maandag 31 januari 2022

Hoe vèr kan een mens er nààst zitten?

 

Thomas PIDCOCK

van mijn twijfel naar … 

wààr eindigt het met hem?

 

Ik moet ootmoedig toegeven dat hem tot vorig jaar een rare kwiet vond en nog durfde te twijfelen aan hem. Ik zag ‘het’ niet meteen in hem tenzij als een vluchtige passant, hoe vèr kan een mens er dus naast zitten?!

Als neo-junior won hij in 2016 (de toen nog ééndaagse) La Philippe Gilbert. Als tweedejaarsjunior kwam daar aardig wat bij: als smaakmaker ‘slechts’ vijfde in de Guido Reybrouck Classic (gewonnen door zijn teammate Jacob Vaughan), winnaar van Paris-Roubaix, tweede (na zijn teammate Mark Donovan) in Aubel-Thimister-Stavelot, winnaar van de G.P. Rüebliland (Zwits.) en van het WK tijdrijden in Bergen (Noorw.). 

Als tweedejaarsbelofte ging het dak er nog meer af: dagzege en derde in de Triptyque des Monts & Châteaux, winnaar Paris-Roubaix, dag- (op de iconische La Planche des Belles Filles!) en eindwinnaar Tour Alsace, derde op het WK in Harrogate. 

Tijdens het gebalde coronajaar 2020 onderscheidde hij zich in de Giro d’Italia u23, met drie dagzeges en de eindoverwinning nadat een rist steile cols (waaronder de Mortirolo) zijn natuurlijke bondgenoten waren. 


Als neoprof in 2021 behaalde hij dichte ereplaatsen in Kuurne (3de), de Strade Bianche (5de), La Flèche Wallonne (6de) en het WK (6de). In de tweede helft van april won hij eerst de Brabantse Pijl van Wout Van Aert, die hij vier dagen later in de Amstel Gold Race tot op een banddikte benaderde. In de Vuelta sneed hij zijn eerste grote ronde aan, waarin hij enkel in de 14de rit voor een resultaat koerste: vierde op de Pico Villuercas. Bovenal veroverde hij eind juli in Tokyo de Olympische titel in het mountainbiken. Die laatste viel hem te beurt rond zijn 22ste verjaardag.


En gisteren voegde hij, een half jaar vòòr zijn 23ste verjaardag, de eerste en zeker niet laatste regenboogtrui in de profcategorie van het veldrijden toe.

Na een ultrakorte vakantie met vriendin in New-York snijdt Thomas al meteen zijn wegcampagne aan met kort opeenvolgend de Volta ao Algarve (16-20 februari), de Omloop (26 februari), Kuurne (27 februari), de Strade Bianche (5 maart), Milano-Sanremo (19 maart), Waregem (30 maart), de Ronde van Vlaanderen (3 april), de Amstel Gold Race (10 april), de Brabantse Pijl (13 april), La Flèche Wallonne (20 april), Liège-Bastogne-Liège (24 april) en de Giro d’Italia (6-29 mei). 

Tussen de begin- en de einddatum van die periode liggen exact 99 dagen, waarvan hij dus ruim een derde competitief zou doorbrengen. Dat lijkt mij in de huidige tijd bijzonder veel zodat er wellicht nog in zal geskipt worden.

Tijdens die vier maanden zullen we nog meer vernemen over de veelzijdige mogelijkheden van Thomas Pidcock die nog één geheim in petto houdt: kan hij het / ambieert hij het ook als klassementsrenner? Kunnen allicht wel maar het ook willen om de loodzware focus drie volle weken vol te houden? Het concept van de grote ronden moet dringend herzien worden zodat ook de allrounders er zich meer kunnen in vinden dan nu het geval is.  

Geen opmerkingen:

Een reactie posten