Vooral met de kalender maar ook met renners …
De hòògbloei
du cyclisme wallon
Het Waalse wielrennen houdt er met Arnaud De Lie en Cian Uijtdebroeks twee absolute (meertalige) internationale coryfeeën op na met uiteenlopende hoedanigheden.
Ook Sébastien Grignard, Sylvain Moniquet, Johan Meens, Laurenz Rex, Ludovic Robeet, Lionel Taminiaux, Loic Vliegen, … handhaven zich in de hoogste regionen (World- en ProTour) van het interationale wielrennen.
Inzake continuïteit is er weliswaar een Waalse neergang bij de u23 en de u19. Maxence Place en Jens Verbrugghe zetten (nog) niet door zoals dat van hen verwacht werd.
Vanaf de nieuwelingen lijkt er meer en beter op komst met onder anderen vooral Edouard Claisse (°2006), Aaron (zoon van Geoffrey) Coupé (°2010), Warre De Braeckenier (°2011), Jules Mathieux (°2011), Emil Siegers (°2007), … maar hun weg is nog zo lang en hobbelig dat ze afzienbare tijd misschien uit ons blikveld verdwenen zijn maar dat kon je vijf jaar geleden ook opperen over Arnaud De Lie en Cian Uijtdebroeks.
Aaron (zoon van Geoffrey) Coupé, een verre wissel op de toekomst van het Waalse wielrennen. |
Bovenal is het op de kalender dat La Wallonie een uitstekende beurt maakt met de volgehouden organisatie van interessante koersen.
Liège-Bastogne-Liège (1.WT2) spant in de World Tour de kroon gevolgd door La Flèche Wallonne (1.WT2).
De circuit franco-belge promoveert naar de Pro Series, waarin de Tour de Wallonie zich handhaaft.
In de categorie 1.1 zijn er Le Samyn, Le Criquielion, La Famenne Arden Classic (een rijzende ster), de GP de Wallonie en Binche-Chimay-Binche.
Jammer dat Le Triptyque des Monts & Châteaux definitief verdwenen lijkt terwijl La Flèche Ardennaise eveneens op die helling staat.
Binche organiseert op 20 juni de Belgische kampioenschappen tijdrijden bij de eliten 1 en 2, Quaregnon doet (zoals reeds in 2018) dat op 25 augustus voor de aspiranten.
Op de uci-kalender van de junioren figureren de driedaagse Aubel-Thimister-Stavelot en de tweedaagse La Philippe Gilbert (2.1) en op de nationale kalender (nieuw) Romsée-Stavelot-Romsée (1.14) en de driedaagse Triptyque Ardennais (2.14) plus de individuele 'klim'koersen in Herbeumont en Couvin.
Wallonie heeft ook een belangrijke voetafdruk op de Beker van België die almaar meer een Coupe de Belgique wordt voor junioren (Tour de Condroz, Angreau-Honnelles, Jemeppe-sur-Sambre) en voor nieuwelingen (Mouscron, Escanaffles, Wellin), alsook in de Topcompetitie (Vezin en Jemeppe) van de cadets die eveneens een driedaagse Triptyque Ardennais hebben en de tweedaagse Tour de la Basse Meuse.
Volledig in tegenspraak met het bovenstaande is het zoveel slechter gesteld met de bezetting van de regionale koersen onder de taalgrens die in aantal jaar na jaar verminderen. Ook deze hebben nochtans een functie inzake het aanleggen van een nieuwe basis. De Vlaamse renners zouden, daarin aangemoedigd door hun club, een inspanning moeten opbrengen om er frequenter hun opwachting te maken op een meestal selectief parcours waarop ze in veel gevallen gemakkelijker de afscheiding kunnen bewerken dan in Vlaanderen.
Aangezien er in Vlaanderen om het eufimistisch te stellen ook al niet overdreven veel koersen overgebleven zijn zou het goed zijn de koersen onder de taalgrens als een dierbaar surplus in de armen te sluiten. Zou Cycling Vlaanderen er niet goed aan doen om de regionale Waalse koersen een aparte vermelding te geven in zijn kalender of wordt dat aanzien als … oneerlijke concurrentie?
Mijn eigen speciale vermelding gaat naar Orroir 2024 (op 16 maart, 25 mei en 6 juli voor de juniores / op 28 september voor nieuwelingen) verdient veel meer en beter dan als een banale regionale koers onder de radar te houden.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten