dinsdag 8 september 2020

Igor DECRAENE werd in Waregem 

een zesde keer passend gememoreerd

 

Het Hòògfeest van het tijdrijden, 

géén specialiteit wel een 

hoofdvak in het wielrennen

 

Een staande ovatie voor de niet weinigen, inzonderheid de prachtige familie Decraene, die dit feilloos in de steigers hebben gezet en perfect hebben toegepast.

Wat was het, met de jaarlijkse garantie op stralend nazomerweer, zalig om zondagnamiddag in Waregem (Biest) te vertoeven voor de Memorial Igor Decraene, die het kampioenschap van België tijdrijden (dit jaar op 25 oktober in Borlo) almaar meer naar de kroon steekt.

De Memorial Igor Decraene kan gelden als een betrouwbare inventarisering van ons jeugdwielrennen, jammer dat enkele tenoren ontbraken op deze lakmoesproef, de Coopertest van het wielrennen.

 

De 32,8 km. voor beloften werd gemonopoliseerd door Lotto-Soudal u23 dat de volledige top vijf innam. Allen haalden een uurgemiddelde van meer dan 48 km., Sébastien Grignard deed er nog een kilometer bovenop en bewees dat hij, na nogal wat kommer en kwel, helemaal is.  Het siert hem dat hij, hoewel al zeker van een verrassend (lees: ‘communautair’) profcontract in 2021, er toch op stond zich te bewijzen. 


Sébastien GRIGNARD

Laatstejaarsbelofte Torsten Demeyere (zesde) haalde een zoveelste fraaie ereplaats in een nationale tijdrit. Eerstejaars Jenno Berckmoes was met een zevende plaats de absolute revelatie.

 

Het was bovenal uitkijken hoe de gouden junioreslichting zichzelf op een rijtje zou vlammen. Eerstejaars Alec Segaert bevestigde het vele goede dat men al over hem wist maar Jelle Declerck, dé runner up van dit korte seizoen, hield het verschil klein. Ook Dries De Pooter heeft de oversteek gemaakt naar de fine fleur. Luca D’Hollander en Axandre Van Petegem etaleerden, in vergelijking met 2019, op hun beurt beduidende progressie in het tijdrijden.


                                                                    Alec SEGAERT


Cian Uijtdebroeks zal in Waregem wel niet de gelukkigste sterveling geweest zijn maar waarover zou hij zich druk maken? Met een negende plaats op het EK in Plouay was hij (na de Fransman Eddy Le Huitouze) de tweede eerstejaars. Op het virtueel podium van het bouwjaar 2003 zou Alec Segaert op enkele seconden de derde man geweest zijn.

Waregem serveerde een parcours dat Alec beter lag dan Cian en in Borlo zal dat niet anders zijn. Ook daar zal de ranke Lendeledenaar de topfavoriet zijn. Alec en Cian komen, als jonge partners in crime en als uitmuntende studenten, heel goed overeen en zijn er vooral op uit om mekaar nòg beter te maken dan ze al zijn.

Diep ongelukkig was Lars Van Ryckeghem (8ste). Tot vorig jaar was hij de onklopbare tijdrijder van het bouwjaar 2003. Dit jaar is het helemaal anders omdat hij in een tijdritpositie heeft hij last van een … slapend been. Hopelijk wordt daar binnen de kortste keren bijgesteld zodat hij op 25 oktober in Borlo zijn titel kan verdedigen. Al de rest zit snorvoor hem: op 21 september begint hij in Gent aan hogere studies vastgoed en als belofte vindt hij een precieus onderdak bij Lotto-Soudal u23.

Voor Gianluca Pollefliet (24ste) en Noah Vandenbranden (17de) blijft het tijdrijden een voornaam werkpunt.

Nieuwkomer Michiel Coppens (15de) bevestigde. Jammer dat hij geen vijftien dagen later geboren werd, in dat geval kon hij een jaartje langer rijpen bij de junioren.

 

Yarno VAN HERCK


Yarno Van Herck profileerde zich de regérende kampioen van België. Op het podium zou hij het gezelschap gekregen hebben van Sente Sentjens en Milan Van den Haute, de nummers één en twee van de nationale tijdrit in Ruddervoorde, ware het niet dat Jens Verbrugghe er zich tussen gewurmd had. De zoon van bondscoach Rik was, er wegens vakantie met de familie, niet bij in Ruddervoorde. In Waregem was hij the best of the resten over anderhalve maand op het BK in Borlo kan hij de kleine kloof met Yarno Van Herck nog wat meer gedicht hebben.

Ook merkwaardig: de knappe vijfde plaats van de voor mij célèbre inconnu Duarte Marivoet Scholiers van het Heist Cycling Team.


Ann-Sophie DUYCK


Bij de vrouwen bedacht de veelgeplaagde Ann-Sophie Duyck zichzelf met een opsteker. Valerie Demey bewees als tweede haar progressie in deze discipline.

Bij de tienermeisjes is het absoluut huilen met de pet op: zowel bij de nieuwelinges als bij de juniores kwamen er amper vijf opdagen, het regionaaltje in Krombeke sprak de meesten kennelijk zoveel meer aan.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten