maandag 11 november 2019


André Darrigade 
en zijn symbiose met de Tour

André Darrigade en de Tour: je kunt er een turf aan wijden maar er de highlights uit opvissen is ook al héél wat!
Darrigade nam vanaf 1953 veertien keer op een rij deel en gaf slechts één keer (in 1963) op. Het zag er langdurig naar uit dat Dédé zijn landgenoot André Leducq, die in 1930 en 1932 ook eindwinnaar werd, het record inzake dagzeges (25) naar de kroon zou steken maar het bleef het bij 22 stuks, waarvan drie in België: de openingsrit in Liège 1956, de openingsrit in Gent (Expo) 1958, en de tweede etappe in … Herentals 1962 (waar Rik Van Looy zowaar een verkeerde weg insloeg en zo de wenkende gele trui misliep). Behalve als dagwinnaar mocht Darrigade er ook telkens het podium op als drager van de gele trui, die hij negentien keer in zijn tijdelijk bezit had. Ook in Granville 1957, Metz 1959 en in Versailles 1961 won hij de openingsrit met de eerste gele trui daarbovenop.
In 1957 kon hij als eerste de eindfinish overschrijden in het Parc des Princes, waar hij het jaar daarop bijna … het leven liet na een afschuwelijke collusie met de onoplettende Belgische chef-jardinier Constant Wouters die tot over de rand van  de piste was geslenterd. Wouters liep een dubbele schedelbreuk op en overleed elf dagen later. Darrigade kwam er met kneuzingen van af in plaats van een zesde (!) dagzege te behalen. 
Enkel in 1959 en in 1961 kon hij meerdere dagzeges in de definitieve groene trui verlengen. In het tijdklassement kwam hij in 1956, 1959 en 1960 uit op de zestiende plaats. Wat Roger Walkowiak in de knotsgekke Tour van 1956 realiseerde, dat achtte Dédé ook binnen zijn bereik. Daarmee nam hij zijn wensen voor werkelijkheid want het verschil met de ingeweken Pool bedroeg veertig minuten en hij moest nog veertien anderen voorbij die veel minder tijd hadden verloren. Dat hij daar Stan Ockers verantwoordelijk voor stelde, maakte het helemaal grotesk. Het was wel de schuld van de regérende wereldkampioen (en bovenal van de omstreden Belgische ploegleider Sylvère Maes) dat hun landgenoot Jan Adriaensens niet won. Darrigade miste in de zevende rit (Saint-Malo - Lorient) van een niet de marathon-ontsnapping omdat Ockers, zijn concurrent voor de groene trui (die met een optelling van plaatsen werd toegekend) weigerde over te nemen. Als de drager van de gele trui zou de ontsnapping mèt Darrigade geen doorgang hebben gevonden, zonder hem wel. De jong gestorven Italiaan Alessandro Fantini won de rit en Roger Walkowiak kwam een eerste keer in het bezit van de gele trui die Darrigade (derde!) zowaar in Pau na een zware Pyreneeënrit (alover de Aubisque) heroverde. ’s Anderendaags reed hij richting Luchon (alover de Peyresourde) lek en hij moest zichzelf depanneren. Hij verloor een kwartier en liet het lopen. Darrigade kon niet ontkennen dat Walkowiak in al zijn bescheidenheid een veel betere klimmer was die het jaar voordien (na Louison Bobet) tweede was geëindigd in de Dauphiné.
André Darrigade zette nooit aan in de Vuelta, wel tweemaal in de Giro, in 1959 en 1960, waarin hij de vijftiende rit won in Verona vòòr Edgard Sorgeloos.
André Darrigade behaalde zijn merkwaardigste overwinning op 4 november 1956 in de Trofeo Angelo Baracchi, een koppeltijdrit van … 108 km., en dat veertien dagen nadat hij de 37-jarige Fausto Coppi van een zesde zege in ILombardia had gehouden. De tifosi namen het hem nog altijd kwalijk en hoonden hem weg met “dat hij dit keer niet op zijn sprint zou kunnen rekenen”. Hij zou er dus van lusten. Hij die ervan lustte, was evenwel niet Darrigade maar opnieuw Coppi. Wat Darrigade in 1955 (met nochtans … Jacques Anquetil als sidekick) niet lukte, daar slaagde André een jaar later wel in  aan de zijde van de eeuwige Zwitserse belofte Rolf Graf, die in 1954 Gent-Wevelgem en in 1956 de Tour de Suisse had gewonnen. Het asymetrische duo haalde het met een halve minuut van het stel Fausto Coppi - Riccardo Filippi, dat de drie vorige edities had gewonnen. Die Filippi was niet de eerste de beste maar wel de wereldkampioen van de liefhebbers in Lugano 1953 (vòòr Gastone Nencini en Rik Van Looy. Filippi zou, net als Graf, de gestelde verwachtingen niet hélemaal inlossen.


Geen opmerkingen:

Een reactie posten