donderdag 31 maart 2022

Senne DEBUCKE

 runner up met grote motor

 

Hoewel ik het van nogal nabij volg was Senne Debucke zelfs voor mij geen al te bekende naam, wat hem toch niet belette om in Bretagne de 36ste Penn Ar Bed-Pays de Loire te winnen. De discipel van het Van Moer Cycling Team legde in de tijdrit de basis voor de eindzege.

Hij had, op last van een langdurige autorit, dikke benen in de openingsrit. Goed dat die op een massaspurt uitdraaide zonder tijdverlies kostte, zodat al zijn kansen intact bleven. Die dreef hij op tijdens de matinale tijdrit op zaterdag.



Senne had goed naar het bord gekeken zodat hij zijn tijdrit perfect kon indelen. De eerste helft was, bergaf en wind mee, met de vlam in de pijp waarna het keerpunt ook letterlijk te nemen was. Senne werd daarin derde, zo ook in de tussenstand, waarmee hij overtevreden was. Hij rateerde nochtans de vroege ontsnapping maar zette dat recht door in zijn eentje de oversteek te maken. De voorsprong liep almaar hoger op zodat ze met hun negen met ruime boni in Plouzané arriveerden. Senne was van hen de best geklasseerde en werd eindwinnaar.

Zijn uitstekende tijdrit deed een belletje rinkelen. Van het PK tijdrijden op donderdag 7 april in Sint-Lievens-Esse maakt hij een voornaam doel en in het gunstig verlengde daarvan ook van het BK op 1 mei in Gavere.


Als nieuweling haalde hij enkel op de openingsdag van 2020 in Rijkevorsel de top 10. Als neo-junior zette hij enorme stappen, eind augustus bekroond met regionale overwinningen in Haasdonk en in Waasmunster. 

In de G.P. Rüebliland (Zwits.) was hij ook aardig bezig tot hij in een afdaling tijdens de slotrit zwaar viel waarbij hij een sleutelbeen brak en een schouder ontwrichtte. De rest van het seizoen ging (vooral het BK in Herzele) in rook op.


Voor Senne, student sport-wetenschappen aan Mariagaard in Wetteren, is de Penn Ar Bed-Pays de Loire de allereerste overwinning, zo ook voor Kenny Desaever als ploegleider van het Van Moer Cycling Team, die vol lof is over zijn poulain:

“Senne is supergemotiveerd”, weet Kenny. “Hij voert zijn trainingen minutieus uit. Hij verraste zichzelf met de tijdrit in Bretagne waar hij mooie waarden trapte. ‘s Namiddags koerste hij, goed luisterend naar onze info vanuit de volgwagen, met het hoofd en de benen en ze waartoe dat leidde.”

“Senne komt niet uit de lucht gevallen. In de Guido Reybrouck Classic kwam hij al sterk uit de hoek met een vroege aanval, waarop slechts twee anderen inpikten. Met meer gezellen had hij het gesloten koersverloop naar zijn pedalen kunnen zetten zoals hij afgelopen weekend deed in Bretagne.”

“Nu weet hij dat hij één en ander in zijn mars heeft. Er zit nog aardig wat rek op. Hij is in feite een neofiet die tijdens de twee gebalde Covid-19 seizoenen slechts een minimum aantal koersen reed. Dit jaar mag hij voluit gaan om zich op diverse trajecten te ontwikkelen. Ik ben vooral benieuwd hoe hij zijn ontloken capaciteiten als tijdrijder doortrekt. Ook op de hoogtemeters kan hij aardig uit de voeten, niet op uitgesponnen hellingen maar wel op korte nijdige als de Vlaamse Ardennen. Op stage in Spanje zag ik hem dag na dag groeien met een behoorlijk grote motor, waarmee hij nog vaker van zich zal doen spreken. En last but not least: hij houdt de beide voetjes op de grond.”

Geen opmerkingen:

Een reactie posten