zondag 22 mei 2022

GIRO 2022:

Simon YATES’ knie wéér oké,

CARAPAZ vòòr het Bora-blok 

van Jai HINDLEY

 

De tweede week van de Giro 2022 is dan toch anders gelopen dan ik had ingeschat. Aanvankelijk vierde de voorspelbaarheid hoogtij met een derde dagzege voor Arnaud Démare, verrassend voorafgegaan door de allereerste Afrikaanse -> Biniam Girmay, die na een WK (beloften in Leuven 2021) en een grote klassieker (Gent-Wevelgem) ook de eerste zwarte Afrikaanse renner werd die een dagzege behaalde in een grote ronde. Jammer dat een proseccokurk een herhaling alsook een mogelijke eindzege op punten in de weg stond. Minder ophefmakend waren de gloriemomenten van de bescheiden Italianen Alberto Dainese en Stefano Oldani.

En toen brak het derde weekend aan met op zaterdag een niet eens notoire berg- maar een loodzware heuvelrit, zoals die naar Potenza, waarin de klassementsrenners zich nog afzijdig hielden. Gisteren deden ze dat niet. 

Bora-Hansgrohe met Wilco Kelderman (na brute pech op de Blockhaus in de tussenstand nochtans teruggekeerd naar de 12de plaats) als aanjager trok alle registers open voor Jai Hindley. Die leek na de Blockhaus ook in Torino winnaar van de dag te zullen worden maar Simon Yates, de van een weerbarstige knie verloste Brit behaalde (na de korte tijdrit in Budapest) op overtuigende wijze een tweede dagzege en ga er maar vanuit dat hij er in de slotweek nog een derde aan toevoegt, zoals in 2018 toen hij ook voor een goed klassement was uitgeteld.

Richard Carapaz, de titelverdediger van 2019, werd de nieuwe drager van la maglia rosa maar zou tijdens de slotweek wel eens geïsoleerd kunnen staan. Zijn demarrage naar de dagzege in Torino droeg niet vèr genoeg en zal hem door zijn medevluchters niet in dank zijn afgenomen. In de pole position zal hij het niet onder de markt hebben want zijn kompanen waren richting Torino in geen velden te bekennen en tijdens de restérende ritten zal dat allicht niet anders zijn.

Tijdens de derde week doet Jai Hindley er goed aan om een kloof te slaan want in het tijdrijden is allesbehalve een kraan: in de 9,2 km. tijdrit van Budapest bleef hij steken op de 32ste plaats met 34” meer dan Simon Yates. De afsluitende tijdrit in Verona is bijna dubbel zo lang.

Juan Pedro Lopez nam na negen dagen afscheid van la maglia rosa en alle daaraan verbonden plichtplegingen. Hij zakte wel weg maar stortte niet helemaal in zodat een eindtop tien een realistische ambitie mag zijn. De derde week zal uitwijzen of hij op termijn een top vijf mag ambiëren.

Mauri Vansevenant deed er opnieuw alles aan om van de juiste ontsnapping deel uit te maken, maar tevergeefs. Mauri is nòg twee jaar jonger dan Juan Pedro en heeft dus extra groeimarge. Zich schromen hoeft dus niet want zelfs Mathieu van der Poel kon zich op een parcours, dat zich niet uitsluitend tot klimmers maar ook tot allrounders richtte, niet kon doorzetten. Deze rit zou Wout Van Aert op de buik geschreven zijn.

João Almeida, ook nog maar 23 jaar, is na zijn 4de plaats in 2020 en zijn 6de in 2021 op weg naar een derde hoge notering op rij in de Giro. Het is alvast niet de schuld van Remco Evenepoel dat hij vorig jaar de Giro niet won en dat zal hij ook dit jaar, zonder (zogezegd) blok aan zijn been, niet gebeuren want richting Torino was aanklampen bij de andere favorieten zijn hoogste goed.

Italia posteerde zowaar twéé vertegenwoordigers in de top vijf van de daguitslag én in de top acht van de tussenstand. Het betreft evenwel de 37-jarige Vincenzo Nibali en de 39-jarige Domenico Pozzovivo. Afgemeten aan de 42-jarige Alejandro Valverde (10de in de tussenstand) zou je cynisch kunnen stellen dat ze nog toekomst hebben. 

Lorenzo Fortunato (dagwinnaar en 16de in 2021) was een beetje de Italiaanse hoop in bange dagen maar in Torino bleek dat hij (17de in de daguitslag en 16de in de tussenstand) geen progressie heeft geboekt. 

Andere Azzuri waren in geen velden te bekennen. Filippo Zana werd in Torino niet onaardig 15de maar is op anderhalf uur 62ste in de tussenstand. Ook Alessandro Covi stelde mateloos teleur: 46ste op een vol uur in de tussenstand en geen enkele keer in de top 30 van de daguitslag.

De zinderende tocht van Santena naar Torino, een afgeleide van de Giro di Lombardia, heeft bewezen dat een koers geen wolkenkrabbers noch andere trapachtige cols behoeft om sprànkelend te zijn. Het zijn de coureurs die voor spektakel zorgen, niet het opgelegde parcours. Indien context verwacht ik mij vandaag eerder aan een status quo dan aan een tweede opeenvolgende dag vuurwerk, een voorafname op de derde rustdag als het ware. 

De slotweek begint immers moordend. Een parcours over de Mortirolo en de Passo di Santa Christina leidt bergaf naar de iconische aankomstplaats Aprica. ’s Anderendaags is er de terminus op de Monte Rovere, een klim van acht kilometer à 10%. Donderdag en vrijdag zijn dagen van respijt in de aanloop naar de koninginnenrit op de voorlaatste dag met opeenvolgend de Passo di San Pellegrino, de Passo Pordoi alvorens te finishen op de Passo Fedaia. Daar kunnen de verschillen gemaakt worden die de afsluitende (17,4 km.) tijdrit rond Verona overbodig maken.  


Richard Carapaz (4de in 2018 en winnaar in 2019), Jai Hindley (2de in 2020), João Almeida (4de in 2020 en 6de in 2021), Mikel Landa (3de in 2015 en 4de in 2019) en Domenico Pozzovivo (5de in 2014 en 2018, 6de in 2017) staan binnen de minuut en blijken één voor één ervaringsdeskundigen. Het zou een absolute wending zijn indien er alsnog een zesde kaper zijn opwachting zou maken.

Jai Hindley is, met Emanuel Buchmann (de vergeten 4de van de Tour 2019) en Wilco Kelderman als sidekicks, het best omringd. Hij zal hen hard nodig hebben om op de slotdag een coup de théâtre (met het one hit wonder Tao Geoghehan Hart als bevoorrechte) als twee jaar geleden te anticiperen.


Geen opmerkingen:

Een reactie posten