Viggo VAN NESTE 

winnaar van WestSprint en ook nationaal bij de vijf besten

Ik stelde de vraag reeds eind augustus: is Viggo’s glas halfleeg of halfvol?! Nog overtuigender dan toen luidt het antwoord: zijn is halfvol, méér dan halfvol zelfs, ook al behaalde hij slechts twee overwinningen (in het PK tijdrijden in Ruddervoorde en in Heestert) plus een dozijn ondergeschikte podiumplaatsen. Viggo koerste altijd en overal prestatiegericht en daar werden zijn gezellen beter van om in zijn plaats te winnen. Een ‘domme’ coureur dus, inderdaad, maar die komen meestal vèr, en zeker verder dan de 'slimme' die het op die jonge leeftijd (té) resultaatgericht aanpakken.

Viggo is met terugwerkende kracht extra beloond voor zijn noeste koerswijze. Vorige donderdag werd hij in Schiervelde (Roeselare) gehuldigd als winnaar van WestSprint, een West-Vlaamse ranking die alle prestaties van het seizoen verhoudingsgewijs optelde. In het verlengde daarvan behoort Viggo ook nationaal tot de vijf besten. Daar ben je een pak meer mee dan met tien fletse regionale overwinningen.

Het zat Viggo nochtans niet altijd mee. Vooral een zware val in de Herman Vanspringels Diamond in Vosselaar speelde hem parten en hypothekeerde zijn nazomer en herfst met enkel nog de Tour de la Basse Meuse (4de) en de Tweedaagse van Vlaams-Brabant (5de) als opstekers, waarmee Viggo bewees dat ook meerdaagse inspanningen aan hem besteed zijn. 

Viggo muteert als neo-junior naar het gebundelde project van Kurt Debouck (EFC-L&R-Vulsteke) en Thomas Debrabandere (Gaverzicht - Be Okay) met Jeroen Cruyt (een witte merel de kwalificatie van A-trainer),  en met Ivo Lins en Wim Louagie als ploegleiders. 

 

Ook belangrijk voor Viggo is dat zijn mentor Daniël Moenaert stand by blijft. Daniël, die ruim vijftig jaar geleden zelf een begenadigde koersende tiener was en globaal zowat 100 overwinningen behaalde, waarvan 29 in 1967 als tweedejaarsnieuweling in 1967 en 43 in 1969 als tweedejaarsjunior.

“Viggo heeft de fysiek die ik indertijd mankeerde maar (nog) niet mijn inzicht”, voegt Daniël er veelbetekenend aan toe. “Indien hij de beide vaardigheden kan bundelen dan kan er iets heel moois in de maak zijn”.

Moenaert is niet te stoppen wanneer hij het heeft over de grote motor, de enorme grinta en het doorzettingsvermogen van zijn poulain die na een tegenslag nooit versaagt tenzij hij, zoals in Vosselaar, letterlijk van de weg moet opgeraapt worden.