Mijn Vlaanderens mooiste …
E3 HARELBEKE
heeft het predikaat
monument nièt nodig
De E3 Harelbeke, dat is een mix van jeugdsentiment en actuele perfectie. Zoveel Bourgonische belévenissen destijds op gang getrokken door Nesten die in de publiekstent tot vermaak van velen stond te karikaturen. Rik was ook de gangmaker van de après-course, het verlengstuk van een volksfeest dat al in de voormiddag losbarstte.
De 'grote koers' van Harelbeke zag het levenslicht in 1958 en werd gekerstend onder de naam Harelbeke-Antwerpen-Harelbeke. Het begroette de ‘regional hero’ Armand Desmet als eerste winnaar. De noeste Waregemnaar had met wat meer meeval op het eindpodium kunnen staan van alle drie de grote ronden en was dus een gepaste lijstopener.
Het begrip E3 had er op dat moment nog geen uitstaans mee maar was wel al een autosnelweg tussen Harelbeke en Antwerpen en dus achtte de organisatie het gepast om vanaf 1970 uit te pakken met ‘E3 Prijs Harelbeke’.
Rik Van Looy had dan al viermaal zijn welluidende naam neergepoot op de uitpuilende erelijst, hij was er zowat het vlaggenschip van. De tsunami van ronkende winnaarsnamen zette zich verder met Roger De Vlaeminck in 1971 (elf jaar later geklopt door Jan Bogaert!), Herman Vanspringel in 1974, Frans Verbeeck in 1975, Walter Planckaert in 1976, Didi Thurau in 1977, Freddy Maertens in 1978 (op de trouwdag van zijn sponsor Pierre Lano), Jan Raas (loepzuivere hattrick vanaf 1979), Eric Vanderaerden in 1986, Eddy Planckaert in 1987 en 1989, Guido Bontempi in 1988, Johan Museeuw in 1992 en 1998, Peter Van Petegem in 1999, Andrei Tchmil in 2001, Filippo Pozzato in 2009, Fabian Cancellara een bijna hattrick vanaf 2010, Peter Sagan in 2014, Geraint Thomas in 2015, Michal Kwiatkowski in 2016, Greg Van Avermaet in 2017, …..
Wat een pleiade die de portfolio van de monumenten naar de kroon steekt.
Evenwel géén Eddy Merckx noch Walter Godefroot, daar stak ene Hubert Hutsebaut een stokje voor op die voorzomerse zaterdag 25 maart 1972. Hij was met beide coryfeeën op stap en ze hielden totaal geen rekening met hem: hij zou toch niet kunnen of niet durven. Toch wel en met een stijlbreuk dompelde hij vele aanwezigen en vooral de organisatoren in rouwstemming want zo’n dissonant konden ze missen op hun erelijst. Anderzijds verwierf de Hulstenaar ook veel empathie voor zijn onverzettelijkheid, zelfs al bleek hij al tenslotte een one hit wonder.
Weinigen die het voor mogelijk hielden dat ooit iemand de loepzuivere hattrick (plus één) van Rik Van Looy zou kunnen evenaren, laat staan overtreffen. Dat was dan zonder de waard - Tom Boonen gerekend, die vanaf 2004 een vierslager lukte en in 2012 (na twee opeenvolgende dichtste ereplaatsen) nog een vijfde keer won. Naar analogie met “monsieur Paris-Roubaix” (Roger De Vlaeminck) mag men Tom Boonen onverkort omdopen tot “mister E3”.
De ‘grote koers’ van Harelbeke ondernam een gestage klim in de hierarchie van de ééndagskoersen (1.1 -> 1.HC -> 1.WT2). Indien de veel jongere Strade Bianche aanspraak maakt om het zesde monument te zijn, wat dan met de E3 Harelbeke met vier keer zoveel anciënniteit, dat het nog oudere Gent-Wevelgem inmiddels onmiskenbaar heeft bijgebeend?
Deze organisatie is zelfbedruipend en dus autonoom en blinkt uit in exposure en originaliteit maar draagt bovenal de veiligheid torenhoog in het vaandel. Jacques Coussens en de zijnen hebben het sabbatjaar niet in onledigheid doorgebracht en verdienen daarom opnieuw een verloop en een ontknoping die aansluit bij de 62 vorige edities: Yves Lampaert, Mads Pedersen, Jasper Stuyven, Wout Van Aert, Mathieu van der Poel, ….. maar het mag ook Sören Kragh Andersen, Davide Ballerini, Tom Pidcock, … zijn. Hij die één van die acht alsnog de zegepas afsnijdt, zal niet als een miscast worden getolereerd maar als een nieuwe ontdekking aan de Leieboorden worden bejegend.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten