Aaron DOCKX
Il Imbatido in het veld
én topper op de weg
Net als daags voordien eerstejaarnieuweling Mike Uytterhoeven en junior Thibau Nys heeft ook tweedejaars Aaron Dockx de (on)vanzelfsprekendheid geconcretiseerd met de Belgische driekleur. Aaron onderscheidt zich van Mike en Thibau door het winnen van àl zijn voorafgaande veldritten, wat hij ook al deed als eerstejaars, op die ene keer na (op 10 februari 2019 in Hoogstraten) toen hij aan een balk haperde, wat de Nederlander Menno Huisingniet deed en een kloofje sloeg, dat Aaron niet meer gedicht kreeg. Wijs als hij al was, noemde Aaron het toch een nuttige nederlaag.
Op de Linkeroever liep het verschil overigens niet zo hoog op als begroot: zowel Kay De Bruyckere, Dario Van der Heyden en Robbe Geudens arriveerden binnen de halve minuut. De Bruyckere, in Kruibeke 2019 al vierde, werd verwacht. Dat was al veel minder het geval voor Dario en Robbe die een jaar geleden 26ste respectievelijk 22ste waren geworden en ook deze winter niet al te vaak op het podium stonden. Dat deed wel Kay des te meer als vijf keer tweede en twee keer derde werd na Aaron.
Aaron Dockx mag, zeker als veldrijder, als een jonge Il Imbatido aangesproken worden. Hij is niet à la Thibau Nys de “zoon van God” maar een adept van de Dockx-dynastie, net als zijn papa Mike, zijn oom Kurt en zijn neef Gert.
In tegenstelling tot de meeste overgetalenteerde tiener-veldrijders laat Aaron zich ook intens in met de wegcompetitie, waarbij zelfs de Ardense hoogtemeters hem niet afschrikken want als éérstejaars tussen de tweedejaars werd hij (na grootmeester Cian Uijtdebroeks) tweede in Herbeumont en tiende in Vresse-sur-Semois. Hij behaalde verder een dagzege in de meerdaagse Tour de Gotha (D.) en werd in het Critérium Européen (Lux.) als beste jongere op het podium geroepen. Een dichtste ereplaats was hem (na Jelle Harteel) ook weggelegd in de Wapi Classic van Frasnes-lez-Anvaing, een manche in de Beker van België. In de kampioenschappen verging het hem wat minder. In de massaspurt van het Vlaamse miste hij maar net het podium, in het Belgische leverde een offensieve koers hem slechts een achttiende plaats.
Toch is het ook voor Aaron gemakkelijker om in het veld dan op geplaveide wegen het verschil te maken. Toch is hij liever een allrounder zoals Wout Van Aert en Mathieu van der Poel dan een specialist zoals Toon Aerts en Eli Iserbyt. L’embarras du choix is een luxe die hij zolang mogelijk moet zien vol te houden want het levert meer voor- dan nadelen op.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten