Het kampioenschap van de wereld in één namiddag, ach kom …
Het is dus weer zover: het wereldkampioenschap, het ver-ma-le-dijde kampioenschap van de wereld dat in minder dan zeven uur tijd kan gewonnen worden en beloond met de regenboogtrui. Hoe ouder ik word, hoe minder ik erbij kan dat deze stuitende onlogica in stand wordt gehouden.
In een ideale(re) wereld zou men dit epitheton moeten afvoeren en vervangen door de G.P. van de UCI als sluitstuk van het internationale seizoen. Wie komt de fonkelende regenboogtrui het meest toe: de beste van die dag of de beste van het héle seizoen? Een retorische vraag, die helaas nooit toepasselijk zal beantwoord worden.
Laat ons eens de vergelijking maken met het vermaledijde voetbal. Kunt u zich inbeelden dat de winnaar van de match S.C. Charleroi - F.C. Antwerp tot landskampioen wordt uitgeroepen of de ploeg die het meest scoort tijdens de kerstperiode?
De regenboogtrui uitreiken aan de beste van het héle seizoen is nog lang niet aan de orde in Yorkshire, waar men - dat wèl ! - één van de meest selectieve trajecten (evenwichtiger dan in Innsbruck 2018) had uitgestippeld, maar door de weersomstandigheden moest afzwakken. Julian Alaphilippe, die met Jakob Fuglsang het voorjaar beheerste, en naderhand ook de Tour inkleurde, zou de ideale wereldkampioen zijn, net als titelverdediger Alejandro Valverde. Uit Spaanse hoek verneem ik dat hij zich als maniakaal heeft voorbereid. En Primoz Roglic dan? Inderdaad, maar hij was uitsluitend klassementsrenner die opeenvolgend de UAE Tour, Tirreno-Adriateco en Romandië won, derde werd in de Giro en primus in de Vuelta. Als ééndagscoureur stelt hij evenwel bitter weinig voor (hij hield het bij een 17de plaats in Il Lombardia 2018) en dat zal in Yorkshire, na zijn val in en zijn decompressie na de Vuelta, niet anders zijn. Toch staat hij aan de leiding in de UCI World Tour en ziet het er sterk naar uit dat het zo zal blijven want het wereldkampioenschap telt daar niet in mee. Van een ongerijmdheid gesproken. Il Lombardia telt wel mee maar staat ook in 2019 (zaterdag 12 oktober) nà het wereldkampioenschap op de kalender, “vijgen na Pasen” dus, waarvoor nogal wat toppers zoals gebruikelijk de neus zullen ophalen. Het is een schande dat men de volgens mij mooiste klassieker zo decimeert.
De ondraaglijke lichtheid van het wereld-kam-pioen-schap, het is een oud zeer waarover ik nog even langdurig als tevergeefs zal zagen.
Het kampioenschap van de wereld werd nooit gewonnen door metronomen als Jacques Anquetil, Franco Bitossi, Roger De Vlaeminck, Miguel Indurain, Laurent Jalabert, Sean Kelly, Hugo Koblet, Fiorenzo Magni, Miguel Poblet, Raymond Poulidor, Herman Vanspringel, Erik Zabel,... maar godbetert wel door Hans Knecht (1946), Theo Middelkamp (1947), Heinz Müller (1953), Harm Ottenbros (1969), Luc Leblanc (1994), Laurent Brochard (1997), Oscar Camenzind (1998), Romans Vainsteins (2000), Igor Astarloa (2003),... om slechts die te noemen. Het nodige respect maar dàt zijn géén passende wereldkampioenen of wel soms? En let wel: zij kunnen dit jaar een nazaat krijgen. Zou jij er 100 euro durven op verwedden dat iemand als Kasper Asgreen, Benoît Cosnefroy, Rémi Cavagna, Simon Clarke, Ruben Guerreiro, Yves Lampaert, Krists Neilands, Nils Politt, Dylan Teuns, … om maar die te noemen géén wereldkampioen worden? Ikke niet!
De wereldtitel op één nanoen toekennen: welke idioot heeft dàt een kleine eeuw geleden bedacht en welke navolgers houden dat in stand? En dat zij die morgen willen winnen zich maar hoeden bij en na pech, anders lapt de hardvochtige wedstrijdjury hen een … Eekhoff. Benieuwd hoe dat uitpakt indien één van de coryfeeën te voet wordt gesteld en het oponthoud loopt uit. Dan komt the revenge of the boomerang er aan, vol in hun gezicht.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten