Aaron DOCKX:
onverwacht kampioen
worden is dubbel plezant
Aaron Dockx werd zondag in Affligem de nieuwe kampioen van België bij de tweedejaarsnieuwelingen maar hij zal ootmoedig toegeven dat dit nièt zijn strafste overwinning is uit het lange rijtje. Hij verraste de te voortvarend juichende Tyson Borremans en topfavoriet Vlad Van Mechelen op de finishlijn.
Aaron was op dit BK slechts toevallig aanwezig omdat de internationale veldrit in Gieten (Ned.) voor zijn categorie coronamatig afgeblazen werd. Hij maakte dus van de nood een deugd door alsnog naar Affligem af te zakken en er against all odds te winnen. Zijn voorbereiding was dus allesbehalve optimaal maar dat manco zette hij in extra adrenaline om want 11 oktober is de sterfdag van zijn grootvader, aan wie hij zijn onverhoopte triomf opdroeg.
In café ‘Williams Place’ te Rijkevorsel werd zondagavond ook Toon Aerts’ triomf in Gieten gevierd. Aaron kijkt vol ontzag naar Toon op, al heeft hij nog meer affiniteit met Adrie van der Poel die hem vanuit Iko-Crelan (waarmee moederclub WAC Team een cluster vormt) tips & tricks geeft.
Voor Aaron had het in Affligem meer dan iets van een lucky punch, die je soms moet af dwingen zoals Aaron dus op alerte wijze ten uitvoer bracht. Op driehonderd meter van de finish zat hij nog volledig ingesloten tot Pandora zich opende en het bleek géén lege doos. Tyson Borremans was bovendien zo vriendelijk een Alaphilippeke te doen, waardoor Aaron nog met een half wiel kon winnen. Het was Dockx’ definitief afscheid van de nieuwelingen en zijn tijdelijk van de weg want vanaf nu ligt de focus vol op het veld, waarin hij zich als jonge tiener tot een absolute grootmeester ontpopte en waarin hij als neojunior al won in Vorselaar en in Kasterlee.
Op het terrein blijft hij dus tot nader order ‘Il Imbatido’ want als nieuweling heeft hij, op één na (10 februari 2019 in Hoogstraten, waar hij aan een balk haperde, wat de Nederlander Menno Huising nièt deed) àl zijn veldritten gewonnen. De Belgische titels (Kruibeke 12 januari 2019 en Antwerpen 11 januari 2020) zijn daarvan uiteraard de mooiste.
Aaron is evenwel niet voor één crossgat te vangen en dus blinkt hij tijdens de zomer ook uit op de weg en dat bleek deze zomer al meteen tijdens de eerste ‘oefenkoers’ in Dikkebus, waar hij de concurrentie op een hoopje veegde en op minstens anderhalve minuut reed. Enkel Kay De Bruyckere kon hem even volgen maar moest tenslotte ook 40” toegeven.
Uiteraard is Aaron een adept van de Dockx-dynastie, net als zijn papa Mike, zijn oom Kurt en zijn neef Gert. Zij sturen hem bij met gericht trainen en met specifieke stabilisatieoefeningen. Van hen hoopt hij de meest duurzame te worden.
“Indien hij zou moeten kiezen, dan ligt het veldrijden hem nog ietsje nauwer aan het hart”, meent papa Mike. “Omdat hij op het selectieve terrein beter het verschil kan maken dan op de geplaveide wegen."
Daarop schrokken zelfs de Ardense hoogtemeters hem niet af want als éérstejaarsnieuweling (die er samen reden met de tweedejaars) werd hij (na toptalent Cian Uijtdebroeks) tweede in Herbeumont en tiende in Vresse-sur-Semois. Hij behaalde verder een dagzege in de meerdaagse Tour de Gotha (D.) en werd in het Critérium Européen (Lux.) als beste jongere op het podium geroepen. Een dichtste ereplaats was hem (na Jelle Harteel) ook weggelegd in de Wapi Classic van Frasnes-lez-Anvaing, een manche in de Beker van België.
Aaron Dockx woont in Rijkevorsel, waar ze een halve eeuw geleden een andere local hero hadden: kosterszoon Jos Abelshausen, een veelwinnaar bij de jeugd: 70 keer als junior (tweede na Rik Van Linden in het BK van 1967 en derde in dat van 1968), 42 als liefhebber (met Gent-Wevelgem 1969 als kroonzege). Als beroepsrenner loste hij de verwachtigen niet helemaal in, wel behaalde hij 27 overwinningen (vooral in het kermiscircuit) en werd vooral tweemaal op een rij vijfde in de Omloop ‘Het Volk’. Hij stopte al op zijn 27ste om in het onderwijs een mooie loopbaan uit te bouwen zelfs schooldirecteur te worden. De reus op lemen voeten overleed, na een hobbelig leven, al eind april 2017, hij moest nog 68 jaar worden. Een schande dat hij geen plaatsje kreeg in het illustere boek “Top 1000” van Jacques Sys. Zo zie je maar hoe futiel het is om een meteoor in het wielrennen te zijn.
Aaron Dockx, die ook een meer dan behoorlijke student Sociaal Technische Wetenschappen is, zal het, mede dank zij zijn bedachtzame entourage, als geen ander beseffen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten