Doorzetter Xander BOSSAER rondde een fraaie inhaalbeweging

Als aspirant reed hij meer achter dan in de hoofdgroep en ook als neo-nieuweling was hij qua resultaten (met een derde plaats in Nieuwpoort als enig lichtpunt) amper een meeloper. 

Velen in zijn plaats zouden in die situatie de handdoek gegooid hebben, maar niet Xander, die vastberaden bleef om traag maar gestaag beter te worden, wat dit jaar leidde tot een merkwaardig tweede seizoen als nieuweling.

Na een omni-tegenwoordigheid op de Blaarmeersen profileerde hij zich ook op de weg, maar dan vooral in het buitenland, eerst in Noord-Frankrijk, Tsjechië, Denemarken, opnieuw Frankrijk en tenslotte Spanje met een overwinning in de ‘straatrit’ van de Himmelfart (Den.) en de zesde eindplaats in de Tour de l’Aisne (Fr.) als mooiste opbrengsten.

Een verklaring voor die toch wel bizarre gang van zaken is dat hij, in tegenstelling tot in eigen land, buiten de landsgrenzen aan de ene na de andere rittenkoers kon deelnemen. Meerdaagse inspanningen zijn duidelijk aan hem besteed met als interessante bijsluiter dat Xander zowel in de Tour de Himmelfart (Den.), de Tour de l'Aisne (Fr.) als de Vuelta al Bayo Aragon (Sp.) zijn beste moment kende in de slotrit, het had dus nog wat langer mogen duren.

Eén en ander ontsnapte niet aan de scouting van Crabbé-Dstny, zodat de bedremmelde aspirant van weleer in 2024 deel zal uitmaken van één der sterkte opleidingsteams voor u19, waarbij veel begeleidende dank aan zijn moederclub Isorex die hem aan zoveel buitenlandse trips deelachtig liet deelnemen.

De ééndagskoersen in eigen land waren voor Xander kennelijk niet lastig genoeg tenzij die in Jambes, waar hij het podium deelde met Edouard Claisse en Jinze Jorisen andere ronkende namen wel achter zich hield.

Xander heeft ook nog een vier jaar jongere broer Jorne, die het met zes top tienen bij de 12-jarigen nu al beter heeft gedaan dan Xander over zijn drie seizoenen bij de aspiranten.

Xander volgt de richting Technologische Wetenschappen Engineering in het VTI van Aalst. Hij aast op het Topsportstatuut. Val dus niet van steile verbazing omver indien hij het over een kleine tien jaar tot burgerlijk ingenieur gebracht heeft, wat daarom ‘het andere’ niet hoeft uit te sluiten.