er evenwel niet genoeg om het trager teruglopende aantal vergunningnemers à la cartete laten deelnemen. Het aantal starters is trouwens beperkt tot 125 nieuwelingen en 150 junioren, alsof een kleiner peloton meer veiligheid garandeert. Het brengt enkel een hectisch gedoe met voorinschrijvingen met zich.
Te weinig wedstrijden?! Waarom op de site van Cycling Vlaanderen ook niet de Waalse (FCWB) kalender publiceren of zou er hier sprake zijn van ongezonde naijver? Waarom geen aanvullend alternatief vinden bij de florerende nevenbonden die ruimte (kunnen) creëren voor koersende tieners die zich bij Cycling Vlaanderen in een groot deelnemersveld te weinig kunnen profileren en voor wie een etage lager een reculer pour mieux sauter kan zijn om aanmoedigende resultaten te kunnen behalen als een springplank om stelselmatig beter te worden?
Cycling Vlaanderen is vragende partij maar naar verluidt zouden de nevenbonden er niet voor te vinden zijn en dat zal ook wel zijn reden hebben of de omgekeerde wereld van weleer toen BWB-renners die in de nevenbonden gingen koersen zelfs geschorst werden.
Voor het sterk afnemend aantal koersen bij Cycling Vlaanderen zijn er inderdaad de externe oorzaken: de enorme vergrijzing van de clubbesturen, de kostprijs, de administratieve ballast en het gebrek aan vrijwilligers. Een probleem dat de meeste grote organisaties niet kennen want die blijven overeind of groeien zelfs nog aan.
De vroegere overvloed inzake aantal koersen had ook het nadeel dat de spoeling overwegend dun was en veel getalenteerde tieners door futiele successen en uitstervend applaus verstikt werden en geen adem overhielden voor hun echte ontwikkeling. Omdat ze al evenmin studeerden waren ze al op hun 20ste koersmoe en gaven er de brui aan of verzandden in het soms kwalijke circuit van de elite 2.
Om het huidig tij op termijn te doen keren zal men in de eerste plaats kunnen rekenen op Massimo Van Lancker, nu nog sporttechnisch coördinator bij Cycling Vlaanderen maar over afzienbare tijd de langverbeide opvolger van Jos Smets als Directeur Sport bij Belgian Cycling. De zoon van Eric staat evenwel voor een gigantische uitdaging, hopelijk krijgt hij de volle steun die hem toekomt binnen het labyrint van overbetaalde postjes, die even overbodig als nutteloos zijn.
Als het van de fils-à-papa moet komen die ook zijn vriendjes binnenloodst bij CV dan ziet de toekomst vh Belgische wielrennen er niet al te rooskleurig uit.. Praatjes vullen geen gaatjes.
BeantwoordenVerwijderenGeen probleem met fils a papa als ze hun job maar behartigen zoals de geviseerde 🙄
Verwijderen