dinsdag 16 november 2021

Winnen doet hij zelden of nooit …

 

En toch is Jasper KAESEMANS een heel degelijke coureur

 

Hem een curiosum noemen is oneerbiedig, dat doe je niet met een aanstaande bio-ingenieur maar Jasper onderscheidt zich nog om een andere reden van veel andere coureurs: hij wint zelden of nooit!



In de negen jaar dat hij (vanaf de 14-jarige aspiranten) koerste, behaalde hij één individuele overwinning: als tweedejaarsjunior op 15 augustus 2017 in Mere, waar hij een aanval van 60 km. succesvol afrondde.


Afgelopen seizoen mocht hij, ruim vier jaar later, eindelijk nog eens juichen: de ploegentijdrit van de Tour de Moselle (Fr.), die hij won met Lars Craps, Felix De Groef, Len De Pauw, Robbe De Weert en Vincent Van Hemelen. Géén individuele overwinning, dat inderdaad niet, maar één die hem meerdere regionale successen waard is.

Jasper kwam als tiener minder tot zijn recht in het regionale circuit dan in het betere werk. Uitblinken is essentiëler dan winnen en dat deed Jasper in al zijn categorieën. Zo werd hij als eerstejaarsjunior ei zo na kampioen van Vlaams-Brabant. One hit wonder Arne Van Roy was in Stok-Kortenaken een fractie sneller.

Als neo-belofte ontwikkelde Jasper zich vooral in de rittenkoersen, waarin hij almaar verder opschoof. Eén van zijn beste uitslagen behaalde hij niettemin in de G.P. Eugeen Roggeman, de profkoers van Stekene, waar hij schoon volk achter zich hield met een zevende plaats die hij in de daaropvolgende lente ook behaalde in de Scheldeprijs. 

Traag maar gestaag baande Jasper zich een weg in de u23 en in 2021 maakte hij als laatstejaarsbelofte de aansluiting met de subtop dankzij ereplaatsen in de Ronde van Vlaams-Brabant, de Tour de Namur en de Ronde van Oost-Vlaanderen. 

Deze drie inlandse rittenkoersen rodeerden hem voor de nazomer en de herfst. Aansluitend werd hij tweede, enkel voorafgegaan door Tom Timmermans, in de Omloop van de Grensstreek in Wervik. Daar geklopt worden door aanstaande kampioen van België van de eliten zonder contract was geen oneer. Jasper speelde de zondag daarop ook  een rol van betekenis in het BK van de beloften met een ‘gebruikelijke’ zevende plaats. 

Het mooiste was hem nog weggelegd in de Tour de Moselle (Fr.), waarin hij na winst in de ploegentijdrit tweede werd in de slotrit.

“Die driedaagse in zijn geheel was mijn leukste belévenis als coureur totnogtoe”, herinnert Jasper zich graag.

“Mijn minste herinnering is ook van dat jaar”, vervolgt Jasper. “Ik had op het podium van het BK op het podium kunnen staan. Ik zat perfect in het wiel van Thibau Nys maar incasseerde in de laatste bocht een kwak van een renner van Lotto-Soudal (die ik niet bij naam wens te noemen)."

Daarbij kwam ook nog, dankzij een achtste plaats in de afsluitende manche in Rochefort, de witte trui van beste jongere in de Beker van België, die ook in 2022 één van de hoofddoelen wordt van Urbano-Vulsteke.

Of de profgedachte ooit gesluimerd heeft of zelfs nog sluimert?

“Is dat niet de verre droom van elke jongen die begint te koersen?”, wedervraagt Jasper. “Maar ik moet realistisch zijn, zelfs indien ik al goed genoeg zou zijn dan nog zou het niet te combineren zijn met mijn studies en die achteruitstellen is nooit in mij opgekomen. In 2022 zal ik voor het eerst planmatiger kunnen koersen. Na de lente zitten mijn academische studies voor bio-ingenieur met vooral stages en de masterproef erop. Daarna zal ik mezelf als coureur kunnen nagaan als nooit tevoren. Waar dat scheepje aanmeert, dat zie ik dan nog wel.” 

Jasper Kaesemans nam dus met opgeheven hoofd afscheid van de beloftencategorie met als nevenverschijnsel dat er op zijn prestatievermogen nog aardig wat rek zit en dat gegeven wil hij niet zomaar desavoueren.


Geen opmerkingen:

Een reactie posten