Sep Vanmarcke eindelijk weer een sprekende zege,
Jasper Stuyven doeltreffender
Oliver Naesen heeft de Bretagne Classic in Plouay geen derde keer in vier jaar gewonnen. Hij miste van enkele meters de aansluiting met de kopgroep en moest genoegen nemen met de zeventiende plaats. Greg Van Avermaet was wel mee, werd zesde en verdrong Naesen van de pole position in de ranking van de ééndagswedstrijden 2019.
Het was evenwel Sep Vanmarcke die dé winnaar van de dag werd. Het was niet te vroeg. Zijn vorige grote overwinning dateerde reeds van 2012 toen hij in de Omloop Het Nieuwsblad zowaar Tom Boonenen Juan Antonio Flecha in een spurt met drie klopte. Een bovenste beste Boonen overigens die tijdens de aansluitende weken opeenvolgend de E3 Harelbeke, Gent-Wevelgem, de Ronde van Vlaanderen en Paris-Roubaix won. Voor Sep waren de druiven in die koersen nog te groen. Evenwel niet meer in Paris-Roubaix het jaar daarop toen hij Fabian Cancellara tot op een banddikte benaderde. Een klassieke zege zou snel volgen, veronderstelden velen maar het mangelde Sep aan meeval en aan explosiviteit die hem keer op keer parkeerde rond de vijfde plaats. Zijn recital aan dichte ereplaatsen werd ingeleid door de dichtste ereplaats (na Bernhard Eisel) in Gent-Wevlgem 2010.
Als één van de energiekste coureurs verdiende hij meer en beter als een oerdegelijke coureur die zich vanaf 2013 steevast tussen de eerste honderd van de betrouwbare Cycling Quotient Ranking posteerde en dat kunnen er niet al teveel beweren. Sep grossiert in (dichte) ereplaatsen, die hem aanvankelijk mateloos frustreerden. Als jonge dertiger is winnen almaar minder een obsessie geworden. Om één der beter betaalden van het peloton te zijn is winnen geen conditio sine qua non.
Misschien luidt Plouay de langverbeide ommekeer in. Er zijn er wel meer geweest die pas als dertiger uit hun zegeschulp kropen, is het niet Eddy Planckaert? Die won op zijn 31ste de Ronde van Vlaanderen en op zijn 33ste Paris-Roubaix. Voor Sep is dus zeker nog niet te laat. Van de Tour, die hij vijf keer uitreed, lijkt hij definitief afscheid te hebben genomen.
Jasper Stuyven scoort gemakkelijker, al duurde het voor hem ook tot in 2015 eer hij de zegeban brak met een precieuze dagzege in de Vuelta. Dat "breken" was letterlijk te nemen want onderweg was hij zwaar ten val gekomen met een gebroken handwortelbeentje voor gevolg. Hij reed op adrenaline door maar kon ’s anderendaags niet meer verder. Van dan af was hij elk seizoen goed voor minstens één overwinning: Kuurne-Brussel-Kuurne 2016, een dagzege in de BinckBank Tour 2017, die hij in 2018 herhaalde en waaraan hij de G.P. Jef Scherens en de G.P. de Wallonie toevoegde. En dit seizoen was hij toe aan zijn eerste gewonnen meerdaagse als contractrenner. De Deutschland Tour, vanaf 2018 na een onderbreking van tien jaar terug van weggeweest, wil ooit weer een manche van de World Tour worden. Het is dus een mooie buit voor Jasper en misschien wenkt er nog meer in korte rittenkoersen met niet al te veel hoogtemeters. In de klassiekers bakte hij er, in schril contrast met 2018 (10dein Sanremo, 6dein E3 Harelbeke, 9dein Wevelgem, 7dein de Ronde van Vlaanderen en 5dein Roubaix) te weinig van. In de Tour verging het hem zoveel beter met negen keer een top tien in de daguitslag annex een mooie zevende eindplaats in het puntenklassement. Jasper is er nog altijd maar zevenentwintig en vanaf nu breken zijn oogstjaren aan. Na de overstap John Degenkolbnaar Lotto-Soudal schuift Jasper op in de pikorde en wordt de logische nieuwe speerpuntvan ploegleider Steven de Jongh.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten