donderdag 21 november 2019

Siebe Deweirdt ligt voor 
op zijn stoutste schema 

Siebe Deweirdt, in 2018 zonder tegenspraak ’s lands beste nieuweling, heeft ook als neo-junior verbaasd.

Na een drukke winter aan de Blaarmeersen stond hij er (vijfde) meteen in de nationale tijdrit van Montenaken, weliswaar op verre afstand van Lars Van Ryckeghem. In de proloog der Ster van Zuid-Limburg (34.), het BK in Sint-Lievens-Houtem (17.) en de Memorial Igor Decraene (14.) bleef hij onder de verwachtingen zodat het tijdrijden zijn voornaamste werkpunt is.
Al de rest zat snor met een negende plaats in de Ronde van Vlaanderen, de jongerentrui in de Ster van Zuid-Limburg (ondanks de naweeën van een zware valpartij), de op imponerende wijze behaalde Oost-Vlaamse titel in Parike, die hij graag had uitgedragen in de Trophée Centre Morbihan (Fr.), waar de medicatie tegen hooikoorts evenwel niet aansloeg. 
Daarna werd de focus verlegd naar het EK op de baan met een twaalfde plaats in de scratch, waarna de puntenrit vervangen werd door de madison met Noah Vandenbranden, waarin Siebe niet goed was.
Eind juli nam hij de draad terug op met La Route des Géants (twaalfde) en Aubel - Thimister - Stavelot (waarin hij er de openingsrit uitkoos voor een vierde plaats en de tijdelijke bolletjestrui). Het inspireerde Siebe om, na het behalen van een regionale zege in Balegem, zijn zinnen te zetten op de G.P. A.R. Gilles in Jemeppe-sur-Sambre, de afsluitende manche van de Beker van België. De verkeerd gereden achtervolgers zouden de vluchters niet meer bijgehaald hebben, weet Siebe zeker. Hij haalde het in een rechtstreeks duel van Jago Willems, die geselecteerd werd voor het WK, waarvoor Siebe als invaller weerhouden aangeduid was.
In november waren er zijn totaal overwachte deelnames aan twee zesdaagsen. Zowel in Londen als in Gent was hij de benjamin die met Michael Steyaert uitkwam op de zesde plaats in dezelfde ronde (maar met een pak minder punten) als de Britse eindwinnaars Alfie George en Max Rushby, die ze nog op de slotdag probeerden te verrassen, wat hun prestatie nog verdienstelijker maakte dan ze al was. Misschien komt daar begin 2020 Rotterdam bij, afhankelijk van zijn conditie van het moment. 

Het zweemt toch meer dan een beetje naar overdaad, maar wees gerust: zijn mentor Kenny Terweduwe waakt als een kloek over Siebe en hij richt zich vooral op het cruciale 2020, waarin hij met prestaties en resultaten (inzonderheid in het dozijn 1.1 - en in één van de drie 2.1 - koersen in eigen land) een precieuze stek wil afdwingen bij één van de betere beloftenteams vanaf 2021. Pas dan begint het échte werk.


Geen opmerkingen:

Een reactie posten