Kwikzilveren Dries Van Gestel
Bij al die herrie backstage, die naar de buitenwereld misschien toch weer herleid wordt tot een storm in een glas water zelfs al zou er meer aan de hand zijn, vergat ik nog bijna het hoogstaande sportieve vanaf kwart na drie in Heusden-Zolder. Het werd dus op een relatief selectieve omloop met evenwel te weinig wind een crème van een koers, één van de mooiste kampioenschappen die ik ooit zag tegen extreem hoge snelheid (ruim 44 km./u.) betwist en met een winnaar die er toch hoog bovenuit stak.
Balen B.C. had zijn lesje uit de Ster van de Vlaamse Ardennen geleerd en de gelederen gesloten. Van meet af aan namen zij het heft in handen en gaven het niet meer af. Ze domineerden de koers en eigenlijk is dat een beetje jammer want een kampioenschap van België is tenslotte een individuele koers en geen interclub. Balen B.C. is een smeltkroes van een traditionele en een moderne club. De eigen talenten worden versterkt met gerichte aanwervingen. Dit levert een brede kern op waarmee zij het voor zichzelf en voor hun sponsors waarmaken. Ook de andere clubs, met ongeveer dezelfde middelen maar met minder traditie, doen dat. Door de jaren heen is het een onomkeerbaar gegeven geworden dat de beginselen van een kampioenschap worden vertrappeld.
Heusden-Zolder 2012 leek een copie van Wielsbeke 2011 te worden. Jonas Rickaert provoceerde een blitzstart en zijn spitsbroeder Seppe Verschuere was vanzelfsprekend op de hoogte. Kenn Nuyts was de derde blauw-gele aanblazer. Lorenzo Blomme, Gianni Colpaert, Tijs Delbaere, Vincent De Sy, Quinten Hermans, Daan Hoeyberghs en Dante Van Hooydonck waren de enigen die konden aanpikken. In het eerste uur werden 45,9 km. afgelegd. De tien reden tot anderhalve minuut weg van een almaar meer weifelend peloton, waaruit Nathan Van Hooydonck wegreed maar hij kreeg Dries Verstrepen als een blok aan het been. Ook Miel Pyfferoen probeerde er de gang in te houden maar hij kreeg te weinig steun. Bij die ontwikkelingen zag het almaar beter uit voor de vluchters gewonnen spel hadden. Tot aan het moment dat er enkele niet meer wilden of niet meer konden doorzetten. De voorsprong werd snel gehalveerd en bij halfkoers werden ze gevat. Of ongeveer want de volgende vlucht kwam in het verlengde van de vorige tot stand. Daan Hoeyberghs was de enige die er opnieuw bij was. Hij en vijfentwintig anderen zonderden zich in drie schijfjes af. Veel kracht van beslissing ging er evenwel niet van uit en dat besefte ook Dries Van Gestel die in zijn eentje op avontuur trok. Hij was niet de kamikaze voor wie men hem hield maar ontegensprekelijk de sterkste van de namiddag. Zijn voorsprong schommelde constant rond de halve minuut. Op minder dan een halfuur van het einde zetten Matthias Vandewalle en Cedric Verbeken een tegenaanval op. Arjen Livyns (een getalenteerd motorcrosser die door een aanslepende kwetsuur overstapte naar het wielrennen) zat er als dood gewicht tussen. Naderhand kregen zij versterking van Jan Logier, Julien Van den Brande en Nathan Van Hooydonck maar ook met hun zessen kwamen ze nauwelijks dichter.
Tegen deze kwikzilveren Dries Van Gestel bleek geen kruid gewassen. Twee weken eerder werd hij in Arendonk op haast identieke wijze kampioen van Antwerpen. In Heusden-Zolder werd hij geïnspireerd door Thomas De Gendt, die daags voordien de Giro had opgeschud. Net als zijn illustere voorbeeld verlegde hij zijn limieten. Dat alles pijn deed, was de vanzelfsprekendheid zelve, het tegendeel zou verdacht zijn. Hij voelde zich zo goed dat hij het snel naderende peloton anticipeerde toen het in de ruime kopgroep niet lekker liep. Hij wilde daarmee enkele anderen uit hun kot lokken maar ze lieten op zich wachten. Dries stond er helemaal alleen voor maar bracht zijn mission impossible tot een goed einde met één van de strafste nummers die de jongste jaren in het jeugdwielrennen werden opgevoerd. Het was nog maar zijn tweede overwinning maar dat wordt in overtreffende trap goedgemaakt door zijn derde plaats in de Trofee van Haspengouw (de openingsmanche der Beker van België) en zijn achtste in de Course de la Paix (waar een matige zestiende plaats in de tijdrit hem van het eindpodium hield). Bizar toch dat laatste. Deze jongen is kennelijk beter in een "één tegen allen" dan in een "één tegen één" want in het kampioenschap van Antwerpen tijdrijden werd hij slechts zesde op 32" van de ruim één jaar jongere Nathan Van Hooydonck, die in Heusden-Zolder zijn eerste accessiet was op het podium. Niet kunnen tijdrijden? Kom nou, zeker bij hem moet het eerder tussen de oren dan in de benen zitten.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten