Hij zou op 8 januari 88 jaar zijn geworden,
19 dagen na Rik VAN LOOY, die hem al 34 jaar overleeft
Jacques ANQUETIL
won aan ‘n moyenne van ruim 43 km./u.
9 keer de G.P. des Nations
die gemiddeld 110 km. lang was
Van de allergrootste wielerkampioenen heeft Jacques Anquetil op 8 januari de vroegste geboortedag van het jaar, net geen drie weken na de laatste, Rik Van Looy op 20 december.
Over Anquetil ben je nooit uitverteld noch uitgelezen. Zo wil de overlevering dat hij op zaterdag 24 september 1966 met enkele getrouwen (Raphaël Geminiani, André Darrigade, Jean Stablinski, Lucien Aimar en hun respectieve vrouwen én vriendinnen) in zijn Château des Elfes in La Neuville-Chant d’Oisel (Rouen) een stevig feestje hield. De heer des huizes bepaalde uiteraard wanneer de party begon én wanneer die eindigde maar beide tijdstippen lag behoorlijk wat tijd en dus werden de frivole debatten pas gesloten tegen het ochtendgloren.
Maître Jacques zou zich daarna niet naar zijn ledikant maar naar de … kelder begeven hebben om er gedurende anderhalf uur de benen los te gooien op de hometrainer terwijl Jeanine de fietsen in de auto laadde om zich richting Paris te spoeden en er in de namiddag te starten in de G.P. des Nations en die een negende en ultieme keer te winnen, en dat net geen volle keer de klok rond na zijn mondain feestje. Jacques realiseerde het aan een moyenne van 44 km./u. en zette zijn ‘concurrenten’ op respectabele afstand:
Felice Gimondi (de 3de van de Giro en winnaar van de Tour in 1965; winnaar van Paris-Roubaix en Paris-Brussel in 1966 en een maand na die G.P. des Nations ook van de Giro di Lombardia) kreeg bijna twee minuten aangesmeerd;
Eddy Merckx (the very coming man, in dat 1966 winnaar van Milano-Sanremo en een maand na die G.P. des Nations 2de in de Giro di Lombardia) ruim drie minuten net als Roger Pingeon (die het jaar daarop de Tour zou winnen);
Raymond Poulidor werd vijfde op bijna vier minuten.
Dit was dus de negende triomf in het officieuse WK tijdrijden, die meestal een even sterke bezetting had als in 1966.
Jacques Anquetil begon er al aan op zijn 19de!
In 1953, 1954 en 1955 bedroeg de afstand steevast 140,3 km. die hij telkens aan een oplopend uurgemiddelde afhaspelde: 39,63 km./u. -> 39,9 km./u. -> 40,23 km./u.
Vanaf 1956 werd de afstand gereduceerd naar 100 km. en dus kon de grootmeester een tandje bijsteken: 42,204 km./u. -> 42,10 km./u. -> 43,16 km.
Daarna bleef hij om onduidelijke redenen weg tot hij in 1961 een eerste keer terugkeerde en over de 100 km. anderhalve minuut minder deed dan in 1958 voor een moyenne van 43,59 km.
Dat leek zijn laatste keer maar na zijn afscheid van de Tour na 1964 kon hij zijn gemakkelijkste koers, die naar 72-73 km. was ingekort, zodat Anquetil het gashendel weer wat vroeger helemaal kon opendraaien voor een uurgemiddelde van 46,84 km., waarmee hij Rudi Altig op ruim drie en Raymond Poulidor op vijf minuten zette.
Die hoge vlucht kon hij in 1966, op last van zijn feestje annex een slapeloze nacht, niet opnieuw versnellen, hij haalde dus een moyenne van ‘slechts’ 43,95 km./u.
Opgeteld betekent het dat Jacques Anquetil voor zijn negen triomfen in de G.P. des Nations net geen duizend (996,6) kilometer aflegde aan een algemeen uurgemiddelde van 43,132 km.
Opmerkelijk daarbij is dat Jacques er in 1953, 1954 en 1955 telkens bijna twee uur meer over deed dan in 1965 en 1966.
Jacques Anquetil wordt meer te onpas dan te pas opgevoerd als monsiieur chrono. Dat was hij ook maar nog oneindig véél méér.
Le beau Jacques zou dus vandaag 88 jaar zijn geworden maar hem een heel klein beetje kennende denk ik niet dat het hem vrolijk zou gestemd hebben. In dat verband was er, ook volgens de overlevering, in zijn laatste dagen zijn cynische sneer naar Raymond Poulidor (die 83 jaar werd): ik zal jou opnieuw voor zijn, Raymond!
Zou het een toeval zijn dat 8 januari eveneens de geboortedag is van onder anderen Elvis Presley (1935) en David Bowie (1947)?
Geen opmerkingen:
Een reactie posten