Philippe Gilbert:
wat bazel je nu wéér?
Ach, Philippe Gilbert: wat bazel je dit weekend in HLN naar aanleiding van jouw afscheid van Deceuninck-Quick.Step?
“Het zal even duren voor ze weer jaren met zoveel succes zullen beléven.”
Die boude uitspraak hypothekeert een (zelfbedacht onverdeeld) afscheid in vriendschap. Hij heeft het zowaar over het einde van een tijdperk voor hem én voor de ploeg. Hij doet het klinken alsof Quick Step Floors vòòr hem niet floreerde en ernà niet meer zal floreren als was hij dé exponent van de ploeg.
Vanuit zijn horizontaal denken is altruïsme de beste vorm van egoïsme. Gilbert is enkel een ploegspeler wanneer hij er zelf beter van wordt, anders doet hij er liever niet aan mee, zijn goed recht weliswaar.
Mààr er is méér: in dat verband er toch nòg ééns aan herinneren hoe hij op het wereldkampioenschap in Geelong 2010 zijn ontsnapte landgenoot Björn Leukemansachternasnelde. Doet hij dat niet dan wordt Björn of hijzelf wereldkampioen maar hij wilde het risisco kennelijk niet lopen dat een “onderdaan” over zijn kop zou springen. Dan had hij nog liever dat zijn Noorse partner in crime Thor Hushovd won, wat ook gebeurde. Herinner u ook het kampioenschap van België in Aywaille 2009, waar hij de ontsnapping waarvan zijn BMC - frère-ennemi Greg Van Avermaet deel uitmaakte ongedaan hielpen maken om vervolgens de spurt aan te trekken voor zijn Vlaamse partner in crime Tom Boonen die won.
Er zijn ook deze twee voorvallen uit 2018: Dwars door Vlaanderen - Waregem en het kampioenschap van België in Antwerpen. Met zijn kompaan Yves Lampaert belandde hij in de situatie van beurtelings demarreren. Yves trok telkens slim de eerste kaart en bleef buiten schot. Philippe baalde als een stekker.
Ach, de teamplayer-Gilbert is een fabeltje tenzij er een duizelingwekkende bonus aan vastzit en dat was tijdens de drie voorbije jaren onder Patrick Lefevere meermaals het geval. De Roeselaarse ceo zal wel nooit gedacht hebben dat het zo’n vaart zou lopen als het liep met triomfen in de Ronde van Vlaanderen 2017, de Amstel Gold Race 2017, een dagzege in de Tour de Suisse 2017, Paris-Roubaix 2019, twee dagzeges in de Vuelta 2019 én bijdragen aan winnende teamgenoten, dat zeker ook!
Méér en béter dan Patrick Lefevere inschatte maar hij zal niet ongaarne de gevolgen van zijn “foute inschatting” ondergaan hebben.
Voor Gilbert op zijn 37ste een contract voor drie seizoenen, dat was voor Patrick Lefevere enkele bruggen te vèr maar niet voor Lotto-Soudal en zijn general manager John Lelangue. Hopelijk voor hem stoelt dat (zoals bij Lefevere) op bonussen voor topprestaties in plaats van een hoge maandwedde, anders zal Gilbert fluitend aan een scenario van lucratief uitbollen beginnen. In dat verband verwijs ik naar 2016, zijn laatste jaar bij BMC: amper vier overwinningen, weliswaar opgelijst met de Belgische titel aan de wondermooie Lacs de l’Eau d’Heure. In de klassiekers was hij in geen velden te bekennen en de Vuelta verliet hij na twee weken (nadat niemand er wat van zijn aanwezigheid had gemerkt) en voor het WK in Doha werd hij niet geselecteerd. Hoeveel op tien zou hij zich dat jaar toegekend hebben? Een dikke buis neem ik aan en dus was BMC hem liever kwijt dan rijk.
Philippe Gilbert bazuinde in de loop van dat voor hem onheuse 2016 meermaals uit dat hij graag nog eens voor Quick Step Floors zou rijden. Patrick Lefevere voelde zich aangesproken maar liet zich niets wijsmaken. Hij engageerde de Ardenner niet op basis van een huizenhoog maandgeld maar van eclatante resultaten, waaraan hij duizelingwekkende bonussenverbond, wat optimaal functioneerde.
Stuitend in het HLN-interview is ook zijn quote “Ik wil nooit rijden voor een ploeg met een budget van drie miljoen euro. Zo wil ik niet eindigen. Ik wil niet op een camping slapen.”
… also sprach Zarathustra, pardon his airness Gilbert, die het budget van zo’n ploegske in zijn ééntje opsoupeert. Zijn goed recht natuurlijk maar zoiets zou bijvoorbeeld Tom Boonen nooit gezegd willen hebben.
Wat Philippe Gilbert als coureur waard is/was? Héél véél! Hij is béter want véélzijdiger dan Tom Boonen, Peter Sagan,….. in balans met Greg Van Avermaet maar minder veelzijdig dan Roger De Vlaeminck, Laurent Jalabert, Sean Kelly én … Julian Alaphilippe. Ik heb de indruk dat hij dat van die laatste ook wel wist en moeilijk kon hebben. Hij heeft alvast weinig aandeel in de opmars van de Fransman waardoor hij niet weerhouden werd voor de Tour. Dat opende perspectieven voor de nazomer en de herfst, waarvan hij het beste heeft gemaakt met sprankelende dagzeges in de Vuelta die hem ook veel deden verwachten van het wereldkampioenschap in Yorkshire. Of hij zonder die val minstens in de buurt zou zijn gekomen van Peter Sagan en Greg Van Avermaet of zelfs nòg méér? Zijn wedervaren in ILombardia weerlegt dat.
Philippe Gilbert heeft ook in 2019 volgende stappen gezet binnen de hierarchie van het naoorlogse wielrennen. In mijn algemene palmares-ranking (ééndagswedstrijden + rittenkoersen) komt hij uit rond de veertigste plaats, in de specifieke ranking van de vijf monumenten rond de vijftiende. Posities die hij allicht nog wat meer zal opvijzelen.
Verdorie nagel op de kop
BeantwoordenVerwijderen